Boeken – 20 februari 2017

De avonturier en de opportunist

  • Datum 20-02-2017
  • Auteur
  • Deel dit artikel

In een gesprek met Piet Meerburg kom je niet om de oorlog heen, zo stelt Annemieke Hendriks. Dit geldt niet alleen voor een gesprek met Meerburg, het geldt voor de Nederlandse vroege film in het algemeen. Piet Meerburg was theaterexploitant (Nieuwe de la Mar, Kriterion, De Uitkijk) en een van de oprichters van het Filmmuseum, ‘de oorlog’ is de Tweede Wereldoorlog en Annemieke Hendriks is de auteur van het boek De pioniers — Interviews met 14 wegbereiders van de Nederlandse cinema dat hoofdzakelijk de periode tussen 1930 en 1960 beslaat.
Op de valreep heeft Hendriks veertien mensen uitgebreid gesproken over hun rol bij het ontstaan van de Nederlandse cinema; inmiddels is een aantal van hen al overleden, veel zijn stokoud. Het resultaat van deze gesprekken is een veelzijdig beeld van de geboorte en jeugd van de Nederlandse film en van de tijdsgeest waarin dit gebeurde.
Onvermijdelijk is de Tweede Wereldoorlog een belangrijke factor in de geschiedenis van de Nederlandse film. Allereerst in de jaren dertig toen veel gevluchte (vaak Joodse) filmmakers uit Duitsland in Nederland aan de slag gingen. Gezien de toenmalige Duitse technische en esthetische hegemonie in de cinema, brachten zij veel vakmanschap met zich mee, zodat zij als leermeesters konden fungeren. Daarnaast was de oorlog zelf logischerwijs een grote belemmering voor de filmproductie. Vervolgens konden de activiteiten van mensen werkzaam in de filmindustrie tijdens de oorlog hun carrière blijvend beïnvloeden wanneer zij door het publiek als ‘fout’ werden bestempeld. Tenslotte werd het een belangrijk thema in de Nederlandse film in het tijdperk na de oorlog.

Kroegbaas
Onder de geïnterviewden bevinden zich bekende namen zoals Jan Blokker, Kees Brusse, Mary Dresselhuys en Hella Haasse, maar wie kent Hammy de Beukelaar of Jules De Roovere? De Beukelaar was kroegbaas die zich stuntman noemde, om zich daarna ook daadwerkelijk als zodanig te bekwamen. De Roovere was theatergrimeur die ontdekte dat van een grimeur in de filmwereld veel meer werd verwacht, en hij maakte de overstap. Naast de grimeur en de stuntman spreekt Hendriks de criticus/scenarist (Blokker), de acteur (Leo de Hartogh, Johan Heesters), de cameraman (Eddy van der Enden), de propagandafilmer (Erik de Vries), de actrice (Mary Dresselhuys), de bioscoopbezoeker (Theun de Vries), de filmkeurder (Hella Haase), de producent (Paul de Kijzer), de theaterexploitant (Dinie van Royen-Fontaine, Piet Meerburg) en de acteur/regisseur (Kees Brusse).
In deze opsomming is de typering ‘pionier’ problematisch voor Dresselhuys en De Vries. Dresselhuys speelde voornamelijk in het theater en de schrijver De Vries lijkt als filmliefhebber geforceerd tot pionier bestempeld. Toch zijn de interviews met beide te rechtvaardigen. Dresselhuys is de afgevaardigde uit het theater, voorganger en concurrent van het medium film. In de begindagen van de Nederlandse film koesterde ze een lichte minachting voor het medium, maar dat was destijds geen uitzondering. Wat De Vries betreft: sinds 1916 is hij een frequente bezoeker van de bioscoop. Dit in combinatie met zijn intellect, maakt hem de kritische toeschouwer. En hij heeft boeiende verhalen: door zijn politieke overtuiging liep De Vries in het communistische oosten regelmatig Joris Ivens tegen het lijf en hij vertelt hoe hij Ivens eerder een berekenende charmeur dan een idealist vond.

Vrijbuiter
Hendriks’ gezelschap schetst een beeld van de verschillende spelers en van de tijdgeest. In makkers staakt uw wild geraas (1960) — van Fons Rademakers, met camerawerk van de internationaal vermaarde Eddy van der Enden en naar het scenario van de toenmalige recensent en huidige columnist Jan Blokker — wordt de botsing tussen de nieuwe en de oude tijdgeest in het alledaagse in beeld gebracht. Erik de Vries vertelt over zijn verloren ‘weerbaarheidspropagandafilms’ die hij als televisiepionier tijdens de oorlog in Nederlands-Indië maakte. Dinie van Royen-Fontaine representeert de gevestigde klasse die als ondernemer vooral geld verdient aan film. Leo de Hartogh is de mooie jongen van de sfeertekening jonge harten, volgens Hendriks ‘misschien wel de mooiste vooroorlogse Nederlandse film’, waarin jonge mensen onbezorgd op Texel rondfladderen. Acteur Johan Heesters is de verguisde ster van het vergeten operettegenre, omdat Hitler hem graag zag optreden. Op bijna honderdjarige leeftijd durft hij nog steeds niet terug naar Nederland. Paul Kijzer is de verongelijkte producent/distributeur die zegt Ivens terug naar Nederland te hebben gehaald maar door zijn voormalig compagnon Meerburg een boef wordt genoemd. Hella Haasse was als filmkeurder getuige van toenmalige zedelijkheid. Kees Brusse is de eigenzinnige vrijbuiter.
Oud zeer, miskenning en amateurisme maar vooral avontuur en dadendrang vallen op als de pioniers terugkijken op de vroege Nederlandse film. Vaak afkomstig uit het theater stortte men zich soms vanuit opportunisme op film. Dit belicht Hendriks vanuit zoveel relevante hoeken dat De pioniers een lezenswaardig onderdeel van de genealogie en archeologie van de vroege Nederlandse film is geworden.

