The Rule of Jenny Pen

Geriatrische nachtmerrie

The Rule of Jenny Pen

John Lithgow steelt de show in deze psychologische horrorfilm over de bewoner van een senioreninstelling die een nieuwkomer begint te terroriseren met zijn demonische handpop.

“Als er geen leeuwen waren, zouden hyena’s heersen.” Dit soort wijsheden deelt de erudiete Nieuw-Zeelandse rechter Stefan Mortensen (Geoffrey Rush) gretig met de mensen in zijn rechtszaal.

Mortensen staat in deze allegorie voor het eerbare roofdier dat de mensheid beschermt tegen de immorele, bloeddorstige groepsdieren. Maar wanneer hij wordt getroffen door een hersenbloeding, transformeert hij tot een tandeloze, hulpbehoeftige rolstoelpatiënt. De arrogante magistraat, die zijn pensioen heeft vergokt, valt van zijn sokkel en komt terecht in een naargeestig verzorgingshuis.

Filmmaker James Ashcroft verbeeldt de senioreninstelling, met vale tapijtjes, zouteloze soepjes in de eetzaal en generiek ogend meubilair, als een soort hedendaagse hel. Met acteur John Lithgow, die gestalte geeft aan sociopaat Dave Crealy, als incarnatie van de duivel. Crealy struint ’s nachts in zijn pyjama, met zijn handpop Jenny Pen aan zijn zijde, door de wandelgangen om zijn lotgenoten te terroriseren. Uit pure verveling, geeft hij ergens halverwege de film toe. Ten overstaan van het behandelend personeel speelt Crealy de onschuld zelve.

Ashcroft doet met The Rule of Jenny Pen een poging om de regels van het horrorgenre te verleggen. Waar het normaliter tieners zijn die in horrorfilms door de autoriteiten niet serieus worden genomen, wordt Mortensen niet geloofd omdat de zusters denken dat hij last heeft van regressief gedrag. Ouderen vallen nu eenmaal vaak terug op reflexen uit hun kindertijd. Met verve illustreert Ashcroft de geriatrische gruwelijkheid waarin Mortensen zich bevindt: een intellectueel die gevangenzit in zijn fragiele lichaam. Terwijl Crealy nog behoorlijk vitaal oogt.

Lithgow, die al vaker memorabele antagonisten vertolkte (zie bijvoorbeeld Cliffhanger, 1993, en Blow Out, 1981) steelt de show in The Rule of Jenny Pen. Zie alleen al zijn doodse mond, als hij op verbeten wijze naar Mortensen gluurt. Het is mede dankzij Lithgows maniakale spel dat het moeilijk is om gedurende de film mee te bewegen met Rushs personage, die verwordt tot een soort pathetische minkukel. Maar misschien is dat ook wel de misantropische boodschap van de film: in sommige senioreninstellingen kent men alleen maar verliezers en ouder worden voelt in sommige gevallen als acteren in een horrorfilm die alleen maar in mineur kan eindigen.