Workshop Krzysztof Kieślowski

Zes acteurs op zoek naar een regisseur

Krzysztof Kieślowski tijdens de workshop; rechts actrice Dulcie Smart. Foto: Matthias Maat

Filmen wil hij niet meer, maar Krzysztof Kieślowski blijkt nog wel bereid tot andere klussen. Op initiatief van de European Film Academy, The Felix Meritis Foundation en het Nederlands Fonds voor de Film was de Poolse regisseur van 29 augustus tot en met 13 september in Amsterdam om een workshop voor regisseurs te geven. Annick Vroom was één van de deelnemers aan deze Master School van de Amsterdam Summer University en schreef het volgende verslag.

Zelf wil Krzysztof Kieślowski niets van de woorden ‘Master School’ weten. Hij duidt de veertiendaagse workshop consequent aan als ‘meeting‘. Toch is hij voor mij de eerste die het woord ‘master‘ volledig waarmaakt.

Onder de titel Six Actors in Search for a Director geeft Kieślowski een training in het regisseren van acteurs. De cursusgroep bestaat uit tien deelnemers en zes observanten uit acht verschillende Europese landen. Omdat het initiatief een coproduktie is tussen Nederland en Duitsland, zijn er relatief veel cursisten uit deze landen afkomstig. Uit Nederland zijn dat de regisseurs Fatima Jebli Ouazzani, het regieduo Mildred van Leeuwaarden en Dick Rijneke en ik. Maartje Seyferth en Janneque Draisma nemen deel als observanten. Ongeveer de helft van de cursisten heeft een speelfilm gemaakt, de andere helft meerdere korte films. De zes uit Duitsland en Nederland afkomstige acteurs – waaronder de Nederlanders Reinout Bussemaker, Matthias Maat en Nelleke Zitman – zijn allen ervaren in het spelen voor de camera.

De cursus is zorgvuldig georganiseerd en we worden voortdurend begeleid. Kieślowski werkt zeer gedisciplineerd: hij is om stipt tien uur aanwezig, houdt van een tot twee uur – alléén – zijn lunchpauze en gaat om stipt vijf uur weer weg. Op de eerste en de laatste avond na gaat hij nooit met ons mee uit eten. Hij heeft het niet alleen druk met de promotie van zijn laatste film Trois couleurs: rouge, maar wil ook zijn objectiviteit ten opzichte van ons bewaren.

Uitgangspunt is het scenario van Ingmar Bergman Scènes uit een huwelijk. Iedere deelnemer kiest een scène uit het scenario en mag deze naar eigen smaak bewerken, inkorten en veranderen. Alles is toegestaan, zolang de strekking van het scenario nog maar van toepassing is. Ook mag de scène niet meer dan vier pagina’s beslaan, omdat iedere deelnemer slechts één dag krijgt om de scène te filmen. Als blijkt dat gesprekken over de film van Bergman een eigen interpretatie in de weg staan, wordt over de film verder niet meer gesproken; ook de acteurs willen er niets over horen. De gesprekken met Kieślowski verlopen via zijn tolk, Benjamin Gijzel. Ze vormen een mooi duo: Gijzel vertaalt met luide stem het door Kieślowski gefluisterde Pools.

Intiem
Op de eerste dag, de introductiedag, wordt meteen Kieślowski’s liefde voor acteurs duidelijk. Onder het motto ‘acteurs weten het veel beter dan ik’ laat hij hen over hun rol denken hoe zij willen. Als hij bezig is met repeteren en een actrice heeft geen goed gevoel over een scène verandert hij gewoon zijn scenario. Hij zoekt zijn acteurs dicht bij de rol; een grondige kennismaking met hen is voor hem zeer belangrijk.

