Buiten beeld #11: Stunts

Korte zin, grote stuntgevolgen

Foto’s: Maricke Nieuwdorp

Wie werken er achter de schermen naast regisseurs en acteurs? Wie schrijft het script, wie zorgt voor aankleding, het geluid, de dieren, cast en de inwendige mens op de set? De Filmkrant belicht in deze ‘achter de schermen’-serie steeds een ander vakgebied. Deze maand: stunts op de set van de serie Bestseller Boy.

Hang me, hang me!”, roept een energieke Shahine El-Hamus gekscherend rond 23.20 door de Amsterdamse Raadhuisstraat. Hij lijkt geen last te hebben van het ingewikkelde harnas dat hij onder zijn kleren draagt. Met behulp van een telescoopkraan, kabels, een hogesnelheidslier, stuntcoördinator Brian van de Vooren en twee riggers gaat El-Hamus zo een val maken. De acteur wordt vanaf zo’n twintig meter hoogte langs alle etages van het W Hotel in een gecontroleerde, liggende val naar beneden geholpen. Boven hem hangt een camera- en lichtconstructie. En dat alles ziet er even spectaculair uit als het klinkt. Trams rijden om de zoveel minuten op enkele meters van de installatie, toeristen staan middenin wietdampen in alle talen te juichen na de opgenomen takes en een dronken student lalt: “Is dat een pop, of is het echt?!” Reken maar dat het echt is. Op aanwijzing van regisseur Norbert ter Hall (De belofte van Pisa, Mi vida) stoot de acteur tijdens zijn vlucht naar beneden een doodskreet uit die tot op de Dam te horen is.
Shahine El-Hamus (De belofte van Pisa) staat vandaag op de set van de achtdelige televisieserie Bestseller Boy, naar de gelijknamige roman van Mano Bouzamour en geproduceerd door CBS Studios, Avrotros en Willy Waltz International. In het verhaal, door Robert Alberdingk Thijm (A’dam-E.V.A.) en Bouzamour tot scenario bewerkt, geniet schrijver Mohamed Zebbi plots enorm succes. Maar de millennial worstelt met zijn nieuwe status en z’n plek tussen verschillende culturen.

58 EXT. ATLAS HOTEL / STOEP – AVOND
Momo stort naar beneden van het dak van het Atlas Hotel.

Deze korte zin, geschreven door Alberdingk Thijm, heeft grote gevolgen voor de filmproductie deze septembernacht, de 28ste dag van 76 geplande draaidagen. De scène zou niet mogelijk zijn zonder tussenkomst van Stuntteam De Beukelaer (STB). Het bedrijf, in 1965 opgericht door Hammy de Beukelaer en inmiddels overgenomen door Marco Maas, is volstrekt onmisbaar in het Nederlandse filmlandschap. Wie een stevig kroeggevecht, een hardcore auto-ongeluk, onderwaterramp of brandactie wil filmen, belt STB. Maas leidt anno 2021 een handvol mensen in vaste dienst en rond de vijftien freelancers die fulltime aan het werk zijn. Het zijn stuntmensen met achtergronden als marinier, luchtacrobaat, hoogreddingswerker of als freerunner – of een combinatie ervan. Verder zijn er zo’n zestig superspecialisten oproepbaar en stuntmensen met specifieke looks. Je kunt het zo gek niet bedenken, of STB kan het regelen. Desnoods halen ze een spitting image van Carice van Houten die op hoog niveau bokst uit Bulgarije, om maar een dwarsstraat te noemen. Het internationale netwerk van stuntbedrijven is hecht.

