Splitsville
Relatieslapstick
Splitsville
Een ‘onromantische komedie’ wordt het genoemd, en dat betekent veel hilariteit rond de zogenaamd vrije omgang met seks, vriendschap en liefde.
“Je weet pas wat het waard is als je het laat zinken”, aldus het wijsneuzige zoontje van een van de twee bevriende echtparen in de aangenaam wispelturige komedie Splitsville. Het joch heeft het over de jetski van de buurman, die hij zich brutaalweg even had toegeëigend. Maar het slaat net zo goed op de verwarring die om zich heen grijpt wanneer de vier ogenschijnlijk wereldwijze volwassenen ontdekken hoe weinig grip ze op zichzelf en hun door seks, schaamte en schone schijn gestuurde motivaties hebben.
Hoe abrupt iets kan omslaan, blijkt direct wanneer op weg naar een vriendenbezoek de goedmoedige Carey plotseling van Ashley hoort dat ze wil scheiden. Terwijl ze hem vlak daarvoor nog probeerde te verleiden met stoeiseks op de snelweg.
Carey zet het op een rennen – dwars door de moerassen, een raak beeld – en wordt begripvol opgevangen door het bevriende echtpaar Paul en Julie, die hem het geheim van hun geluk toevertrouwen: een open relatie. Echt open? Nou, dat blijkt Carey toch verkeerd begrepen te hebben. Want onder vrienden wordt zoiets plots weer ingewikkeld. Nog afgezien van het feit dat iedereen vaak net iets anders zegt dan men eigenlijk bedoelt.
Regisseur Michael Angelo Covino schreef deze tragikomische relatieslapstick samen met Kyle Marvin, waarbij ze ook de rollen van Carey en Paul voor hun rekening nemen. Een voortzetting van hun samenwerking met The Climb (2019). Het enthousiasme waarmee ze nu Splitsville hebben aangepakt is goed te zien.
Soms blijft de film iets te veel hangen in zijn uitbundige vorm. Een absurd uitpakkende vechtpartij schiet zijn doel wat voorbij. Aan de andere kant past het wel bij die ironische blik op eigentijds relatiegedoe. Dat het af en toe lekker over de top is hoort daarbij en ons echte gedrag heeft ook zo zijn onvoorspelbare trekjes. Hier uitvergroot, maar ook wel realistisch.
Het zijn buitelingen die het betrekkelijk klassieke gegeven een frisse toets geven. De vier personages haken met hun verschillen mooi in elkaar – de vrouwenrollen zijn voor Adria Arjona en Dakota Johnson, duidelijk op hun gemak bij deze aanpak. Een tikkeltje brutaal, met vaak droge en rappe dialogen. Uiteindelijk wordt het nooit al te grimmig, maar de kwajongensachtige aanpak van Covino en Marvin zet veel zaken toch scherp neer.