Boeken: Yoka

Ze blijft een onbekende

Yoka Berretty met Wim van den Heuvel tijdens een repetitie voor televisiespel “Literatuur”, 1961. Foto: Jac de Nijs/Anefo, collectie Nationaal Archief (CC0)

Een biografie over acteur Yoka Berretty geeft een goed overzicht van haar leven en carrière, maar Berretty zelf blijft een onbekende.

“Even onweerstaanbaar als onuitstaanbaar”, beschrijft een vriendin acteur Yoka Berretty (1928-2015). Het is een beschrijving die vaker terugkomt in Yoka, de biografie die journalist en schrijver Peter van der Aa schreef over Berretty, die volgens naasten soms onredelijk kon zijn, die ‘nee’ verkocht aan Federico Fellini en Paul Verhoeven, maar ook ‘vrijgevig en lief’ was.

In 1928 wordt ze geboren in Rotterdam. Maar volgens Van der Aa begint haar leven pas echt wanneer ze in de jaren vijftig naar Parijs en dan Rome trekt. De periode waarin ze zich ‘symbolisch een nieuwe naam aanmat’: Joke Meijeringh wordt Yoka Berretty.

Er volgen rollen in internationale films als Dino Risi’s Pane, amore e… (1955) en succesjaren in Nederland, op het toneel maar vooral ook op televisie, met als hoogtepunt het satirische televisieprogramma Zo is het toevallig ook nog ‘s een keer. Wat terugkomt in recensies en interviews die Van der Aa aanhaalt, is dat Berretty, die naast het acteren ook aanleg had voor zingen, dansen en pianospelen, technisch misschien niet de meest begaafde acteur was, maar dat compenseerde met haar tegelijk brutale en innemende charisma.

Maar zoals Van der Aa in het voorwoord al opmerkt is het geen makkelijke opgave om door te dringen tot de binnenwereld van Berretty. Ze liet weinig persoonlijke documenten na die inzicht geven in wat er in haar omging en zelfs met vrienden en familie deelde ze daar weinig over. “Een beetje moeilijke gesprekken ging ze het liefst uit de weg”, stelt haar zoon Benjamin. Het maakt dat de biografie vooral leest als een opsomming van de feiten uit haar leven, waar slechts met moeite de contouren van wat haar vormde uit naar voren komen.

Een van die contouren is de Tweede Wereldoorlog, die uitbreekt wanneer ze net twaalf jaar oud is. Vanuit een kostschool in Leiden schrijft ze in die jaren brieven aan haar moeder, met wie ze een vaak moeizame relatie had. Die periode draagt bij aan de stille pijn die zich in haar vroege jeugd vormt en die ze haar leven lang meedraagt. Zoals theatermaker Agaath Witteman haar in het boek typeert: “een berg vol onzichtbaar verdriet met een daverend lachende top.”

Want dat is het beeld dat opdoemt uit de biografie van Van der Aa. Dat Berretty daarin grotendeels een onbekende blijft, is misschien wel de crux. Want haar leven was vaak een kwestie van maskeren. Van verlegenheid die ze overschreeuwde en een doodsangst die ze onder de tafel dronk. Dat drankgebruik was volgens haar zoon Benjamin terug te voeren op de oorlog. “Er viel iets in te halen en er was pijn die moest worden verdoofd.” Maar hij voegt eraan toe dat zijn moeder doorging waar anderen stopten.

Benjamin was de zoon die ze kreeg met haar tweede man Andreas, met wie ze trouwt in 1960. Eerder was ze getrouwd met Dodo Berretty, een liefde die Van der Aa samenvat als ‘hartstochtelijk maar niet erg duurzaam’, maar waar ze wel die klinkende achternaam aan en dochter Jolanthe overhoudt. Affaires zijn er ook. Met de Amerikaanse schrijver William Gardner Smith bijvoorbeeld, en de Nederlandse acteur en toneelregisseur Guus Oster.

Met Andreas vestigt ze zich in het kalme Bentveld. Het moet een nieuwe fase worden in haar leven, waarin ze de jaren van de beruchte artiestensociëteit De Kring en het Gooise buitenhuis Jagtlust (waar bevriende kunstenaars samenkwamen en zich een slag in de rondte dronken en vreeën) achter zich laat en zich richt op het gezinsleven. Maar ze kan er niet aarden en betrekt toch weer een appartement in Amsterdam, waar dochter Jolanthe avond aan avond in slaap valt met het geluid van ‘jazzmuziek en het met een klap neerzetten van whiskyglazen op het glazen blad van de salontafel’.

Die rusteloosheid raakt ze pas kwijt in de laatste jaren van haar leven, die ze grotendeels doorbrengt in Frankrijk, ver weg van de drukte die ze in haar leven zo vaak had opgezocht en uitgenodigd. In de plaats ervan komt reflectie. Reflectie op een leven dat vol was, maar waarin ze toch ook nooit helemaal het onderste uit de kan haalde. Omdat ze genoegen nam met wat haar kwam aanwaaien en naar eigen zeggen de discipline ontbeerde haar talenten ten volle uit te diepen.

Maar ouder worden verloste haar ook van de onzekerheid die ze haar leven lang had weggelachen. “Ik heb altijd gezegd dat ik gracieus ouder wilde worden. Dat is niet gelukt”, zei ze met haar kenmerkende zelfspot in een interview dat Van der Aa aanhaalt. “En ach, wat is erop tegen om mal oud te worden?”


Yoka, Peter van der Aa | 2023, Uitgeverij Eliksir, Leeuwarden | 280 pagina’s | €23,50