Telefilm 2016: Thomas Acda

Thomas Acda
"Acteurs zijn eigenlijk gewoon zeikerds"
De Filmkrant interviewt de regisseurs van de Telefilms. Deze week muzikant, acteur en kersvers regisseur Thomas Acda over zijn film- en regisseurservaringen, naar aanleiding van zijn debuutfilm Fake. Acda: "Ik ben geen perfectionist, maar ik moet het wel zo goed doen als dat ik mogelijk kan."
Na in 28 speelfilms te hebben gespeeld, heeft Thomas Acda met Fake zijn eerste speelfilm zelf geregisseerd. Acda’s debuut is een misdaadkomedie over kunstroven, oplichters en verborgen identiteiten, verteld tegen de achtergrond van een peperdure kunstbeurs in Maastricht. Daar probeert dief Aziz (Nasrdin Dchar) vermomt als sjeik een belangrijk Marokkaans mozaïek te stelen. Hij komt echter in moeilijkheden als hij zijn echte identiteit niet verborgen kan houden voor Maya (Sanne Langelaar), kunstkenner en de gastvrouw van Aziz’ bed & breakfast. Over een kop koffie vertelt Acda over hoe zijn eerste ervaringen op filmsets hebben bijgedragen aan zijn gloednieuwe rol als regisseur: "regisseren is voornamelijk de juiste mensen om je heen verzamelen."
Wat was jouw eerste ervaring op een filmset? "Dat was toen ik werd gefilmd in het dorp waar ik vandaan kom. De film heette Lucky Star van Rijk de Gooyer geloof ik. Het dorp stond op zijn kop! De film ging over de oorlog. Ik had er een klein rolletje in. Ik was toen dertien. Ze hadden het dorp helemaal teruggebouwd naar de oorlogstijd, wat voor mij grappig was, maar voor anderen juist confronterend. Wat er gebeurde in de oorlog leefde toen nog bij wat mensen van het dorp, dus dat was spannend. Al had ik daar toen nog helemaal geen weet van. Het feit dat het dorp er ineens jaren jonger uitzag, dat was voor mij interessant."
Uiteindelijk ben je naar de toneelacademie gegaan, al ben je snel overgestapt naar de kleinkunstacademie. Wat was toen jouw relatie met acteren? "Die relatie was voor mij heel simpel. Ik wilde brandweerman worden, ik wilde politieman worden en autocoureur en nog veel meer. Toen zei mijn vader: ‘word jij maar gewoon acteur, want dan kan je alles zes weken zijn. Jij bent toch niet geïnteresseerd in dat het allemaal lang duurt.’ Dat vond ik eigenlijk wel een goed idee. De eerste film waar ik echt in figureerde was André van Durens Richting Engeland. Mijn rol ging toen nog nergens over, dus ik had alle tijd om te kijken hoe André het deed. Ik heb eigenlijk de hele dag op de set gespiekt als ze aan het filmen waren. Ik wou wel weten hoe ze het deden. Ik heb veel met dezelfde regisseurs gewerkt en die zijn nooit te beroerd geweest om uit leggen waarom deze lens, waarom deze scène wel of niet. Ik vond dat altijd wel interessant, gek genoeg."
Waarom ben je nu dan pas met een eigen film gekomen? "Geen idee, zoiets gebeurt gewoon een keer. Ik heb een keer iets geroepen in een interview, als: ‘het is eens tijd dat ik mijn eigen film regisseer.’ Toen belde Rolf Koot op een ochtend en die zei: ‘we hebben een plannetje en jij moet het regisseren.’ Oké, dacht ik, maar ik wil wel goed licht en goed camerawerk, dus ik heb gelijk eisen gesteld."
Nu is er de misdaadfilm Fake, geschreven door het scenarioteam van onder andere Flikken Maastricht, waar jij zelf ook in speelde. Wat dacht je eigenlijk toen je het script voor het eerst voor je had? "Ik vond het script goed genoeg. Ik weet ook wel na 28 films dat een script leeft en kan veranderen, dus sommige dingen wilde ik wel met de jongens bespreken. De acteurs suggereerden ook eens — wat heel goed is, maar ook wel gevaarlijk — dat een scène niet klopte. Ik had geleerd dat je je beter open kan stellen, want misschien komt iemand wel met een heel goed idee. Dat is toch beter dan heel hard roepen: ‘nee, we gaan het zo doen!’ Iets wat je toch misschien geneigd bent."
Maar als regisseur kan je dat toch juist doen? "Ja, maar het was wel mijn eerste keer als regisseur. Je kan jezelf ook overschreeuwen. Je kan maar beter luisteren. Dat duurt misschien drie minuten, maar daar tegenover staat dan soms een heel goed idee. In dit geval had de acteur gelijk, al moest ik daardoor wel tot midden in de nacht een deel van het script herschrijven. Zo heb ik wel vaker uren aan een klein detail besteed om het toch net wat beter te krijgen."
Beschouw je jezelf als een perfectionist? "Nee, Ik ben geen perfectionist, maar ik moet het wel zo goed doen, als dat ik mogelijk kan. Als ik nu de film nog een keer zou mogen draaien, zou ik het bijvoorbeeld totaal anders doen."
Heeft het regisseren van een film jouw blik op film maken en misschien zelfs musiceren en acteren veranderd? "Acteurs zijn eigenlijk gewoon zeikerds. Het zijn hele gevoelige interessante wezentjes die je absoluut nodig hebt voor je film, maar ze brengen uiteindelijk net zo veel mee naar de set als degene die bijvoorbeeld de decors bouwt. Ik ben wat dat betreft door deze film als acteur heel erg met mijn neus op de feiten gedrukt. Ik heb me voorgenomen om voortaan wat meegaander te zijn op de set, als acteur zijnde."
Voelde je, als gevestigd acteur en muzikant, een zekere druk als debuterend regisseur? "Ik voelde een soort druk vanuit mijzelf. Het is namelijk wel acht ton die je er doorheen slingert. Maar die druk voelde ik vanuit niemand anders. Ik had alleen maar vrienden om mij heen verzameld, mensen met wie ik eerder heb gewerkt, die alleen maar gebaat zijn bij het maken van een goed product. Regisseren is voornamelijk de juiste mensen om je heen verzamelen. Dat is ook zo met een band. Al die mensen met wie je samenwerkt, zijn constant bezig om het best mogelijke product te maken. Iedereen voelde dus diezelfde druk."
Hugo Emmerzael
Fake wordt zondag 8 mei om 20:25 uitgezonden op NPO3.