Actie! Op de set van Vreemd bloed

Regisseur Johan Timmers geeft aanwijzingen op de set van Vreemd bloed. Foto: Bob Bronshoff

Jisperweg 57, 1464 NG Westbeemster, 15 september, 22.05u

Film is wachten, luidt het cliché dat maar weer eens werd bewaarheid op een dinsdagavond in september. Drie productiemedewerkers zitten op de stoep voor het Patronaatsgebouw aan de Jisperweg in Westbeemster. Het gaat nog even duren, zeggen ze. De opnamen in Harderwijk zijn uitgelopen; cast en crew zijn nog onderweg.

Het is de allerlaatste opnamedag van Vreemd bloed, het speelfilmdebuut van Johan Timmers. Overdag stonden er twee scènes op de rol in een slachthuis in Harderwijk, aansluitend moesten er nog twee scènes worden gedraaid in de kop van Noord-Holland. De eerste is eenvoudig: ‘Een paar witte ballonnen waaien weg in de wind.’ De tweede is gecompliceerder: een confrontatie tussen de slager en zijn zoon die anders is dan hij zich wenst.

Langzaam druppelen de cast- en crewleden binnen. De lantaarns aan de gevel van het Patronaatsgebouw worden afgeplakt, een reclamesticker van Flügel wordt van de deur gepeuterd, over de knaloranje TNT-brievenbus wordt een grijze kast geplaatst. Aan de muur is een oude sigarettenautomaat bevestigd, ertegen zijn een paar zwarte ‘periodefietsen’ geplaatst. Het is 1978.

Het scenario voor Vreemd bloed werd geschreven door Maria Goos, naar een idee van Timmers en Wil van der Meer. Het is een ‘licht surrealistisch familiedrama’ over drie generaties slagers en speelt tussen 1960 en 1983. De jongste zoon Jere, geboren op Kerstavond 1960, is net als zijn broers voorbestemd om in de voetsporen van zijn vader en grootvader te treden, maar hij zingt liever. In de loop der jaren moet de dorpse slagerij wijken voor oprukkende nieuwbouw, en moet Jere zijn eigen weg zien te vinden. Met hulp van zijn grootmoeder.

Als regisseur Timmers is gearriveerd, neemt hij acteur Jelle de Jong, die Jere speelt, even apart. “Je hebt binnen staan zingen”, legt hij uit. “En je vader vond dat zeer gênant.” Hij wist: “Daar staat figuratie. Je komt naar buiten lopen. Je ziet je vader staan en loopt op hem af. Je zegt: ‘Papa.’ Je vader zegt: ‘Weet je wat dat kost zo’n feest?’ Deze scène gaat over jou. Jij wil een ander leven dan je vader voor je in gedachten heeft. Je wil dat je vader je accepteert zoals je bent. Je speelde al met de gedachte om weg te gaan, maar wil de goedkeuring van je vader. Je wil nog één keer checken of er toch niet nog iets is tussen jullie. Het is een stille, intense scène, waarmee we benadrukken dat het gaat om de relatie tussen jullie twee, hoeveel verhaallijntjes er op het feest ook samenkomen.”

Timmers maakte onder meer de VPRO-dramaseries Kleine pauze (2005), Nieuwe ouders (2005) en Klein Holland (2006-08) en schreef en regisseerde stukken voor het Nationaal Toneel en het RO Theater. Hij pakt zijn laptop. Samen kijken ze naar een aantal gemonteerde scènes van het feest. Een kraan met een enorme lamp gaat de lucht in. Cameraman Ton Peters kijkt naar het stukje rails dat is neergelegd. Jongens met natgekamde haren van de plaatselijke voetbalclub lopen voorbij. “Is het een oorlogsfilm?”, vraagt er een. “Met dat ouwe gebouw?” “Ja”, antwoordt iemand ad rem. “Pas maar op, er wordt geschoten.” Door een portofoon wordt gemeld dat de opnamen een uurtje langer gaan duren dan was aangekondigd.


Vreemd bloed Nederland, 2009 | Productie IDTV Film | Regie Johan Timmers | Scenario Maria Goos | Camera Ton Peters | Montage Peter Alderliesten | Art direction Gert Brinkers | Muziek Paul M. van Brugge | Met Jelle de Jong, Wim Opbrouck, Viviane De Muynck, Meral Polat, Gijs Naber, Wil van der Meer, Marcel Hensema, Pieter Dictus | Distributie A-Film | Te zien in de loop van 2010

Dit is het begin van een nieuwe serie reportages vanaf de filmset.