Zwarte gaten
Tallulah Schwab zag eindelijk <em>Brutti, sporchi e cattivi</em>
‘Goorder en amoreler dan verwacht’
We hebben ze allemaal op ons To Do-lijstje staan: van die klassiekers waar je nooit aan toekwam. Regisseur Tallulah Schwab zag voor dit eerste deel van een nieuwe serie eindelijk Brutti, sporchi e cattivi (1976) van Ettore Scola.
Tallulah Schwab volgde regieopleidingen aan de Filmacademie en de Theaterschool, en maakte sindsdien een reeks korte en minder korte films, waaronder De man in de linnenkast (2003), Het rijexamen (2005), Blindgangers (2006) en De eerste snee (2011) die op het Nederlands Film Festival in première ging. Het scenario voor haar speelfilmdebuut Later lach je erom is bijna af. Over twee meisjes die hun hoofd boven water proberen te houden in een wereld vol zelfingenomen ouders, overspannen leraren en pesterige klasgenoten. Daarnaast regisseert en schrijft Schwab voor haar theatergroep Dakota.
Rattengif
"Tien jaar geleden zag ik C’eravamo tanto amati van Ettore Scola voor de tweede keer, op televisie. Ik had die fantastische film over drie vrienden al eerder gezien omdat mijn vader filmgek was, maar werd me er die tweede keer pas van bewust wie hem gemaakt had. Sindsdien wilde ik ook Scola’s ‘Lelijk, vuil en gemeen’ zien (Brutti, sporchi e cattivi), maar tot nog toe was het daar niet van gekomen.
"Ik wist vooraf dus al wel dat Brutti, sporchi e cattivi (prijs beste regie in Cannes) een heel Bourgondische film zou zijn, met grote penselen gemaakt. Rondborstige dames, grote gebaren, luidruchtige karakters die niet gestroomlijnd zijn. Iedereen is verminkt, modderig en bevlekt. Maar het was nóg goorder en amoreler dan ik had verwacht. Dat vond ik wel leuk. De kinderopvang bijvoorbeeld was een hele grote kooi waar ze alle kinderen in dumpen. Daar moest ik erg om lachen. Zo is er ook een familie-etentje rond de doop van een kind dat naar zijn grootvader is vernoemd. In opa’s eten is rattengif gedaan en iedereen weet daarvan.
"De film gaat over een hele grote familie die in een piepklein huisje woont in een sloppenwijk bij Rome. Ze leven van tippelen, stelen, dat soort dingen. De vader des huizes heeft bij een arbeidsongeval zijn oog verloren en heeft daar een groot bedrag aan schadevergoeding voor gekregen, dat hij met niemand wil delen. De rest van de familie doet niet anders dan proberen hem het geld afhandig te maken."
Zenuw
"Scola wilde iets zeggen over armoede. Dat je, als je daarin geboren wordt, geen kans hebt. Maar hij zegt het met zoveel humor, zo vet aangezet, en vooral zonder moralisme, zonder het sentimenteel te maken of door te schieten naar slapstick. Maar er zit wel degelijk een dramatische zenuw onder. Dat vind ik er zo mooi aan.
"Ook de cameravoering is prachtig, bijvoorbeeld helemaal in het begin. In één precies georkestreerd, maar chaotisch ogend shot dat 360º draait, komen alle familieleden langs, terwijl ze één voor één wakker worden. Eerst is het donker en hoor je alleen maar wat water druppelen en gesnurk. Dat geluid is niet realistisch, maar klinkt als van een oerdier. Er valt wat licht binnen in een huis, overal liggen mensen te slapen, zoals ratten in een hol. Hij suggereert een parallel met die ondergrondse knaagdieren zonder een rat te laten zien. Die komen later in de film wel weer langs, maar je ziet dan bijvoorbeeld een jongetje naar buiten rennen met een dooie rat. Dat ze daar zijn, is logisch. Het is niet van ‘Oeoeh, daar is de rattenlijn weer!’
"Een portret dat de buitenkant van iemand heel mooi of precies weergeeft hoeft niet per se een goed portret te zijn. Het gaat erom de essentie weer te geven van wat daaronder ligt. Zo geeft deze film ook geen realistisch beeld, maar legt hij met brute verfstreken een diepere waarheid bloot. Het is een manier van een verhaal vertellen die ik heel mooi vind, maar die je tegenwoordig weinig meer ziet."
Karin Wolfs