Land of Mine — Under Sandet

Duister oorlogsverleden Denemarken

  • Datum 30-03-2016
  • Auteur
  • Gerelateerde Films Land of Mine — Under Sandet
  • Regie
    Martin Zandvliet
    Te zien vanaf
    01-01-2015
    Land
    Denemarken/Duitsland
  • Deel dit artikel

Ook de Denen hebben in hun verleden iets om zich voor te schamen. Na de oorlog dwongen zij krijgsgevangen Duitse soldaten om mijnen op te ruimen. Vele honderden van hen kwamen om het leven.

Bij de woorden Denemarken en Tweede Wereldoorlog denken we automatisch aan de heroïsche rol die de Denen speelden in het redden van hun Joodse medeburgers. Met hun hulp slaagden 7300 van de 7800 joden erin om de oversteek naar het neutrale Zweden te maken. Honderdtwee Deense Joden werden vermoord in de oorlog, een in vergelijking met andere landen verbluffend laag aantal. Chapeau voor de Denen. Maar dat ze geen heiligen waren, is te zien in het met de IFFR-publieksprijs bekroonde Land of Mine — Under Sandet. De Deense regisseur en scenarist Martin Zandvliet rakelt daarin de wrede behandeling van Duitse krijgsgevangenen net na de oorlog op. De Denen lieten 2600 vaak piepjonge Duitse soldaten — Hitler stuurde steeds jongere knullen de oorlog in — de ruim twee miljoen (!) mijnen opruimen, die de Duitsers uit angst voor een geallieerde invasie op de Deense stranden hadden ingegraven. Dat het laten uitvoeren van dit levensgevaarlijke werk door krijgsgevangenen in strijd was met de Geneefse Conventie, vergaten de Denen voor het gemak maar even. De helft van de soldaten kwam erbij om het leven of raakte zwaar gewond.
In Land of Mine — Under Sandet moet een groepje Duitse soldaten onder leiding van een blaffende Deense sergeant de mijnen detoneren. De knullen krijgen een halfbakken training, waarna ze onder veel gebrul van de sergeant ("vuile zwijnen") op het strand aan het werk moeten. Het levert bloedstollende scènes op, waarin de kijker met zweet in de handen naar de jongens kijkt, bij wie elke verkeerde beweging fataal kan zijn. De sergeant, en bezoekende Deense soldaten, bewijzen dat ook Denen niet ongevoelig zijn voor sadistisch machtsvertoon. Zij vernederen de Duitse knullen door hen zand te laten eten en te laten kruipen. Maar wat de kijker al een tijdje ziet aankomen, gebeurt: langzaam ontdooit de Deense sergeant en ontstaat er een band tussen hem en de Duitse soldaten. "Jij gaat toch niet van ze houden?" snauwt een officier tegen de sergeant als hij beter voedsel voor hen wil. Die ontwikkeling verrast niet in het vaardig geregisseerde historische oorlogsmelodrama, evenmin als de strekking dat oorlog het beste en slechtste in mensen naar boven haalt. Het interessantste aspect van Land of Mine — Under Sandet is de Deense zelfkritiek. Daarvan kunnen we in Nederland iets leren. Schreeuwen hier ook niet netelige kwesties om taboedoorbrekende films? Waar blijven de films over de ‘politionele acties’?

Jos van der Burg