Boeken: The Eloquent Screen

Een zeldzame vorm van filmliefde

To the Wonder

Het postuum gepubliceerde The Eloquent Screen is het levenswerk van criticus en academicus Gil­berto Perez, een dappere poging om de mysterieuze aantrekkings­kracht van cinema te verklaren. Het resultaat is een zeldzaam­heid: een (semi)academische tekst die overvloeit van liefde voor film.

Weinig mensen schrijven zo vrijgevig over film als Gilberto Perez dat deed. De in Cuba geboren, maar naar Amerika geëmigreerde, filmcriticus en academicus combineerde de diepgang van filmwetenschap met de persoonlijke observaties van een criticus, filosoof en humanist ineen. Analytisch en theoretisch, praktisch en filosofisch, academisch en persoonlijk – Perez liet zich nooit vastpinnen op het een of het ander.

Misschien was dat omdat hij tussen twee contrasterende culturen opgroeide, het communistische Cuba en het kapitalistische Amerika, of twee studierichtingen deed, natuurwetenschappen en filmwetenschappen. Perez hield van doortastend onderzoek naar de aard van film, maar niet van definitieve conclusies die verder debat zouden uitsluiten. Geen enkel twistpunt in de (film)geschiedenis liet zich voor hem met een enkele verklaring oplossen.

Praktische filmfilosofie
The Material Ghost: Films and Their Medium uit 1998, het enige boek dat Perez gedurende zijn leven publiceerde, getuigt precies daarvan. Het combineert reflecties op filmtheorie met een door Perez’ achtergrond in de exacte wetenschappen ingegeven onderzoek naar de materiële aard van film. Wat maakt een film een film? En hoe onderscheidt film zich van de andere kunsten? Zijn reflecties op die vragen vormen een praktische filmfilosofie. Perez put uit zijn encyclopedische kennis van de filmgeschiedenis (makers als Griffith, Dovzjenko, Antonioni en Kiarostami komen aan bod) voor verhelderende antwoorden, zonder te pretenderen dat het mysterie van wat film is en hoe film werkt daarmee is opgelost.

Het postuum gepubliceerde The Eloquent Screen: A Rhetoric of Film is een onmisbare opvolger. Hierin verkent Perez hoe film een verstandhouding met zijn publiek tot stand brengt. Films spreken tot ons: ze gebruiken retorische en poëtische technieken om in dialoog te gaan met onze verwachtingen, verlangens en opvattingen. Veel academici staan stil bij filmtechniek: hoe maak je een film? Of bij receptieonderzoek: hoe neemt een publiek film tot zich? Perez doet een dappere poging om ook hier precies tussenin te gaan zitten: hoe presenteert een film zich, zodat wij het op een bepaalde manier tot ons nemen? Wat is de retoriek van film?

Die vragen brengen hem terug bij het begin: Plato en Socrates en hun opvattingen over retoriek. Hij verkent de genuanceerde verschillen tussen metafoor, metonymie en synecdoche om te illustreren hoe scenaristen en regisseurs retorische technieken toepassen, om hoe iets in een film gezegd wordt net zo belangrijk te maken als wat er gezegd wordt. Hij haalt D.W. Griffith en John Ford aan als vroege meesters in de beheersing van filmretoriek. Vooral Ford, die in zijn westerns de Amerikaanse ontstaansmythe ondervraagt, is een fascinerend geval. Hebben we hier te maken met racistische, conservatieve films of met een maker die racistische, conservatieve aspecten laat botsen met andere retorische middelen om een Amerikaans publiek een spiegel voor te houden?

Spiegels zijn een terugkerend motief in het boek. Perez is gefascineerd door films die de vierde wand doorbreken en zo terugkijken naar het publiek, door de dubbelgangersmotieven van Alfred Hitchcock, en door de discussies over de male en female gaze die het verlangen van een publiek weerspiegelen of juist belemmeren. Hij leent rijkelijk uit academische en filosofische stromingen om zijn filmanalyses te verdiepen, verrijken en compliceren. Onder andere Freuds Oedipus-complex, Lacans spiegelfase en Heideggers Wesen werken als spiegels van academische modellen over retoriek, narratief en techniek.

Pure verwondering
Klinkt misschien ingewikkeld, en dat is het ook. Maar ondanks – of juist door – Perez’ diepgaande academische overpeinzingen schemeren in The Eloquent Screen ook momenten door van pure, persoonlijke verwondering. Dit is een boek dat een zeldzame vorm van filmliefde behelst, met haast esoterische reflecties op de wonderen van cinema.

Vooral de passages over het werk van Terrence Malick springen eruit, omdat Perez daarin zijn theoretische kaders achterwege laat en zijn ontzag niet kan verhullen. ‘Ik was erdoor ontroerd en verwonderd’, schrijft hij over To the Wonder, een late Malick die (onterecht) veel minachting te verduren heeft gekregen. ‘Ik stel me voor dat het mensen geneert om te zien dat liefde zo eerlijk verbeeld wordt, en om te zien hoe dat verbonden wordt aan een gevoel van het goddelijke. Romantische opgetogenheid en religieuze toewijding zijn de laatste tijd niet bepaald in de mode, laat staan de link tussen die twee.’ Modieus kan je ook dit boek niet bepaald noemen. Maar zulke ongegeneerde en liefdevolle reflecties op cinema komen zelden voor.


The Eloquent Screen: A Rhetoric of Film, Gilberto Perez | 2019, University of Minnesota Press | 405 pagina’s | €32,99