Boeken – 3 mei 2016
Pirandello
Een roman. Maar niet zomaar een roman. En niet van zo maar iemand. Eigenlijk van niemand. Of van honderdduizend, zoals een van de beroemdste boeken van de Siciliaan Luigi Pirandello luidt. ‘Iemand, niemand en honderdduizend’. Het gaat over een man die op de eerste bladzijde voor de spiegel zijn gezicht bekijkt, zoals hij dat elke dag doet. Maar dan opeens zegt zijn vrouw dat zijn neus een beetje scheef lijkt te staan. Oei. Dat had de man nog nooit gezien en in de daaropvolgende 280 bladzijdes desintegreert hij volledig. Zijn hele identiteit was immers opgebouwd uit de vooronderstelling dat zijn neus niet scheef stond. Hoeveel zekerheden heeft u om te laten varen? Het is een terugkerend thema bij Pirandello, het illusoire karakter van zekerheden in het algemeen en van zoiets als identiteit of menszijn in het bijzonder.
Maar wat moeten we daar in de Filmkrant mee? Nou, behalve dat het halve filmhuis over desintegratie van karakters gaat en u misschien ook wel eens wil lezen hoe dat in zijn werk gaat, is er sinds kort een heruitgave verschenen van zijn Dagboek van Serafino Gubbio, cameraman. Deze roman uit 1915 (!) leest als een voorbode op alles wat grote denkers en filmers in vooral de jaren twintig en dertig geschreven hebben over het nieuwe tijdperk van de machine. Ik noem in het bijzonder Walter Benjamin, die twintig jaar later zijn beroemde essay Het kunstwerk in het tijdperk van de technische reproduceerbaarheid schreef. Dat essay kan bij deze het raam uit, weggooien dat kreng, want alleen al wat Pirandello in de eerste dertig bladzijden van dit dagboek schrijft, is dermate superieur aan Benjamin, dat we aan hem geen waarde meer kunnen toekennen. Het lijkt wel alsof de begrippen van Benjamin (aura, verlies van medemenselijkheid ten gevolge van de machines) direct afkomstig zijn uit dit boek. Het is dan ook uiterst paradoxaal om hier samen te vatten wat Pirandello als schrijver veel beter heeft verwoord. Je kunt eigenlijk of alleen maar zeggen: lees dit boek, einde recensie. Of eindeloos citeren. Maar ook dat laatste kan niet want dan krijg ik de uitgever achter me aan. Ach vooruit een stukje:
‘De machine is gemaakt om te handelen, om te bewegen, het is voor haar nodig onze ziel op te slokken, ons leven te verslinden. En hoe zouden, denkt u, die machines in hun massale en voortdurende productie ons die ziel en dat leven teruggeven? Wel in stukjes en brokjes, allemaal naar hetzelfde sjabloon, stompzinnig en precies, zodat je er, als je ze op elkaar zou stapelen, een piramide van zou kunnen maken die wel tot aan de sterren reikt. Ach, wat sterren! Nee, beste mensen, geloof daar toch niet aan. Niet eens tot de hoogte van een telegraafpaal. Een zuchtje doet ze in elkaar zakken en naar beneden rollen, en maakt er zo’n overlast van, niet naar binnen, maar buiten ons, zodat — goeie God, ziet u hoeveel dozen, doosjes, blikjes? — we niet meer weten waar onze voeten neer te zetten, hoe nog een stap te doen. Ziedaar de voortbrengselen van onze ziel, de blikjes van ons leven!’
Schildpad
Voor diegenen die het niet doorhebben, de cameraman spreekt hier over zijn apparaat, dat alles tot stilstand brengt en weer een andere machine nodig heeft — de projector — om de ‘stukjes en brokjes’ opnieuw tot leven te brengen, ook al ziet hij dat niet als leven, net zomin als wat er voor zijn camera afspeelt. Zie ik daar het Kino-Oog van Dziga Vertov? Serafino Gubbio is slechts de hand die aan de slinger draait. Allang heeft hij besloten om niet deel te nemen aan het schouwspel van het leven, om bewegingloos te staan tegenover medelijden of mededogen. Hij is er slechts om de machine te voeden, met het leven van de acteurs. Totdat hij wordt meegezogen in een productie van filmmaatschappij Kosmograph, waar naast de manipulerende actrice Varia Nestoroff, ook een prille dochter van een onnozele arts aanwezig is. En deze Luisetta zorgt er voor dat de cameraman betrokken wordt bij zijn medemens, en voor even niet alleen maar hand is, maar mens, en dan ook meteen een mens met welhaast Dostojevskiaanse gevoelens, met alle noodlottige gevolgen van dien.
Als de filmkijker nu nog niet is afgehaakt mag hij of zij de rest zelf lezen, mij rest alleen nog op te merken dat met de komst van een levende tijger op de filmset Pirandello in 1915 ook alvast vooruit liep op het fenomeen snuffmovie. En, vooruit, voor de liefhebbers dan nog een stukje origineel proza, waarin de hand van een schrijver die zich ooit ten doel had gesteld om elke dag van een heel jaar een verhaal te schrijven (en het niet haalde, hij kwam tot 224) in al zijn glans aanwezig is:
‘Het kan gebeuren dat een vreedzame schildpad juist daar wegkruipt waar een onopgevoede straatjongen hurkt om zijn behoefte te doen. Even later hervat het arme, zich van niets bewuste dier kalmpjes zijn trage wandeling met op zijn schild het hoopje van die jongen als een onvoorziene toren.