Vandaag heeft stuntcoördinator Brian van de Vooren stuntdubbel Noi Pakon meegebracht en twee riggers: zij laten mensen zweven, vliegen en vallen met behulp en de bediening van touwen- en kabelsystemen. De mannen zorgen ervoor dat hoofdrolspeler El-Hamus, diens tegensteler Zoë Love Smith (Skam NL) en stuntvrouw Pakon met behulp van touwconstructies en een telescoopkraan veilig naar beneden kunnen. Tijd voor fouten is er niet: de filmvergunning middenin het centrum van de hoofdstad, compleet met dit type hoogwerker, geldt alleen vannacht. Daarom heeft Van de Vooren al eerder met beide acteurs getraind voor deze valscène. Dat deden ze in de loods van STB in Wormer, waar met een telekraan exact dezelfde setting werd opgebouwd. Van de Vooren: “Zo konden ze vast voelen wat het betekent om in een harnas te hangen, op twintig meter hoogte te zweven en hoe je liggend een val maakt.” Dit duo stond te trappelen, maar het is niet vanzelfsprekend dat acteurs dat durven. Als iemand hoogtevrees heeft, gaat STB op zoek naar een alternatief, want een oplossing is altijd mogelijk. Hetzij door in z’n geheel met met stuntdubbels te werken, hetzij middels studiowerk en een green screen.

Het stuntbedrijf wordt direct als een scenario geschreven is bij het proces betrokken. Men leest het script en kijkt waar er welke actie plaatsvindt en op welke manier. Een auto-ongeluk bijvoorbeeld, is qua actie multi-interpretabel. “Soms wil een regisseur mega-actie zien, een andere ziet juist een subtiele scène voor zich”, legt Van de Vooren uit. Vervolgens gaat de stuntcoördinator van dienst mee op locatiebezoek om ter plaatse de mogelijkheden te bekijken. In dit specifieke geval was toen nog niet zeker of er een vergunning gegeven zou worden voor de telescoopkraan. “Daarom keek ik of het eventueel mogelijk was om vanaf het dak een extensie te bouwen van waaraf de camera en de acteurs naar beneden konden worden gevlogen”. Maar, zo had hij al snel vastgesteld: het zou veel langer hebben geduurd en zou omslachtiger zijn geweest.

De acteurs gaan vannacht met behulp van een zogenaamde hogesnelheidslier naar beneden, op zo’n 60% van werkelijke valsnelheid. Pakon, die de val van de actrice ‘af gaat maken’, gaat heel wat sneller richting grond: op zo’n 90%. Zij wordt handmatig door haar drie collega’s naar beneden getakeld, rechtstreeks in een berg klaarstaande dozen. Ook worden er vannacht shots opgenomen van zware gewichten die letterlijk op de auto worden gedropt én een opname waarbij de ramen van de auto gecontroleerd worden uitgeblazen met explosieven, om de impact van de val na te bootsen. Op dat moment werkt de afdeling stunts nauw samen met het special effects-team. De val in de dozen, de impact van het gewicht en de opgeblazen ruiten zullen in post-productie tot één shot verwerkt worden.

Stuntwerk is een tandwieltje in het rad van het filmproces. Vooral stuntmensen en special effects-specialisten op de set werken regelmatig nauw samen. Daar gaat nauwgezette voorbereiding aan vooraf. Niet alleen om zo efficiënt mogelijke opnamedagen te draaien, maar ook omdat er anders ongelukken kunnen gebeuren. Een ontploffing die een fractie van een seconde te vroeg afgaat, kan een gewonde stuntman of -vrouw op de set betekenen. Ook belangrijk om te beseffen: een auto of locatie die moet ontploffen, kan maar één keer kapot. De druk is dus gigantisch. Maar daar lijken Van de Vooren en zijn mensen geen last van te hebben. Rustig, vriendelijk en tot in de puntjes geconcentreerd doen ze hun werk. Zelfs Pakon, die met haar achtergrond als luchtacrobate, ervaring met ‘harnassenwerk’ en kleine fysiek regelmatig ingehuurd wordt als dubbel voor kleine vrouwen en zelfs kinderen, is totaal niet gespannen. Pakon: “We vertrouwen elkaar volledig, in ons vak is er nooit plaats voor arrogantie of ego.”

Dat je lot in handen ligt van drie mannen aan die aan touwen trekken is geen kattenpies, maar wel een ‘normale’ gang van zaken. Het zogenaamde riggen is een steeds groter onderdeel geworden van professionele stunts binnen de internationale filmwereld. Van der Vooren: “Vroeger sprongen ze gewoon op een airbag en dat was dat.”