XIME

En nu is het oorlog

  • Datum 29-09-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films XIME
  • Regie
    Sana Na N'Hada
    Te zien vanaf
    01-01-1970
    Land
    Guinee-Buissau
  • Deel dit artikel

"Ik wil geen oordeel vellen over kolonialisme of oorlog" stelt regisseur Sana Na N’Hada in het begeleidend persbericht. Zijn film Xime, over het begin van de bevrijdingsoorlog in Guinee-Buissau, laat zien hoe iedere partij ernaar streeft de eigen normen en waarden te beschermen. Het traditionele dorpshoofd, de op verandering gerichtte revolutionair, maar ook de invloedrijke Italiaanse priester en de van heimwee vervulde Portugese koloniaal.

Toch is de film over de bevrijdingsoorlog in het Westafrikaanse Guinee-Buissau geen postmoderne viering van het feit dat ieder standpunt zijn eigen achtergrond heeft en in die zin ook te verantwoorden is. De koloniale overheersing is een kwaad waar de bevolking onder lijdt en waartegen men zich zou moeten verzetten. De vraag is echter hoe je je moet verzetten zonder zelf teveel te verliezen. Verzet tegen de overheerser impliceert ook ongewenste verandering. Terwijl onder de koloniale overheersing nog enigszins ruimte gemaakt kan worden voor de oude rituelen en tradities, brengt een oorlog chaos, ontreddering en niet te voorspellen vernieuwingen. Oorlog op zich is al een ondermijning van de traditionele waarden, en daarnaast ook van de christelijke waarden die de Guineërs door ijverige missionarissen worden aangeleerd. Bovendien vraagt de nijpende armoede om het oogsten van de rijst in plaats van vernietigende gevechten.

Een smeulende bom
In Xime worden de verschillende posities ten aanzien van de onderdrukking door de verschillende personages vertegenwoordigd. Deze personages functioneren min of meer als archetypes, hetgeen de mogelijkheid tot identificatie enigszins ondermijnt. Raul, de zoon van een rijstboer, is de revolutionair. Hij werd dat nadat hij naar de grote stad vertrok om tot priester te worden opgeleid. Zoals de dorpspriester Vittorio stelt: "Het is mijn missie de ogen van de jongeren te openen, maar ik kan niet bepalen wat ze dan gaan zien." Raul keert terug naar zijn geboortedorp in de overtuiging dat gewapend verzet noodzakelijk is maar vindt slechts aarzeling, angst en weerstand bij zijn dorpsgenoten. Toch fluistert iedereen wel over zijn terugkeer. De thuiskomst van Raul werkt als een bom waarvan de lont al is aangestoken maar die nog niet tot ontploffing is gebracht.
Bedan, de broer van Raul, is aanvankelijk met heel andere dingen bezig en heeft weinig oor voor de aansporingen van zijn broer. Hij begeert de toekomstige vrouw van zijn vader en probeert haar ervan te overtuigen dat zij te jong is om een oude man te huwen. Bedan komt zo in opstand tegen de Guinese tradities die hem en de door hem begeerde vrouw niet de vrijheid geven zelf hun levens in te vullen. Raul wendt zich vervolgens tot Vittorio, de priester. Ook hij weert de revolutie af, omdat "er geen ruimte is voor illusies en eerst de oogst gehaald en de armoede bestreden moet worden." Uiteindelijk zullen de Portugezen zelf, die tenslotte ook de oorzaak zijn van alle conflicten, voor de directe aanleiding zorgen die de bevrijdingsoorlog in gang zet.

Samenwerking
Xime is een Nederlands-Franse co-produktie, onder meer gefinancierd door het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken, afdeling Internationale Samenwerking. De crew bestond gedeeltelijk uit Nederlanders (camera: Melle van Essen) die de Guinese crew in hun werk begeleidden. Doel van het project was het stimuleren van een eigen Guinese filmcultuur. Het is wellicht ook om die reden dat de Italiaanse missionaris er in de film redelijk goed vanaf komt. Zijn werk wordt immers gespiegeld in het ‘ontwikkelingswerk’ van de filmmakers. Tegelijkertijd wordt ook het verzet tegen eventueel ‘cultureel imperialisme’ mooi verbeeld in de scène met het klasje schoolkinderen. Zodra Vittorio hen de rug toekeert gaan zij over van het ‘Frère Jacques’ op een Guinees kinderliedje.
De opnamen voor Xime waren niet gemakkelijk en duurden lang. Ze vonden plaats in een ontoegankelijk gebied dat voor de meeste crewleden, Nederlanders én Guineërs, ver van huis was. De taalbarrières maakten het werk evenmin eenvoudiger. De film die uit deze gezamenlijke arbeid is voortgekomen ziet er heel mooi uit: warm gekleurde taferelen, opvallende belichting, extreme close-ups. Het grootste probleem is dat de film, met name in het acteerspel, statisch en traag is. Deze traagheid is functioneel omdat zij de warmte en de drukkende repressie invoelbaar maakt, maar zij veroorzaakt tegelijkertijd distantie ten aanzien van de gebeurtenissen. De personages zijn eerder symbolen voor de verschillende mogelijke (politieke) posities dan individuen met eigen doelen en verlangens.
Wie zijn kijkhouding aanpast en zich instelt op een ‘Brechtiaans leerstuk’ in plaats van gemakkelijk meeslepende ontspanning ziet echter een interessante en bijzondere film. Op den duur is de toneelmatigheid zelfs bij uitstek geschikt om het met moeite onderdrukte geweld te verbeelden. Vooral bij de ontknoping werkt dat goed. Een Portugese officier gooit heel rustig de eerste brandbom. Bedan antwoordt even kalm en weloverwogen: "En nu is het oorlog."

Jann Ruyters