Premièreversie Het gangstermeisje eenmalig te zien
Nu nog beter

Het gangstermeisje
In het archief van Eye Filmmuseum werd de premièreversie van Frans Weisz’ speelfilmdebuut Het gangstermeisje herontdekt, tien minuten langer dan de gangbare, ook op dvd verschenen versie. Op vrijdag 15 september is deze oorspronkelijke bioscoopversie, inclusief korte erotische scène, eenmalig te zien.
Na het maken van een paar korte films debuteerde Frans Weisz in 1966 met de speelfilm Het gangstermeisje. Deze te weinig geziene Nederlandse klassieker blijkt op verzoek van het filmfestival van Berlijn na de Nederlandse première met tien minuten te zijn ingekort. Zonder deze inkortingen zou de film niet in de Berlijnse competitie worden opgenomen. Weisz was niet blij mee met de inkortingen maar kon er niets tegen doen, de rechten lagen bij zijn producent Jan Vrijman.
De ingekorte, internationale versie werd in 1967 in Berlijn vertoond en sindsdien gebruikt als ‘origineel’. In de archieven van Eye Filmmuseum is onlangs echter de oorspronkelijke Nederlandse premièreversie herontdekt en gerestaureerd. Hij wordt komende vrijdag vertoond in Eye, vooruitlopend op de presentatie op maandag 18 september van het door Harry Hosman samengestelde boek Frans Weisz, dagboek van een filmmaker.
Nederlandse nouvelle vague
Het debuut van Frans Weisz (1938) past in het rijtje Nederlandse films dat halverwege de jaren zestig beïnvloed werd door de nouvelle vague – zie ook Nicolai van der Heydes Een ochtend van zes weken (1966) en Wim Verstappens De minder gelukkige terugkeer van Joszef Katús naar het land van Rembrandt (1966). Ook op een andere manier past Het gangstermeisje in een traditie, dat van Nederlandse boekverfilmingen. Al ligt dat hier net even anders: Remco Camperts gelijknamige boek is gebaseerd op het scenario dat hij schreef in samenwerking met Jan Blokker.
In een brief aan Campert, opgenomen in Hosmans boek, schrijft Weisz dat hij Het gangstermeisje ziet ‘als liefdesverklaring aan het medium film’. Het is daarnaast een autobiografische film: een deel van de handeling speelt zich af in Rome, waar Weisz begin jaren zestig studeerde aan de Centro Sperimentale di Cinematografia. Kitty Courbois, met wie Weisz meermaals werkte, speelt de titelrol; zijn toenmalige partner Astrid Weyman speelt een belangrijke bijrol.
Het verhaal draait om een succesvolle schrijver, Wessel Franken, die verschillende crises doormaakt: een professionele, amoureuze en existentiële. Terwijl hij op een scriptbewerking van zijn roman Het gangstermeisje zwoegt, zien we in fantasiescènes wat hij bedenkt, door Weisz gedraaid in de stijl van een gangsterfilm. Ook zien we beelden uit een wat meer experimentele film, De bassist, een project waar Franken ter afleiding van zijn writer’s block ook over nadenkt. Ondertussen zit hij in een huwelijkscrisis, die wordt versterkt als hij naar de Côte d’Azur vertrekt om in opdracht van een bevriende Italiaanse regisseur ongestoord aan zijn scenario te werken. We zien hem doelloos door het kustplaatsje Menton zwerven en de eigenaars van het huis waar hij verblijft observeren, een kibbelend homoseksueel stel.
Voor Weisz is deze plot aanleiding om in zijn mise-en-scène te knipogen naar de nouvelle vague, maar ook naar Italiaanse meesters als Fellini. Daarbij beschikte Weisz over een uitstekende cameraman, Gerard Vandenberg, en bevat de film een door Liesbeth List gezongen titellied dat zich ontpopt als oorwurm. Struikelblok van Het gangstermeisje is de nasynchronisatie. Weisz castte in zijn film Italiaanse acteurs in de hoofdrollen (Paolo Graziosi en Gian-Maria Volonté) die in het Nederlands werden nagesynchroniseerd.
