Hito Steyerl winnaar eerste EYE Prize voor kunst en film

  • Datum 02-04-2015
  • Auteur
  • Deel dit artikel

Hito Steyerl in Abstract (2012)

Hito Steyerl (1966) krijgt vandaag de EYE Prize uitgereikt, de nieuwe prijs voor film en kunst. De Duitse kunstenaar wordt beschouwd als ‘een van de spannendste artistieke persoonlijkheden van dit moment’. Feminisme, macht, geweld, internet en geheugen zijn vaste onderwerpen, vaak gepresenteerd met een flinke dosis humor en popmuziek. Met de EYE Prize krijgt Steyerl 25.000 Britse pond (ongeveer €34.000) om nieuw werk te maken.

De jury onder aanvoering van Sandra den Hamer had zich geen betere winnaar kunnen wensen voor deze nieuwe, hybride prijs. Want hoewel het werk van Steyerl doorgaans te zien is in galeries en musea — vorig jaar nog had ze een solotentoonstelling in het Van Abbemuseum — noemt ze zichzelf uitdrukkelijk ‘filmmaker’ en ‘schrijver’. Het kunstetiket vindt ze benauwend. ‘Ik probeer heel bewust geen beeldend kunstenaar te zijn, dat maken anderen van mij’, zegt ze in een YouTube-interview.

Liquidity Inc.

Steyerl komt van een filmachtergrond. Als tiener speelde ze al met jeugdvriendin Andrea Wolf in zelfgemaakte kungfu-films, stoer en aandoenlijk tegelijk. En ook serieus: op de naweeën van de tweede feministische golf vonden de in leer gestoken martial arts strijdsters het vrouwbeeld opnieuw uit. Steyerl analyseert het haarscherp en zonder sentiment in haar film November (2004).

Beeldproductie en de waarachtigheid ervan vormen een thema dat telkens weer opduikt in Steyerls vroege werk, dat nogal documentair aandoet. In Lovely Andrea (2007) gaat Steyerl terug naar Tokio waar ze gestudeerd heeft aan de filmacademie. Als student heeft ze zich een keer laten fotograferen als shibaru-model, gestoken in kimono en vastgebonden als een rollade. Die foto wil ze terugvinden, maar waarom precies blijft onduidelijk. In de loop van de film slaat bij de kijker zelfs de twijfel toe of het wel om een foto van Steyerl zelf gaat en niet van haar tolk, die in haar vrije tijd model staat.

Hoe gebrekkig het visuele geheugen is, komt ook naar voren in Journal No 1, An Artist’s Impression (2007). In deze film reist Steyerl naar Sarajevo om te achterhalen waar het stukje celluloid is gebleven dat in 1947 werd volgeschoten met het allereerste Bosnische filmfragment, de ‘zero hour of national identity’. In 1994, tijdens de oorlog in toenmalig Joegoslavië, raakte het zoek. Niet alleen hebben filmstudiomedewerkers, de directeur van het filmmuseum en archiefbeheerders een andere lezing van wat er met de film gebeurd is, ze herinneren zich ook de inhoud heel verschillend.

Red Alert

Het jaar 2007 markeert een keerpunt in Steyerls werk. Tot die tijd maakt ze vooral films over film. Maar het lijkt niet meer voldoende voor de vrouw die net als filosoof is gepromoveerd aan de universiteit van Wenen. Ze wil uit die reflexieve mal breken. Red Alert (2007) kan gezien worden als het sluitstuk van een periode. Uitgangspunt voor dit werk is het drieluik dat constructivist Alexander Rodchenko in 1921 maakte met puur blauw, puur rood en puur geel — het einde van de schilderkunst, wat hem betreft. Steyerl beperkte zich voor haar drieluik tot het oranjerood dat Homeland Security reserveert voor de fase ‘attack immanent’. De resulterende film toont een compleet monochroom beeld, ergens tussen alarmerend en warm, en volgens Steyerl indicatief voor ‘het einde van video’.

Het werk dat hierna komt is complexer, soms ongrijpbaar, maar ook humoristisch en persoonlijk. Steyerls alterego Wolf komt terug in meerdere films. De tomboy uit de eighties raakt op gegeven moment bevangen door het ideologische vuur en gaat in Oost-Turkije vechten aan de zijde van de PKK, de Koerdische vrijheidsstrijders die al decennia overhoop liggen met de Turkse overheid. In 1998 wordt Wolf geëxecuteerd door het leger. In Abstract (2012) reist Steyerl naar de plaats delict. In Is the Museum a Battleground (2013) — zoals bij Steyerl wel vaker het geval is: een lezing versneden met eigen werk en dat van anderen, en die weer als video gepresenteerd — vormt de dood van Andrea het uitgangspunt voor een exposé waarin oorlog en musea aan elkaar worden gekoppeld. Ze begint bij een granaathuls op het slagveld en zigzagt via Angelina Jolie, Siemens, architecten Zaha Hadid en Frank Gehry, Sergei Eisensteins film October naar de Hermitage in Sint Petersburg.

De laatste jaren is Steyerl vooral bezig met de invloed van internet en virtualiteit op de beeldcultuur. De vroege documentaire stijl, soms in split screen of versneden met found footage, wordt verrijkt met digitale bewerkingen. In het meesterlijke Guards (2012), over twee voormalige politieagenten die museumbewaker zijn geworden, veranderen de moderne meesters aan de wand van het Art Institute of Chicago in nieuwsbeelden van rellen, waar de bewakers tussendoor sluipen. Liquidity Inc (2014) vertelt het verhaal van Jacob Wood, voormalig bankier bij Lehman Brothers die na het faillissement professioneel Thai bokser wordt. Zijn door Bruce Lee geïnspireerde levensfilosofie — ‘wees als water’ — echoot in golvend beeld, een absurdistisch weerbericht gepresenteerd door een terrorist en animaties van dolfijnen.

How Not To Be Seen, A Fucking Didactic Educational .Mov File

Haar wellicht beste werk tot nu toe is How Not To Be Seen, A Fucking Didactic Educational .Mov File (2013). Gebracht als instructievideo en met een titel die deels is ontleend aan Monty Python, somt de verteller op hoe de hedendaagse westerling kan ontsnappen aan een wereld die uit z’n voegen barst van beelden en kan voorkomen zelf ook zo’n beeld te worden. Je kunt je kleiner maken dan een pixel, een vrouw ouder dan vijftig zijn, op een militaire basis wonen, maar ook simpelweg uitgegumd worden door de autoriteiten. De video vindt plaats op een geheime testlocatie in Californië, waar de strepen op het asfalt bedoeld zijn om de meetapparatuur van spionagevliegtuigen te kalibreren. De hoofdpersonen zijn gehuld in green screen kostuums, waardoor ze soms wegvallen tegen het decor maar vaker als marsmannetjes door het beeld paraderen. Op de geluidsband klinkt When Will I See You Again? van The Three Degrees. Niet eerder was cultuurkritiek zo grappig en diepzinnig tegelijk.

Edo Dijksterhuis