Thuiskijken – juli/augustus 2016
Attack on Titan: The Movie
Daar komen de naakte reuzen
Het pantheon van Japanse monsters en geesten moet flink inschikken, want de Titans komen eraan. Deze angstaanjagende naakte reuzen die mensen afkluiven als satéstokjes hebben de Japanse popcultuur veroverd en laten nu ook internationaal van zich horen.
Met dik 50 miljoen verkochte manga’s, een wereldwijd gestreamde anime-serie, diverse spin-offs en speelgoed en een tweedelige live-action speelfilm is Attack on Titan een verbazingwekkende sensatie. Een curieuze, weerzinwekkende en opwindende horrorblockbuster die hippe postapocalyptische doem mengt met genadeloze gore die uit de underground omhoog lijkt geborreld.
Het gaat dus allemaal om de Titans: 10 tot 15 meter hoge reuzen die niets liever doen dan mensen opeten. Ze hebben de resterende mensheid teruggedreven achter drie enorme concentrische muren. Een kleine groep met zwaarden uitgeruste commando’s maakt jacht op deze mysterieuze monsters (zwakke plek: de nek). Tussen de gevechten door is er tijd voor filosofische gesprekken over broederschap en vrijheid (“We zijn geen vee!”) en ondertussen heeft de fascistische legerleiding nog wat geheimen in petto.
Het nogal idiote verhaal had makkelijk camp of komedie kunnen worden, maar blijkt als spektakelfilm (verdeeld in twee delen) een fascinerende nachtmerrie. Attack on Titan zuigt je mee en blijft door je hoofd spoken. Zeker is er ook genoeg mis (kitscherige muziek, wezenloos voor zich uit starende fotomodelacteurs, matige CGI-decors), maar als hypnotiserende hellegang is de film volstrekt overtuigend. Misschien nog wel meer dan het manga en anime bronmateriaal, waarin wel heel veel tijd opging aan flashbacks en toestanden.
De Titans zijn monsters die je nog nooit eerder zag, ontsnapt aan een Jheronimus Bosch-achtige dimensie. De freaky reuzen (prima combinaties van acteurs en computeranimatie) met menselijke gezichten zijn naakt, maar hebben geen geslachtsdelen. Met een domme grijns strompelen ze rond, graaiend naar mensen die ze lachend aan stukken scheuren. Bizar, bespottelijk, griezelig en hypnotiserend.
Deze B-film met A-film-budget is natuurlijk pure pulp. Maar, zoals altijd in de Japanse populaire cultuur, staan deze wezens in een lange traditie waarin maatschappelijk trauma zich uit via bovennatuurlijke fenomenen. Zoals Godzilla en Akira het trauma van de atoombom verbeeldden en verwerkten, en The Ring de eeuwenoude geest-met-lange-haren een nieuw gezicht gaf. Ook de huizenhoge reus komt voor in bovennatuurlijke verhalen (yokai). Zo blijft het Japanse verleden een oneindige bron van creatieve en destructieve inspiratie.
Rik Herder
Attack on Titan: The Movie (deel 1) en Attack on Titan: End of the World (deel 2) Japan, 2015 | | Regie Shinji Higuchi | Distributie Edko Films (import)
Ozu Collectie
Digitale opknapbeurt
Het zal de cinefiel hoofdbrekens opleveren: welke versie van de Ozu Collectie aan te schaffen, de nieuwe Nederlandse of de Engelse versie van BFI?
Dit stukje zal niet opnieuw een lofzang zijn op de Japanse regisseur Yasujirô Ozu. Wie nog twijfelt aan de kwaliteit van zijn unieke oeuvre kan de zoekfunctie op de website van de Filmkrant gebruiken en bijvoorbeeld het artikel van ruim een jaar geleden lezen over de kleurenfilms van Ozu.
Dat er de laatste jaren weer opvallend veel belangstelling is voor Ozu, heeft in de eerste plaats te maken met het vieren van zijn honderdtiende verjaardag en vijftigste sterfdag in 2013. Dat was voor Shochiku, de productiemaatschappij waar Ozu decennia werkte, aanleiding om zijn vier laatste kleurenfilms te restaureren. Het digitale restauratieproject trapte echter af met Ozu’s bekendste meesterwerk Tokyo Story. Dit jaar waren Late Spring en Early Summer, die nu in enkele filmtheaters draaien, aan de beurt voor een opknapbeurt. Bij elkaar opgeteld zijn dat zeven recent gerestaureerde Ozu-films. Ze verschenen eind juni in een dvd-box van Lumière.
Naast lof voor deze uitbreng, kun je Lumière ook bekritiseren: het besloot de box alleen te vullen met standaard dvd’s — de upgrade naar blu-ray is niet gemaakt. En dat is betreurenswaardig, vooral omdat het makkelijk had gekund. De restauraties zijn gemaakt in hoge resolutie (4K), meer dan voldoende voor een prachtige blu-ray. Doe desnoods zowel dvd als blu-ray in dezelfde verpakking, wat standaardpraktijk is in bijvoorbeeld Engeland waar zowel de BFI (British Film Institute) als Masters of Cinema dit doet.
Bovendien is zo’n Ozu-box vooral gericht op de cinefiele fijnproever, precies die mensen die zweren bij de superioriteit van blu-rayschijfjes en die dus even zullen twijfelen over het kopen van gewone dvd’s.
Het goede nieuws is natuurlijk dat de box er is en vrij schappelijk geprijsd is. Voor veertig euro krijgt je zeven topfilms. Tokyo Story is het enige schijfje met afwijkend label, want een jaar geleden al uitgebracht in de Lumière Cinema Selection-reeks; had Lumière die niet even opnieuw kunnen persen?
Ook zijn de nieuwe restauraties ietsjes donkerder dan die in 2010 en 2011 door de BFI werden uitgebracht in hun eveneens zevendelige (maar los uitgebrachte) Ozu Collection. Maar dat betreft dan weer niet de recentelijk gerestaureerde versies. De BFI nam de veelgeprezen Ozu-uitgaves van de Criterion Collection in licentie: qua contrast net even betere transfers, voor wie de (lichte) beschadigingen voor lief neemt. En wél op blu-ray, dus extra scherp. Met bovendien een extra film op een tweede schijfje én mooi boekje; daar doet Lumière niet aan. Het zal de cinefiel hoofdbrekens opleveren: welke versie aan te schaffen?
André Waardenburg
Yasujirô Ozu Collectie Equinox Flower, Good Morning, Late Autumn, An Autumn Afternoon, Late Spring, Early Summer, Tokyo Story | | Distributie Lumière (dvd)