Hidde Simons over Bernard: ‘Je komt niet weg met fake’
De broers Hidde en Joggem Simons accepteren de afbakeningen van cinema niet en regisseren op onorthodoxe wijze een monoloog: Bernard. Hidde Simons: "De kijker moet zelf bepalen of dit film is."
Theater en cinema vloeien in Bernard in elkaar over. Regisseurs Hidde en Joggem Simons tasten de grenzen af met de verfilming van toneeltekst in monoloogvorm. "Het is een mix, die je doet nadenken over de basisprincipes van deze kunstvormen." zegt Hidde Simons. "Wat is film? Het moet emoties, gevoelens en gedachten in beweging zetten, maar dat geldt wellicht voor alle kunstuitingen. Eigen aan film is in elk geval dat het gefilmd is."
Bernard is sober in alle opzichten. Eén man is in één ruimte gedurende één nacht aan het woord. Dat staat in groot contrast met de ontboezemingen die zijn hele leven beslaan. We zien hem in bewegingsloze longtakes. Simons: "We hebben geëxperimenteerd met manieren om het filmisch te maken, maar we merkten dat alles afleidde van de essentie van het stuk. De monoloog gaat niet alleen over het verhaal. Hij gaat ook over zijn beleving en karakter. Als ik bijvoorbeeld ter illustratie flashbacks had gebruikt, dan zouden de beelden die hij met de tekst zelf oproept verloren gaan." Er zijn weinig films in monoloogvorm, ontdekte de regisseur, "maar er was er een die bewees dat het mogelijk was. Hij heet My Dinner with André. We zien een man in een restaurant die de hele avond luistert naar de verhalen van André en je verveelt je geen moment."
De filmische middelen mogen beperkt ingezet zijn, Bernard is geen registratie. Simons: "Cinema vereist een ander soort spel. Dat verandert de tekst. In het theater accepteren we moeiteloos dat een acteur zich direct tot het publiek richt. Film is concreter, dus dan werkt die methode niet. Ook moet je voor de camera kleiner spelen, want elk beweginkje, iedere knipperende wimper, wordt vastgelegd. Je komt er niet mee weg als het fake is."
Toch werd gekozen de Vlaamse tekst door een Nederlandse acteur te laten spelen. Dat is gangbaar op de bühne. Voor een film, waarin vaak realisme wordt nagestreefd, ligt het minder voor de hand. Simons: "Thomas Wander, die Bernard speelt, studeerde in 1999 af met deze monoloog en Joggem en ik waren geraakt door zijn voorstelling. We vroegen ons af of we dat gevoel in de bioscoop zouden kunnen bereiken. We hebben gekeken naar Vlaamse acteurs, maar niemand beleefde de tekst zoals Thomas. Hij is ermee vergroeid. Als acteur stelt hij zich open en laat je in zijn ziel kijken. Tegelijkertijd is hij intelligent en kan zijn spel goed controleren. Dat is een bijzondere combinatie."
Simons geeft masterclasses in spelregie en gaat bij zijn eigen films uit van de acteur. "Dit keer in het extreme: ik was Thomas’ tegenspeler. Hij vertelde het verhaal aan mij. Dat was moeilijk, want ik ben geen acteur. Hij reageert op alles wat ik doe en de camera vangt iedere verandering in zijn gezicht. Gelukkig regisseerden Joggem en ik samen: Joggem bekommerde zich om het beeld en ik concentreerde me op Thomas."
Ook de locatie stond geheel in teken van het spel. Simons: "We hebben ’s nachts gedraaid, want dat klopte in ons hoofd. Het moest stilletjes aan ochtend worden. Daarnaast had de decorontwerper de ruimte ook off screen aangekleed om de context concreet te maken. Er zijn makers die het altijd zo aanpakken, zoals Mike Leigh. Die laat zijn acteurs zelf hun huis zelf inrichten vanuit het idee: het is jullie huis, dus jullie weten dat het beste. In Nederland wordt het belang van spelregie langzaamaan onderkent. Er was lange tijd een gat tussen wat acteurs op de toneelscholen leerden en regisseurs op de Filmacademie. Ik ben bij het maken van een film op zoek naar een waarheid. Ik wil dat het echt is, ondanks dat er in het script staat wat er gezegd zal worden. Dat lukt je alleen als er tussen regisseur en acteur openheid en vertrouwen is."
Laura van Zuylen
Bernard draait woensdag 19 maart om 21:00 in de Balie in Amsterdam. Kijk voor andere vertoningen op de website: bernardfilm.nl/.