Hollandse Nieuwe 2009: Ramón Gieling over Tramontana

Tramontana

Regisseurs met een première op het Nederlands Film Festival kregen dezelfde vijf vragen voorgelegd.

1 Waar gaat je film over? “Tramontana vertelt over de driehoeksverhouding tussen een oudere man, een jong meisje en de wind. De film gaat over het niet-ingeloste verlangen. De verboden en onmogelijke liefde is zoiets; in dit geval de liefde van een oudere man voor een jonge vrouw en omgekeerd. Beiden zijn geobsedeerd door wat er niet mogelijk is. De tramontane-wind is steeds een storende en verstorende factor omdat hij een tellurisch (‘tot de aarde behorend’) verschijnsel is dat de hoofdpersonen persoonlijk lijkt te terroriseren.”

2 Waarom wilde je hem maken? “Omdat ik zelf enige tijd een geheime verhouding met een paard heb gehad: een onmogelijker liefde is niet denkbaar. Wij – Bella en ik – konden elkaar alleen in het diepste geheim ontmoeten. Toen onze liefde ten slotte aan het licht kwam werden we van elkaar gescheiden door de dierenbescherming. Vanzelfsprekend kon ik daar geen film over maken, waarop ik besloot voor een metafoor te kiezen en een oudere man met een jongere vrouw tot hoofdpersoon te maken.”

3 Mijn volgende film wordt nu eens… “een variant op Tramontana, opnieuw een amour fou dus. Een vertelling over de verboden liefde tussen een broer en een zus die eindigt in een gezamenlijke zelfmoord, maar die door een van hen overleefd wordt. Een ander plan gaat terug naar mijn tweede liefde, de ‘documentaire’ (al vecht ik al een aantal jaar tegen die term; ik beweer graag dat ik films maak, en niet het een of het ander). Een lang epos over de Spaanse loterij. Over bedrog, afgunst, en het verlangen van mensen naar de verlossing van hun aardse, financiële problemen – om als het eenmaal zover is, diep ongelukkig te worden door het ingeloste verlangen.”

4 Dit zou de Nederlandse film nodig hebben: “Visionaire intendanten. Verder zouden producenten verplicht moeten worden tenminste twee procent van het budget zelf te investeren in de producties zodat er energie wordt gestoken om het product, de film, commercieel levensvatbaar te maken. Overal wordt de Nederlandse handelsgeest geroemd, in de filmtak zie je hem zelden.”

5 Het moet maar eens afgelopen zijn met… “Producenten en regisseurs concipiëren films die goed liggen bij de fondsen en de commissies. Het gevolg is een virus dat de Nederlandse film is binnengeslopen: er worden keurige subsidiefilms gemaakt (de paar mooie uitzonderingen daargelaten). Om het niet te hebben over filmmakers die in commissies voor een paar rotcenten oordelen over andere filmmakers. Overigens vermoed ik dat als ik ooit in een commissie plaatsneem, ik alle plannen die ik onder ogen krijg categorisch zal afwijzen om mijn objectiviteit te staven. Ideologisch gesproken is het ieder voor zich en het Filmfonds voor ons allen. Een nog groter pak slaag trouwens hebben wij filmmakers zelf nodig: we zijn niet in beweging te krijgen om ons tegen de stroom te keren.”


Tramontana is te zien vanaf 24 september.