Het onderwerp van deze dag: casting. We moeten zelf onze acteurs casten om te kunnen beslissen met wie we willen werken. Om de acteurs beter te leren kennen laat Kieślowski hen zich persoonlijk voorstellen. Het doet vreemd aan, zes acteurs die voor een groep van zo’n vijfentwintig mensen vrij intieme biografieën vertellen. Kieślowski vraagt de acteurs van alles: bijvoorbeeld aan Nelleke of ze haar kinderen met de borst heeft gevoed en aan Reinout of hij wel eens een goed betaalde rol heeft afgewezen. Volgens Kieślowski hebben deze vragen indirect betrekking op de te spelen rollen. Uit de antwoorden kan hij opmaken hoe dicht iemand in de buurt van een rol komt.

De verschillen tussen de acteurs worden inderdaad snel duidelijk. Ik krijg niet alleen een idee wie ik graag wil regisseren, maar besluit ook dat ik met een andere scène wil werken dan die ik heb ingediend. De tien deelnemende regisseurs krijgen ieder een eigen regiedag, waarop ze kunnen werken met door henzelf gekozen acteurs. Behalve een cameraman moeten we uit de cursisten een eigen crew samenstellen. Omdat we gedurende de workshop veel met elkaar omgaan en elkaar steeds beter leren kennen, warden cast en crew vanzelf gevormd.

Gedurende de tien regiedagen geeft Kieślowski steeds nieuwe aanwijzingen en opmerkingen. Hij staat erop dat we in een vaste volgorde werken: aan het begin van de dag een uitleg van de scène, begeleid door de persoonlijke doelstelling van de regisseur. Daarna de eerste lezing van de acteurs. Vervolgens kunnen de repetities in de set beginnen. Vaak wordt er pas na de lunch gefilmd. De dag volgend op de regiedag geeft Kieślowski commentaar op de manier waarop de regisseur heeft gewerkt. Hierin toont hij zich net zo’n scherp observator als in de keuze van zijn acteurs.

Verbouwereerd
Natuurlijk kan ik in dit artikel niet iedere dag bespreken, maar een aantal opvallende gebeurtenissen wil ik graag beschrijven. Eén van de punten van kritiek van Kieślowski op een regisseur was “you look, but you don’t see“. Wat de regisseur niet zag was iets heel specifieks, namelijk de kleine handelingen die de acteurs onverwachts of tussen de repetities door onbewust doen. Deze handelingen zijn vaak juist van toepassing op de scène en zijn heel natuurlijk ontstaan. Als je deze handelingen oppakt en direct gebruikt in de scène, wordt deze heel levendig en natuurlijk. De regisseur keek dus wel – hij zat net als Kieślowski, voortdurend gehurkt, héél dicht bij zijn acteurs – maar zag alleen wat hij zelf al bedacht had. Hierdoor miste hij de ‘gouden extra’s’ die een scène zo bijzonder kunnen maken.

Ook was er een dag waarop iedereen tijdens de opnamen zijn aandacht verloor. Zelfs Kieślowski hield de hele middag zijn mond. De regisseur van die dag ging maar door en leek zowel zijn acteurs als zijn crew, behalve de cameraman, vergeten te zijn. Pas toen alle shots gedraaid waren stond Kieślowski op en kwam naar voren. Hij was zeer verbouwereerd over de manier waarop de regisseur had gewerkt. In plaats van naar de acteurs had de regisseur bijna uitsluitend naar de monitor gekeken. Verontwaardigd zei Kieślowski dat alleen Bufiuel naar een monitor keek, toen hij tachtig was. Ook had de regisseur na een opname alleen “thank you” gezegd, waarna hij verder was gegaan met een volgende opname. Volgens Kieślowski zegt “thank you” niets; je moet precies zeggen wat je goed en ook wat je niet goed vindt. Nu waren de acteurs al het vertrouwen in de regisseur kwijt geraakt en volledig op zichzelf aangewezen. Een regisseur moet cast en crew voortdurend motiveren. Als hij dat niet kan moet hij een assistent hebben van wie hij weet dat die dat voor hem doet. Kieślowski is ervan overtuigd dat als er geen spanning op de set heerst, deze er ook nooit op het scherm zal zijn.

