Actie! Op de set van Rundfunk: Jachterwachter

Links Rob Lücker, assistant director Idzi Wagemans en DoP Jan Willem Biemans. In de scootmobiel Peter Bolhuis.

Kamperfoelieweg 207
1032 HM Amsterdam
28 augustus 2019, 12.37 uur

“Jullie klappen en zingen, maar zonder geluid”, zegt de opnameleider tegen een bont gezelschap campinggasten. “Het is de bedoeling dat de gier zo over jullie heen naar voren vliegt. Jullie kijken allemaal naar de bingomolen, en als de gier is geland op de handschoen van, eeeehh, Hans…” “Lars”, helpt de valkenier die voorin het zaaltje staat. “Lars, dat lijkt erop,” gaat de opnameleider onverstoorbaar verder. “Als de gier is geland op de handschoen van Lars blijven jullie ook naar de bingomolen kijken. En we houden het helemaal rustig en stil, ook als we zijn gestopt. Zijn er vragen? Of aanvullingen vanuit Lars misschien?”

Lars schudt van nee. “Attentie repetitie”, zegt de opnameleider dan. “En… actie! Kijken!”

In een bedompt zaaltje in het Antoniushuis, een buurt- en activiteitencentrum in Amsterdam Noord, vinden opnamen plaats voor Rundfunk: Jachterwachter, een speelfilm van Rob Lücker die volgt op een vooral onder jongeren zeer populaire, absurdistische tv-sketchserie (2015-2016) en twee theatervoorstellingen, Wachstumsschmerzen (2017) en Todesangstschrei (2019).

De op de camping gesitueerde misdaadkomedie is net als de andere uitingen ontsproten aan de breinen van Yannick van de Velde en Tom van Kalmthout, die in 2013 afstudeerden aan de Amsterdamse Toneelschool & Kleinkunstacademie. Ze vertolken ook weer de hoofdrollen; Van de Velde speelt de sullige campingbeheerder, Van Kalmthout is een uitgeleefde ex-wereldster die op de vlucht voor vervaarlijke criminelen op de camping belandt.

Camping HIVO (Harmonie In Vele Opzichten) is voor de film opgetrokken op een braakliggend terrein aan de rand van Almere. Het zaaltje in Noord fungeert als de troosteloze campingkantine waar een dito bingoavond plaatsvindt. Op het podium staat een tafeltje met een bingomolen erop, op alle tafeltjes liggen pennen en bingokaarten. Tussen de (edel)figuranten zitten de acteurs Peter Bolhuis – in een scootmobiel – en Bart van der Schaaf.

Voorin een hoek staan DoP Jan Willem Biemans, regieassistent Idzi Wagemans en regisseur Rob Lücker, die ook verantwoordelijk was voor de serie en Gouden Kalveren won voor zijn jeugdserie Zeven kleine criminelen (2019) en kortfilm Das Wad (2014). In de andere hoek staat Lars te fluiten en te roepen naar zijn gier die op de valkeniershandschoen van zijn collega achterin het rokerige zaaltje zit.

Jackie!!!! Kom op. Kom! Kom-kom-kom. Jackie, kom maar. Hey, kom. Kom-kom. Kom maar Jackie. Goed zo. Kom maar. Kom-kom.” Minuten gaan voorbij, maar de gier blijft stokstijf zitten. Lars wappert met een lokkuikentje. “Jackie. Hey! Kom!”

Opeens zet de gier zich in beweging, maar halverwege maakt hij rechtsomkeert. “Ooooohh”, gonst het door het zaaltje. “Sssst!”, sist de opnameleider. “Zooo, holy shit, als zo’n klauw je hoofd raakt!”, zegt Van de Velde die naar de monitor staat te kijken. In alle commotie is een glas rosé omgevallen. Een productiemedewerker dept fluks het tafelkleedje droog, voor de natte bloemetjesjurk is er zo snel geen alternatief. “Ik zal nog even een nieuwe bingokaart pakken”, zegt ze tegen de figurante. “Zet je zelf nog even wat streepjes op de kaart? Maximaal een stuk of zeven.”

“Ik weet niet hoe vaak ‘ie het gaat doen – als ‘ie het al gaat doen”, zegt valkenier Lars als de rust is wedergekeerd. Om vervolgens onverstoorbaar door te gaan met zijn bezwerende ritueel. Hij fluit, jongleert nog wat met kuikentjes en praat en roept. “Goed zo. Kom maar Jackie. Hey! Kom-kom. Kom op. Kom maar Jackie.” Maar ook met drie kuikentjes kan Lars de gier niet verleiden.

Zijn assistent schuift wat verder de zaal in, maar ook weer niet veel verder want ze moet buiten het zicht van de camera blijven. Lars gaat net zo lang door met fluiten, sissen, jongleren en praten tot zijn gier eindelijk de oversteek maakt. “Ik ben bang dat ‘ie niet heel veel meer vluchten gaat doen”, zegt hij met beest op zijn valkeniershandschoen, terwijl Lücker de scène staat terug te kijken. “Niet nodig”, riposteert de regisseur. “Volgens mij hebben we wel genoeg.”

Geschreven door Jan Pieter Ekker en Bob Bronshoff