De film was in 1966 slechts een bescheiden succes. Een teleurgestelde Weisz zwoer nooit meer een arthousefilm te maken en richtte zich op publieksfilms als De inbreker en Rooie Sien. Pas na het succes van Charlotte (1980) ging hij meer persoonlijke films maken, veelal met een link naar het door hem zo geliefde theater. Ook pionierde hij met het maken van zowel reclamespotjes als televisieseries (Bij nader inzien, naar Voskuil) – in die dagen keken filmregisseurs nog neer op het medium televisie.
Verdringing en verzuring
Bij de research voor zijn boek – en een documentaire – over Frans Weisz, dat grotendeels is samengesteld uit dagboekfragmenten over zijn films, ging Hosman samen met Rommy Albers, curator Nederlandse film, in het archief van Eye Filmmuseum op zoek naar een mogelijk langere versie van de film. Ze stuitten op meerdere blikken werkmateriaal. De eind jaren negentig door Eye gerestaureerde film (die ook op dvd verscheen) was dus niet de definitieve versie, al dacht men toen van wel. Weisz, die betrokken was bij die restauratie, was indertijd niet begonnen over inkortingen (verdringing?) en de blikken met de oorspronkelijke (dus langere) vertoningskopieën waren al weggegooid omdat ze aangetast waren door het vinegar syndrome, een verzuring van het filmmateriaal die onomkeerbaar is. Achteraf gezien jammer, want mogelijk zaten de ontbrekende scènes bij het weggegooide materiaal dat niet per se helemaal aangetast hoeft te zijn door verzuring van de emulsie.
Het gevolg hiervan is dat de scènes die er in 1966 uitgeknipt zijn nu uit de bewaard gebleven (positieve) werkkopie gehaald moesten worden, wat een zekere mate aan kwaliteitsverlies betekent. Het liefst beschik je over een cameranegatief als basis voor een restauratie, maar het ‘geregeld negatief’ dat Eye Filmmuseum bezit, betreft de ingekorte versie. Ander probleem was het geluid: de werkkopie was zwijgend. Gelukkig was er nog een (slechte) 16mm-kopie van de langere vertoningsversie bewaard gebleven, waar het geluid vanaf gehaald kon worden en zo goed mogelijk synchroon gelegd. Hier helpt het dan weer dat de film nagesynchroniseerd is en dus toch al nooit helemaal perfect lip-sync was.
De in 1966 weggesneden scènes, in totaal tien minuten, verrijken de film. Vooral een sequentie van zeven minuten uit het begin van de film, met een in Panorama Mesdag opgenomen scène en een interview met Wessel Franken, verduidelijkt de huwelijks- en professionele crisis van de auteur – een belangrijk thema dat daardoor meer contouren krijgt. Ook werd er een vrijscène uitgeknipt die cruciaal is. Hij spiegelt twee andere vrijscènes en is bovendien door Weisz bijzonder fraai vormgegeven – al geneerde hij zich altijd voor seksscènes, blijkt uit Hosmans boek. De scène is een hommage aan de vrijscène uit het begin van Hiroshima mon amour (Alain Resnais, 1959), die door Resnais geabstraheerd werd gefilmd: we zien alleen een grafisch spel van lichaamsdelen, extra erotisch omdat deze in het halfduister zijn gefilmd. De scène van Weisz doet er niet voor onder. Wie hem wil zien, moet komende vrijdag naar Eye komen.
Oorspronkelijke bioscoopversie Het gangstermeisje | 15 september | Eye Filmmuseum, Amsterdam | De vertoning wordt voorafgegaan door een inleiding van Rommy Albers (Eye-curator Nederlandse film).
De presentatie van het boek Frans Weisz, dagboek van een filmmaker vindt paats op 18 september. Het door Harry Hosman samengestelde en van toelichting voorziene boek verschijnt op 21 september bij uitgeverij Pluim.
Lees hier meer achtergronden over Het gangstermeisje in nationale en internationale context.