Webfilm: Sequelitis, zonder uitmelkerij

Buikspreekklok bezingt knuffelbare pluchepoppen
Zijn vervolgfilms een teken van creatieve armoede? Niet als ze een ijzersterk concept verder uitdiepen, zoals Don’t Hug Me I’m Scared 2: opvolger van de populaire viral met verrassend donkere ondertoon.
Kan Hollywood dan echt niets beters verzinnen? Despicable Me 2, The Hobbit: Desolation of Smaug en The Hunger Games: Catching Fire: de bioscoop top 3 van 2013 bestaat volledig uit vervolgfilms. De dollartekens dansen de grote studio’s voor de ogen. Zij hanteren als geen ander het oude gezegde: "Wat de boer niet kent, dat vreet hij niet."
Maar of sequelitis daarmee duidt op gebrekkig vernuft, zoals je vaak hoort beweren? Niet per definitie. Het animatieduo Becky Sloan en Joseph Pelling scoorde twee jaar geleden met Don’t Hug Me I’m Scared een gigahit: bijna 14 miljoen views op YouTube. En zoals we zagen bij de HKU-studenten van Mac ’n Cheese, gelden voor virals dan dezelfde wetten: er moet een vervolg komen.
De opvolger van Don’t Hug Me I’m Scared biedt echter geen herhaling van zetten, maar borduurt slim voort op het origineel. Gebleven zijn de knuffelbare pluchepoppen in kleurrijke knip-en-plak-decors, die herinneren aan Sesamstraat en The Muppets. Hetzelfde geldt voor de grimmige dubbele bodem. Het kinderstemmetje dat op het oor zo schattig en ontroerend klinkt, heeft een gemene, sarcastische ondertoon. Hier zingt geen lieve voorleesmoeder, maar een demonische didacticus.
Het kladblok dat creativiteit predikte is nu een wandklok. Deze zwengelt het belang van tijd aan voor de maatschappelijke mallemolen. Want hoe weten we anders wanneer we aan tafel moeten, of wanneer dat leuke televisieprogramma begint? De poppen proberen er van alles tegenin te brengen, maar zonder succes: Koning Tijd regeert de wereld. De klok dicteert het immers, en kennis is macht.
De meeste kindertelevisie delibereert wijsheden die nodig zijn om te overleven in de grote mensenwereld. Sloan en Pelling richten zich in hun parodieën op de keerzijde: het risico dat tv-leraren de kinderlijke onbevangenheid doorkruisen. Met regels. Met wetten. Met het opgeheven vingertje.
Zelf blinken de makers ondertussen uit in het verenigen van schijnbare tegenstellingen. Don’t Hug Me I’m Scared 2 is luchtig maar kritisch; speels maar sardonisch; hilarisch maar gitzwart. Als Sloan en Pelling dit niveau vasthouden, hebben ze een vrijbrief om tot in lengte van dagen door te gaan. Misschien steken ze zelfs een stokje voor het slotmantra van hun buikspreekklok: "In the end, everything runs out of time."
Niels Bakker