Jongeren vinden bioscoopbezoek ‘gewoontjes’

Het bioscooppubliek vergrijst en dat baart de branche zorgen. Om beter inzicht te krijgen in de belevingswereld van jongeren ondervroeg Stichting Filmonderzoek bijna duizend millennials. De uitkomsten zijn niet wereldschokkend. Bioscoopbezoek moet weer speciaal worden, met betere horeca en techniek. Arthouse-filmtheaters kunnen hun energie beter in andere doelgroepen steken.
Het bioscooppubliek is de afgelopen vijftien jaar verouderd. Dat komt niet omdat er steeds minder jongeren naar de film gaan, maar vooral omdat de groep 40-plussers steeds beter de weg naar de zaal weet te vinden. Dat heeft gevolg voor het imago van de bioscoop. Een avondje film komt in hetzelfde rijtje terecht als de opera of het toneel. Hoewel 16 tot 23 jarigen nog steeds de hoogste bioscoopfrequentie hebben van alle leeftijdscategorieën, heerst bij bioscoopuitbaters de angst de greep op deze groep te verliezen.
Uit het onderzoek waar EYE opdracht toe gaf, blijkt dat de meeste jongeren bioscoopbezoek "gewoontjes" vinden. De glans kan weer teruggebracht worden door vertoningen aan te kleden. Goed geluid, grote schermen en haarscherpe projectie — hoogwaardige hardware waar ketens als Vue en Kinepolis sterk op inzetten — zijn inmiddels een basisvoorwaarde om de jonge, technologisch verwende generatie te trekken. Maar er is meer nodig.
Combi-aanbiedingen, bijvoorbeeld met een diner, is een van de aanbevelingen die in het onderzoek worden gedaan. Evenementen zoals marathonvertoningen en sneak previews scoren ook goed. Daarnaast zouden bioscopen er goed aan doen hun snackaanbod uit te breiden en goedkoper te maken. Jongeren willen wel eens wat anders dan cola en popcorn. Pathé Schouwburgplein in Rotterdam speelt hier op in met het vorige maand geopende Charlie’s, een fast casual restaurant.
De meest opmerkelijke observatie uit het onderzoek is dat jongeren het gebruik van mobiele telefoons als bijzonder storend ervaren. Daar staat tegenover dat deze digital natives sterk gericht zijn op het delen van ervaringen, zowel op social media als offline. Daar zouden bioscopen op in kunnen spelen door plekken in of rond de zalen te creëren voor "de nazit".
Jongeren gaan in overgrote mate naar de bioscoop om Amerikaanse blockbusters te zien met bekende acteurs. Slechts 18% van de ondervraagden tussen 16 en 29 jaar komt wel eens in een filmtheater. Het merendeel ziet de plekken met arthouse-aanbod als het domein van "opa’s en oma’s, zestigers dus". Het geldt hier hardnekkige beeldvorming. Filmtheaters die toch een jonger publiek willen trekken doen er volgens de onderzoekers goed aan zich vooral te richten op jongeren die al cultureel geïnteresseerd zijn.
Edo Dijksterhuis