Asher Boersma

De pioniers — Interviews met 14 wegbereiders van de Nederlandse cinema
Annemieke Hendriks
2006, International Theatre & Film Books, 156p, 17,50 euro

Die lyrische Leinwand. Die Bildkunst des Kameramans Robby Müller
Rolf Coulanges, Michael Neubauer
2006, Schüren, 24,90 euro
Voor Duitse begrippen kleine uitgeverij heeft prachtig fonds opgebouwd, waaronder mooie serie boeken over cinematografen en regisseurs (Kathryn Bigelow, Jost Vacano). Nieuwste deel is verzameling teksten over en interviews met van oorsprong Nederlandse cameraman wiens naam vooral verbonden is aan het werk van Wenders, Jarmusch en Von Trier.

Monty Python, In the beginning. A critical review with Neil Innes and Alexi Sayle
Bob Carruthers
2006, Edgehill Publishing, 37,50 euro
Boekje bij DVD probeert succes van de Pythons te verklaren aan de hand van geschiedenis van de groep, en heeft daarbij de luxe te kunnen verwijzen naar het materiaal op de DVD, waarvan een groot deel niet eerder is uitgebracht.

Bekoorlijk. Het leven van Audrey Hepburn
Donald Spoto
2006, Archipel, 21,95 euro
Nederlandse vertaling van nogal anekdotische levensbeschrijving van de Hollywoodster en Unicef-ambassadrice, verkrijgbaar in Engels-Amerikaanse uitgave als Enchantment (Harmony, 25,- euro).

Fundamentals of animation
Paul Wells
2006, AVA Publishing, 34,95 euro
Van auteur van Understanding Animation (Routledge, 31,50) een wat losser opgezet boek dat allerlei verschijningsvormen van animatiefilm tegen het licht houdt, verschillende technieken bespreekt en ook richtlijnen geeft voor werken in de praktijk. Anders dan bij voornoemd boek vormen illustraties het uitgangspunt.

Time Out Film Guide 2007
John Pym
2006, Ebury Press, 38,95 euro
Jaarlijkse herziene uitgave van de best leverbare filmencyclopedie, met in deze editie ook besprekingen van de competities in Cannes en Sundance en besprekingen van interessante, in het afgelopen jaar uitgekomen, DVD’s.

De verzegelde tijd. Beschouwingen over de filmkunst
Andrei Tarkovski
2006, Historische Uitgeverij, 35,- euro
Belangwekkend boek na lange tijd weer in het Nederlands leverbaar, geleverd met DVD van het offer.

Orson Welles volume 2: Hello Americans
Simon Callow
2006, Viking Adult, 36,50 euro
Nicole Kidman
David Thomson
2006, Alfred Knopf, 29,- euro
Tweede deel van levensbeschrijving van Welles (Deel 1, The Road to Xanadu, verscheen in 1997) begint in 1941 en stelt omineus vast: ‘Welles would never again know anything remotely like the premiere of citizen kane, nor ever again direct a film like it.’ Boek vertelt met vaart over ’s mans grote vermogen om projecten te bedenken en maar zeer zelden af te maken. Thomsons biografie, het eerste serieuze boek over Kidman, bevat minder rumoer, maar haalde de media met de stelling dat Kubricks eyes wide shut de aanleiding was voor de scheiding tussen Kidman en Tom Cruise. Geen hagiografie, maar de auteur is duidelijk verliefd op zijn onderwerp.

Depth of field. Stanley Kubrick, film, and the uses of history
Geoffrey Cocks (Red.)
Wisconsin University Press, 33,50 euro
The films of Peter Greenaway. Sex, death and provocation
Douglas Keesey
McFarland, 55,- euro
Essaybundel over Kubrick poogt zijn oeuvre te duiden aan de hand van diverse disciplines (geschiedenis, psychologie) en wijdt een drietal langere stukken aan Kubricks zwanenzang. Keesey bespreekt chronologisch tot en met 8½ women Greenaways oeuvre aan de hand van diens uitspraak "There are only two subject matters; one is sex and the other is death."

Alles wat ik weet, weet ik van TV. Filosofie voor zappers
Mark Rowlands
2006, Immerc, 24,95 euro
De toekomst van het nieuws
Irene Costera Meijer
2006, Otto Cramwinckel, 29,50
Na een aantal boeken over film en filosofie (bijvoorbeeld Stephen Mulhall, On film), nu een vertaling van Philosophy for the unrepentant couch potato. Aan de hand van bekende tv-series krijgt de lezer antwoord op filosofische vraagstukken als ‘Kan een goed mens slechte dingen doen?’ in het hoofdstuk over The Sopranos. Costera Meijers boek is verwant met het vorige maand gesignaleerde Beeldhonger van Martine Brinkhuis, probeert beleving van jonge mensen van (audiovisuele) media te achterhalen en draagt tegelijkertijd tips aan voor programmamakers om deze doelgroep (beter) te bereiken.

Samenstelling Philip Hartzuiker (theatreandfilmbooks.com).

Geschreven door