Incidenten van het leven!’
Mike Naafs
Dagboek van Serafino Gubbio, cameraman
Luigi Pirandello
Uitgeverij Coppens en Frenks, 2008, 224p, 29,95 euro
L’oeuvre de Georges Méliès
Jacques Malthête
2008, Éditions de la Martinière, 57,50 euro
In de Cinémathèque Française (cinematheque.fr) loopt momenteel een grote tentoonstelling over Méliès. Dit is de — omvangrijke — catalogus, met natuurlijk veel afbeeldingen (tekeningen, foto’s, stills, voorwerpen), essays, biografie en filmografie.
Unfiltered. The complete Ralph Bakshi
Jon M. Gibson
2008, Universe, 45,- euro
Oeuvrecatalogus en biografie van animatiegenie Bakshi (fritz the cat) doorloopt diens leven en werk van vroegste werk als hulpje bij Terrytoons studio tot en met zijn recente vrije werk. Kijk het boek in op youtube.com/watch?v=p7cH8sKoiSw.
Eiji Tsuburaya, master of monsters. Defending the earth with Ultraman and Godzilla
August Ragone
2008, Chronicle, 43,50 euro
Koffietafelbiografie over Japanse Ray Harryhausen (godzilla) én van ontwikkelingen in Japanse film gedurende een halve eeuw geeft interessant inkijkje in keuken van predigitale special effects-ontwerper, die stierf in 1970.
The animation bible. A practical guide to the art of animating from flipbooks to Flash
Maureen Furniss
2008, Universe, 45,- euro
Uitgebreide, maar hanteerbare handleiding voor het maken van animatiefilms doorkruist niet alleen alle stadia van het maken van een animatiefilm, maar gaat ook allerlei vormen binnen dit genre langs aan de hand van reeds gemaakte films.
Federico Fellini. The book of dreams
Federico Fellini, Tullio Kezich
2008, Rizzoli, 135,- euro
Dijbeendik boek met tekeningen, krabbels en teksten van Fellini typeert regisseur ten voeten uit; niet alleen omdat het begrip ‘droom’ centraal staat (dromen waren volgens Fellini min of meer hetzelfde als films), vooral door de exuberante, kleurrijke, cartooneske tekeningen, waartussen ook karikaturen opduiken van Orson Welles en Sophia Loren. Italiaans/Engels.
La jetée. Ciné-roman
Chris Marker
2008, Zone Books, 32,95 euro
Eindelijk herdruk van het fotoboek van la jetée dat, in tegenstelling tot veel andere filmboeken, niet zozeer een slap aftreksel is van de film, maar volledig op zichzelf kan staan. Ook afgedrukt is het script van de film in Frans en Engels.
Cinema/genre
Raphaelle Moine
2008, Blackwell, 33,50 euro
Over genre en film zijn een Engels standaardwerk (Rick Altman, Film/genre, BFI, 29,90 euro) en een Nederlandstalig boek (Daniel Biltereyst, Film/TV/genre, Academia press, 25 euro) verkrijgbaar. Dit oorspronkelijk Franse boek probeert opnieuw duidelijkheid te scheppen in de snel uitdijende genrejungle. Boek is nadrukkelijk een synthese van eerder onderzoek en richt zich ook op geïnteresseerde leek.
John Landis
Guilia D’Agnolo Vallan
2008, M Press, 32,95 euro
Foto- en fanboek over maker van the blues brothers en clip bij Michael Jacksons ‘Thriller’ is opgebouwd rond een lang interview met Landis en een aantal artikelen van zijn eigen hand, maar ook interviews met en artikelen van (oud-)medewerkers.
Fifty key British films
Sarah Barrow
2008, Routledge, 27,50 euro
Beredeneerd overzicht, met credits en verwijzingen van vijftig legendarische Engelse films. Uitgangspunt is dat betreffende films een waarachtige reflectie vormen van de tijd waarin ze gemaakt zijn. Zo vinden we goldfinger naast ratcatcher.
Cinematic identity. Anatomy of a problem film
Cindy Patton
2008, University of Minnesota Press, 21,50 euro
Met pinky (Elia Kazan, 1949) als uitgangspunt schetst auteur beeld van de culturele revolutie in de Verenigde Staten aan het eind van de jaren veertig, toen begrippen als ‘ras’ en censuur van groot belang waren in de filmindustrie. Ook de opkomst van de ‘method’-acteur komt aan bod.
Everything is cinema. The working life of Jean-Luc Godard
Richard Brody
2008, Metropolitan Books, 44, 50 euro
Criticus van de New Yorker schreef vuistdikke biografie op basis van honderden vraaggesprekken. Zoals tweede deel van de titel al suggereert, vooral nadruk op het werkende leven van de Franse regisseur, al zal er bij hem, zie het eerste deel van die titel, weinig verschil zijn tussen werkend en persoonlijk leven. Een interview met Brody staat op cinemawithoutborders.com/news/139/ARTICLE/1582/2008-05-14.
Samenstelling Philip Hartzuiker (theatreandfilmbooks.com).