Lichting 2015: Freek Henkes Jr.

  • Datum 17-09-2015
  • Auteur
  • Deel dit artikel

Freek Henkes Jr.

‘Kanker en nazi-Duitsers’

Wie zijn de regisseurs van de toekomst? De hele zomer verschijnen er interviews met afgestudeerde regisseurs uit de lichting van 2015. Freek Henkes Jr. (Willem de Kooning Academie) vertelt over zijn documentaire Hoger dan de toppen en dieper dan de wortels: "Ik neig naar het duistere, of ik nu horror of documentaire doe. Mijn films zijn zwart en stevig. Dit geen lieve documentaire. Het is niet vulgair, maar je moet er wel tegen kunnen."

Je documentaire Hoger dan de toppen en dieper dan de wortels toont de rebelse, Haagse kunstenaar Freek Henkes Sr., die sinds twaalf jaar lijdt aan het Gilles de la Tourette-syndroom. Henkes is jouw vader. Wat maakt hem interessant voor jou als filmmaker? "Ik kijk tegen hem op. In Den Haag is hij echt een naam. Verschillende partijen hebben hem gevraagd voor een documentaire en daar voelde hij niet voor. Voor mij deed hij het wel. Ik vind het belangrijk om te laten zien hoe hij is zonder Tourette. De ziekte is onderdeel van hem, maar het is niet wie hij is. Hij was altijd al zo gek. Hij was de dorpsgek. Een lieve, briljante dorpsgek. Daarnaast heb ik meer persoonlijke motieven. Laatst ging ik verhuizen en voor het eerst kon hij niet meer helpen sjouwen. Het drong tot me door dat het misschien niet zo lang meer gaat duren. Met deze film kan ik hem een beetje bewaren."

Regelmatig komt een boom in beeld of zit er een vinger voor de lens. Waarom gebruik je die shots dan toch? "Aangezien ik ook mijn relatie met mijn vader demonstreer, heb ik overwogen of ik zelf in beeld moest komen. Maar nee, alle aandacht moest naar hem gaan. Jaap [van den Beukel, cameraman — LvZ] en ik bedachten dat je via zo’n boom of vinger niet de aandacht trekt, maar wel mijn aanwezigheid voelt."

Je bent betrokken bij je onderwerp. Conflicteerden je belangen als filmmaker en als zoon weleens? "Mijn vader is nogal grof. Hij scheldt veel met kanker en in de openingsscène doet hij bijvoorbeeld een nazi-Duitser na. Daarmee stoot ik de mensen voor het hoofd. Soms kon het écht niet door de beugel. Toch wilde ik het er niet uit laten, omdat het bij zijn karakter hoort. Iedereen heeft toch plussen en minnen? Dan hoef je nog niet als een eikel uit de verf te komen. Het laatste wat ik wil is hem belachelijk maken."

Je moeder komt niet in je film voor. Waarom? "Mijn moeder is een bijzonder mens. Ze is de allerliefste — en iedereen zegt dat over zijn moeder, maar de mijne is het werkelijk — maar ze is een beetje wereldvreemd. Ik wil haar beschermen tegen de camera. Soms heeft ze last van karakterschommelingen en zegt ze rare dingen. Ik ben bang dat mensen daar gemene opmerkingen over zouden maken. Dat lijkt me verschrikkelijk. Zij moet gewoon lekker in haar eigen wereldje blijven. Voor reacties op mijn vader ben ik niet bang. Hij kan het hebben en gaat er tien keer zo hard overheen."

Je vader zingt mee met een van zijn eigen hitjes, het nummer ‘Bla bla bla’. Vertel. "Dat is een cover. Hij zat in een paar bandjes: trio Bob Barbeque, Willy Would-Be plus Agaath, duo De Pelikaan en de Gouwe Oorringe, een persiflage op Golden Earring. We hebben allebei een bijzondere relatie met muziek. Ik was vier en zag Nirvana’s ‘Smells Like Teen Spirit’ op tv. Ik dacht: rot op Sesamstraat, ik wil drummen. Mijn vader en ik traden samen op. Ik op drums, hij op gitaar en op den duur mijn moeder op bas. Ik drumde soms zelfs mee met Golden Earring. Was ik een jaar of zeven en werd ik naar voren geroepen tijdens een concert. Muziek is een nog grotere passie dan film. Muziek gaat vanzelf."

Toch hoop ik dat je films blijft maken. Heb je al plannen liggen voor de toekomst? "Hoger dan de toppen en dieper dan de wortels moest een vijftig minuten-film worden, dus daar werk ik aan door. Verder draai ik binnenkort een korte horrorfilm. Hij is Maleis gesproken — Nederlands haalt alle spanning eruit."

Waarom Maleis? Waarom niet Japans? Of Thais? "Onze acteur was Maleisisch, vandaar. Ik houd van Aziatische film. Regisseurs nemen de tijd om spanning op te bouwen. Dat gaat bij Amerikanen vaak mis. The Shining is een voorbeeld van geslaagde horror. Stanley Kubrick neemt de tijd en laat het gebeuren. Je identificeert je met het slachtoffer en neemt de angst over. Die kracht heeft horror; je voelt je niet meer veilig in je eigen huis."

Hoe bereik je dat in je eigen film? "Nee, ik vertel echt niks. Je moet hem maar zien en ik zal je zeggen waarom. Het gaat om het verwachtingspatroon. The Ring [horrorfilm met een bezeten videoband — LvZ] werkte voor mij, omdat ik geen idee had wat er zou gebeuren. Vooral de eerste vijf minuten vond ik gruwelijk goed. Ik kon het eigenlijk niet aan en dat terwijl ik als klein kind A Nightmare On Elm Street zag. Bij horror geldt: hoe minder je weet, des te beter het is. Dan kan de horror zijn werk doen."

Laura van Zuylen