Ervaren filmfreak in spe – 27 december 2016

Zombie op hakken

  • Datum 27-12-2016
  • Auteur
  • Deel dit artikel

LAND OF THE DEAD

Laura van Zuylen studeert Theater-, film- en televisiewetenschappen in Utrecht. Maandelijks bericht zij in de Filmkrant over het wel en wee van een ‘ervaren filmfreak in spe’. Deze maand schrijft zij over de zombies in het Amsterdamse Paradiso.

Op een zaterdagnacht kom ik op wonderbaarlijke wijze terecht op het hardcorefeest Multigroove in het Amsterdamse Paradiso. Er draaien DJ’s met artiestennamen als ‘Partyraiser & Chosen Few’ en ‘Horrorist’. Een danszaal, waarvan ik gewend ben dat hij gevuld is met vriendelijk ogende hippie-types zoals ik, is stampvol met mensen die deels student zijn, deels kaal, deels blond en gehuld in niet veel meer dan een naveltruitje en deels hoofden hebben die getatoeëerd zijn en gepierced. Verbaasd sta ik te kijken naar hoe deze menigte uit zijn dak gaat op muziek die in mijn oren steeds hetzelfde klinkt. Het is voor mij een behoorlijke cultuurshock, zeker omdat ik altijd op hakken loop en hakken op hakken blijkt niet makkelijk.
Plotseling wordt mijn aandacht getrokken door vier grote, witte, rechtopstaande kisten op het podium. Ze gaan open en er komen vier donkere mensen uit, met op hun gezicht een witte schedel geschilderd. Ze zijn gehuld in bebloed verband. Echte zombies.
Zombies zijn door de jaren heen door film in leven gehouden. In George A. Romero’s land of the dead (2005) hebben ze stuk voor stuk een karakter. Onder andere door variaties op de langzame zombie-tred weten slager, cheerleader en tankstationmedewerker zich te onderscheiden in een massa lopende doden. De remake van dawn of the dead (2004) door Zack Snyder laat echter zien dat de zombiefilm ouderwets kan zijn, ook al zijn de zombies naar onze tijd verplaatst. Levende doden zijn misschien niet zo angstaanjagend als regisseurs soms denken; bloed en geschreeuw hoeven een film niet eng te maken.
De zombies op het Paradiso-podium hebben voor het hardcore-publiek in ieder geval geen nare betekenis. In tegenstelling tot de mensen in dawn of the dead, die gillend een warenhuis binnenvluchten met rennende zombies op de hielen, aanbidden technovrienden zombies als overtuigde gelovigen. Misschien is dat, omdat de Paradiso-bezoekers zich met de zombies identificeren. Velen hebben eenzelfde apatische blik wanneer ze niet bewegen, vermoedelijk door de hoeveelheid pillen die ze hebben geslikt.
Toch zijn er kenmerkende verschillen te zien tussen de levende zombies in de danszaal en de ‘living dead’ in film. De ogen van de levenden zijn niet glazig wit, maar groot en zwart. Ze zijn vrij vriendelijk en proberen niet de buik van één van de schaars geklede blondines met navelpiercing en al op te eten, zoals in land of the dead gebeurt. Maar ook de mensen die zich zonder pillen vermaken, zouden er niet aan denken de zombies in een hok op te sluiten, als stieren in een Spaanse arena. Geen oorlog tussen zombie en mens dus, maar wederzijdse beminnelijkheid.
Wanneer ik de hardcoreliefhebbers heb geobserveerd weet ik hoe ik, inclusief hakken, op de muziek kan dansen. Deze ontdekking lijkt op het moment waarop een zombie voor het eerst een geweer oppakt in land of the dead en de aap in 2001: a space odyssey (1968) van Stanley Kubrick bedenkt hoe je een bot als werktuig kunt gebruiken. Wij ontwetenden ontwikkelden alledrie een primitieve vorm van een ander soort intelligentie en zetten daardoor een stap verder in de richting van een nieuwe, ongekende wereld. Misschien word ik ooit nog eens een hardcore-zombie, maar ik sta op hoge hakken.

Laura van Zuylen

Geschreven door