Boeken: Hitchcock

39 stappen naar perfectie

  • Datum 28-08-2014
  • Auteur
  • Deel dit artikel

Hitchcock en Tippi Hedren op de set van Marnie

Twee nieuwe boeken over Hitch­cock duiken in de leidmotieven en de Emersoniaanse dimensie van de films van de Master of Suspense.

Door André Waardenburg

In de zomer van 2012 wijdde het British Film Institute (BFI) een volledig retrospectief aan de Master of Suspense. De publicatie 39 Steps to the Genius of Hitchcock diende toen als een soort catalogus, het is tijdens het Hitchcock Touch-overzicht te koop in de winkel van EYE (of elders te bestellen). De BFI noemt het een compendium en het boek heeft dan ook een originele opzet. Nu eens niet chronologisch geordend, per periode (zwijgend, Brits, Amerikaans), of per titel maar bestaand uit een verzameling van 39 thema’s of motieven — het aantal verwijst naar Hitch’ Engelse film The 39 Steps (1935). Met naast de bekende onderwerpen — moord, schuld, MacGuffin, (blonde) vrouwen en moeders, muziek, montage — ook aandacht voor relatief onbekende aspecten, zoals de rol van zijn vrouw Alma Reville en hoe zijn naam en verschijning al snel een ‘brand’ (merknaam) en instituut werden. Ook de titel die EYE aan hun retrospectief gaf, The Hitchcock Touch, komt aan bod, met een opsomming van 21 karakteristieke ’touches’; van het voyeurisme in zijn eerste film The Pleasure Garden (1926) tot aan het moment in zijn een-na-laatste film Frenzy (1972) waarop de camera zich discreet terugtrekt van de plek waar net een moord is gepleegd. De 39 lemma’s zijn kort (maximaal vier pagina’s), werden geschreven door gerespecteerde Hitch­cock-kenners en rijkelijk voorzien van prachtig beeldmateriaal uit het archief van de BFI. Als zodanig een perfecte inleiding voor mensen die nog weinig weten over de maestro.
Voor wie dieper wil ingaan op het werk van Hitch­cock is er het nieuwe boek van William Rothman, Must We Kill the Thing We Love? Rothman is geen onbekende als het over Hitchcock gaat, in 1982 schreef hij The Murderous Gaze, een klassieke studie met diepgravende analyses van vijf films, die twee jaar geleden een uitgebreide editie kreeg.
Rothmans nieuwste studie is ambitieus en beoogt een brug te slaan tussen het werk van de Amerikaanse filosoof Ralph Waldo Emerson (1803-1882) en het bekende, door Hitch­cock vaak aangehaalde dictum van Oscar Wilde: ‘each man kills the thing he loves’. Een gedachte die ver afstaat van de essays van de invloedrijke Emerson, een van de Amerikaanse Transcendentalisten waaronder ook Thoreau (Walden) en de dichter Walt Whitman vallen. Heel kort samengevat gaat Emersons werk over de potentie (en morele plicht) tot zelfverwezenlijking en Rothman haalt diverse keren de zinsnede ’the unattained but attainable self’ aan als het om personages gaat die niet toegeven aan hun duistere driften, zoals in de meeste Hitch­cock-films, maar juist een bewust besluit nemen hun leven wezenlijk te veranderen en een beter mens te worden. Dit is ook de kern van het Perfectionisme, de stroming waartoe Emerson gerekend wordt. Als voorbeeld noemt Rothman de twee spionnen, een echtpaar, die aan het eind van Secret Agent (1936) de morele keuze maken hun werk vaarwel te zeggen, zodat ze nooit meer tegen hun zin hoeven te moorden. In een van de beste hoofdstukken neemt Roth­man het op voor wat hij Hitchcocks laatste meesterwerk noemt, Marnie (1964) — een film die door veel liefhebbers niet tot zijn beste wordt gerekend. In Rothmans visie onte­recht, al was het maar omdat ook Marnie zich aan het slot van het verhaal, verlost van haar trauma’s, eindelijk kan verwezenlijken. Rothmans morele blik op Hitchcocks oeuvre werkt behoorlijk verfrissend, al voelt het slothoofdstuk over Emerson wat aangeplakt.

39 Steps to the Genius of Hitchcock | Samenstelling James Bell | 2012, British Film Institute | 149 pagina’s | €21,50
Must We Kill the Thing We Love? Emersonian Perfectionism and the Films of Alfred Hitchcock | William Rothman | 2014, Columbia University Press | 302 pagina’s | €25,99

Onder de noemer The Hitchcock Touch toont EYE t/m half oktober een groot deel van het oeuvre van Afred Hitchcock | Een selectie van zes films toert t/m 15 november langs diverse filmtheaters.

Boeken kort

Spike, Mike, Slackers & Dykes | John Pierson | 2014, University of Texas Press | €22,95 (heruitgave van editie uit 1995)
Spelend leren, John Pierson heeft het als geen ander begrepen. Niet alleen staan de verhalen over zijn carrière als producent voor onafhankelijke filmmakers als Spike Lee, Michael Moore en Richard Linklater vol spannende anekdotes die hij duidelijk met veel plezier vertelt. Ook in z’n vorm is het boek speels en vermakelijk. Zo worden hoofdstukken afgewisseld met stukjes dialoog tussen Pierson en Kevin Smith en komen er stukken script, gekopieerde agendablaadjes en een geïmproviseerd budget­overzicht op een kladblaadje langs.

Badiou and Cinema | Alex Ling | 2013, Edinburgh University Press | €26,50 (paperback van studie uit 2010)
Geen filmtheoreticus voelt zich te beroerd om het gedachtegoed van een filosoof, bij voorkeur eentje die op dat moment lekker in de markt ligt, te toetsen aan de wereld van de cinema. Zo ook Alex Ling die een boek schreef over Badiou’s Platonist Cinema. De hoofdvraag blijkt: can cinema be thought? Niet een weglezertje voor op het strand, maar als september begint wellicht goed als serieuze start van het nieuwe werkseizoen.

Jane Campion & Adaptation Angels, demons and unsettling voices | Estella Tincknell | 2013, Palgrave Macmillan | €24,99
In dit boek legt Tincknell zichzelf de taak op om Jane Campions carrière onder de aandacht te brengen en zo te ageren tegen het volgens haar ‘georganiseerde vergeten’ dat te veel vrouwelijke filmmakers ten deel valt. Ze schrijft deze oeuvrebespreking met speciale (ook theoretische) aandacht voor het begrip ‘adaptatie’. Tincknell is erop uit om de vertaalslag van bv. literatuur naar film niet alleen te beschouwen als een verlies maar als een productieve kans. Het werk van Campion blijkt uiterst geschikt voor deze doelstelling.

Between the Black Box and the White Cube | Andrew V. Uroskie | 2014, University of Chicago Press | €26,99
Ondertussen zijn we er allemaal aan gewend, cinema is overal te zien. De expansie van het bewegende beeld uit de bioscoop (black box) naar bijvoorbeeld het moderne kunstmuseum (white cube) wordt door Uroskie in dit lijvige werk beschreven. Deze beweging wordt door Uroskie toegeschreven aan de introductie van de televisie, en daarmee de ‘emancipatie van het bewegende beeld’ in ons leven. Wellicht een wat theoretisch onderwerp, maar dat hindert Uroskie niet om op een boeiende en vloeiende wijze talloze voorbeelden van expanded cinema te beschrijven.

Samenstelling Anne de Loos | International Theatre & Film Books | Leidseplein 26 | 1017 PT Amsterdam | t 020-6226489 | theatreand­filmbooks.com

Geschreven door