De volgende dag verontschuldigde Kieślowski zich voor zijn felle uithaal. Overigens vertelde Monika Reif-Vizier van de European Film Academy dat dit nog niets was vergeleken met de kritiek tijdens lessen in het verre verleden. Wanneer je toen een cursus van Kieślowski had ‘overleefd’, was je carrière al een flink eind op weg.

Objectiviteit
Voor mijn regiedag heb ik als acteurs Nelleke Zitman en Shaun Lawton gekozen. Nelleke vanwege haar scherpe, analytische blik en Shaun omdat zijn humor goed in de scène past. Tijdens de repetitie voorafgaande aan de regiedag hebben we de scène goed geanalyseerd en een passende mise-en-scène uitgewerkt met wat humoristische elementen. Ik heb de scène voornamelijk gekozen omdat ik de vrouwelijke rol, Eva, heel sterk en leuk vind.

De regiedag (ik dacht dat ik niet zenuwachtig was, maar voelde mijn koude, klamme handen) begint goed. De scène staat als een huis en we kunnen meteen de set op. Nadat de scène is gepeeld zegt Kieślowski dat hij hele leuke dingen heeft gezien, maar blijft zitten met één vraag: bij wie moet de sympathie van de toeschouwer liggen? Bij hem of bij haar? Nu ligt de sympathie duidelijk bij hém en dat is niet mijn bedoeling.

Hier stuit Kieślowski op iets dat hij later als een algemeen ‘probleem’ zal benoemen: de objectiviteit; ofwel het vermogen om je eigen vooringenomen intenties voor een moment los te laten en van een afstand te kijken. Waar het om gaat is dat je controleert of hetgeen je ziet ook werkelijk is wat je bedoelt en niet neerkomt op wishful thinking. Erg lastig, maar het heeft mij de ogen geopend. Dit objectieve kijken heeft niet alleen betrekking op het grote geheel, maar ook op details. Zo komt Nelleke de scène binnen met een tas en door de manier waarop zij haar tas neerzet krijg je het gevoel dat ze op werkbezoek komt in plaats van een privé-bezoek.

Stralende blik
Uiteindelijk zijn alle scènes, zo goed en zo kwaad het gaat, gemonteerd. Editor Bob houdt er een ‘montage-arm’ aan over, hij heeft te veel te lange dagen achter elkaar aan de montage-tafel gezeten. De laatste dag is een analyse van deze gemonteerde scènes, waar nog verrassende resultaten uitkomen. Zo heeft de Italiaan Francesco Ranieri Martinotti een scène opgenomen met twee acteurs zittend aan tafel, die elkaar zelfs niet aanraken. Tijdens de opnamen was niet te zien hoe dit zou uitpakken, het leek een scène waarin de vrouwenrol het belangrijkste was. Eenmaal gemonteerd blijken beide rollen gelijkwaardig en levert de scène een grote spanning op.

Hiertegenover staat een scène van de Zweed Leif Magnusson. Terwijl hij veel emoties en beweging in de scène had verwerkt maakt het resultaat nu een verwarrende indruk. Aan het einde van de dag vertaalt Gijzel Kieślowski’s reactie op de cursisten dat hij het “quite interesting” had gevonden. Kieślowski verbetert hem direct: “not quite interesting, interesting“. Het echte afscheid na het laatste diner vormt een groot contrast met het begin. Gaf Kieślowski ons de eerste dag een hand zonder ons aan te kijken, nu zoent hij iedereen spontaan met een stralende blik in zijn ogen. Ook de groep was om niet te vergeten. Dankij de lange avonden, waarbij het Italiaanse diner van Maartje Seyferth zelfs de Italianen verbaasde, verheugen we ons er nu al op elkaar met onze speelfilms op allerlei festivals terug te zien.


Met denk aan Annemarie Vollebregt.