Nieuw particulier filminstituut in Noord-Holland
Nederland is een filminstituut rijker. Eind november werd in Noord-Scharwoude het Geoffrey Donaldson Instituut geopend. De particuliere instantie verzamelt filmmateriaal in de breedste zin van het woord, maakt exposities en ondersteunt onderzoek. Tentoonstellingen over de schilderkunst van Bert Haanstra en Star Wars staan op het programma van de komende jaren.
‘Ik verzamel al mijn halve leven dingen die met film te maken hebben, schrijf over film, doe research’, vertelt Egbert Barten, initiatiefnemer van het Geoffrey Donaldson Instituut. ‘Ik dacht altijd: na mijn dood gaat de verzameling naar het filmmuseum. Maar ik ben er inmiddels niet meer zo zeker van of dat de juiste plek is voor het soort materiaal dat ik heb. Ik ben bovendien van het type verzamelaar die zijn collectie graag wil delen met anderen. Toen er een pand vrij kwam in de familie, was de beslissing snel genomen om zelf iets te beginnen.’
Bartens collectie is inderdaad groot en divers. Uiteraard is er veel 35mm en 16mm film, plus beeldmateriaal op allerlei andere formaten. Apparatuur om film te vertonen en maken staat in de kelder van het nieuwe instituut. Barten: ‘Maar ook bijvoorbeeld een filmblik met opschrift waaruit blijkt dat Max Havelaar van Fons Rademakers heeft gedraaid op het filmfestival van Teheran. Dat soort dingen gaat verder dan wat EYE doorgaans verzamelt.’
Hoe groot de collectie precies is, weet Barten niet. ‘Ik ben nog aan het tellen en inventariseren. Maar er zijn zeker zo’n 150 speelfilms op 35 mm en journaals en trailers in een veelvoud daarvan. Vorige week nog kocht ik 63 film noirs. Het instituut staat bovendien open voor materiaal van derden. Sinds de opening hebben we al drie substantiële schenkingen gehad.’
Het nieuwe filminstituut is gevestigd in een monumentaal pand — ‘uit 1895, het jaar van de film’, aldus Barten — aan de Dorpsstraat 612 in Noord-Scharwoude (Noord-Holland). De cinefiele onderneming is vernoemd naar Geoffrey Donaldson, een Australiër die in 1955 naar Nederland kwam en zich hier ontpopte tot wat Barten noemt ‘de eerste serieuze filmonderzoeker van het land’. ‘Zijn boek uit de jaren negentig over de Nederlandse zwijgende film is erg belangrijk geweest. Maar Donaldson is inmiddels alweer elf jaar dood en is wat in de vergetelheid geraakt. Het eerste wat we dan ook hebben gedaan, is een boek maken over hem.’
Het instituut, dat twee dagen per week gratis toegankelijk is en op afspraak, is bedoeld voor iedereen met interesse in film — van liefhebbende leken tot professionals die gebruik willen maken van de bibliotheek. De tentoonstellingen in de vijftig vierkante meter grote expositiezaal zijn gericht op een breed publiek. Voor het komend jaar staat een presentatie gepland van de schilderijen die Bert Haanstra maakte in de tien jaar voordat hij als filmmaker ging werken. Voor 2015 staat een Star Wars-tentoonstelling op de rol.
De afmetingen van het pand zijn zodanig dat het instituut nog wel even kan door verzamelen. Er zijn vergevorderde plannen om op de bovenverdieping filmzaaltjes in te richten zodat er ook vertoningen mogelijk zijn. Barten: ‘Verder ondersteunen we onderzoek en publicaties, bijvoorbeeld over het Philips-paviljoen tijdens Expo 58. Op mijn verlanglijstje staat nog een tentoonstelling met bijbehorend boek over de bijdrage van Philips aan de filmtechniek. Philips heeft daar overigens ooit een Oscar voor gekregen, maar dat weten niet veel mensen.’
Edo Dijksterhuis