Cannes 2017 blog 1: Happy Haneke

Tehran Taboo

Het 70ste filmfestival van Cannes begint vandaag. De Filmkrant is de komende tien dagen met drie journalisten aanwezig. Dit zijn hun verwachtingen.

A) De hoogste verwachtingen
Tegen de tijd dat het festival zijn selectie bekendmaakt, zijn accreditatie, reis en verblijf geregeld. Dan rijst de vraag: waarvoor hebben we ons dit jaar aangemeld? De jubileumeditie oogt op papier gelukkig sterk. Dit is — zonder iets gezien te hebben — onze top vijf.

1) Happy End van Michael Haneke (competitie)
Negen mannen wonnen twee keer de Gouden Palm (van wie de broers Dardennes hem deelden); Haneke deed het met zijn laatste twee films, Das weiße Band (2009) en Amour (2012). De vraag aan het begin van dit festival: wordt dit Haneke’s nummer drie?

2) You Were Never Really Here van Lynne Ramsay (competitie)
Cannes heeft (een beetje) geluisterd naar de kritiek. Of niet. Er zijn dit jaar meer vrouwelijke filmmakers geselecteerd voor de hoofdcompetitie: dat wil zeggen drie van de negentien. In Ramsays (We Need to Talk About Kevin, 2011) nieuwe film gaat Joaquin Phoenix als gekwelde veteraan op zoek naar een vermist senatorsdochtertje. De twee andere vrouwen zijn Naomi Kawase met Hikari en Sofia Coppola met The Beguiled.

3) The Killing of a Sacred Deer van Yorgos Lanthimos (competitie)
Hoe vreemd zijn films ook zijn, de Griek Lanthimos (Dogtooth, 2009) betreedt langzaam the big league. Na het onverwacht succesvolle The Lobster (2015) castte hij opnieuw Colin Farrell, plus Alicia Silverstone en Nicole Kidman — een van haar drie Cannes-titels dit jaar.

4) The Square van Ruben Ostlünd (competitie)
Ostlünd (Play, 2011; Turist, 2014) staat garant voor sociaal-psychologische hersenbrekers en maakt deel uit van de groep ‘intellectuele filmmakers bij wie je emotioneel door de mangel wordt gehaald’ (waarvan Haneke erelid is). Dit keer ontspoort het leven van een kunstcurator met een altruïsmeproject.

5) The Beguiled van Sofia Coppola (competitie)
Ze heeft inmiddels een indrukwekkend oeuvre en er is weinig reden om te denken dat dit Amerikaanse-Burgeroorlogdrama niet in het rijtje The Virgin Suicides (1999), Lost in Translation (2003) en Somewhere (2010) zou passen. Met Nicole Kidman, Kirsten Dunst, Elle Fanning en (ook alweer) Colin Farrell.

B) De laagste verwachtingen
Dit zijn de vijf grote titels (dus niet van onbekende makers) waarbij we ons hart vasthouden. Misschien vergissen we ons.

1) Sea Sorrow van Vanessa Redgrave (Séance Spéciale)
Bij de persconferentie waar het festivalprogramma werd gepresenteerd benadrukte artistiek directeur Thierry Frémaux vooral hoe blij de gelauwerde actrice was dat ze was geselecteerd. De kans lijkt klein dat haar documentairedebuut over de vluchtelingencrisis ook Cinema is.

2) Rodin van Jacques Doillon (competitie)
Vincent London gaat ongetwijfeld intens kijken en kleien, als de negentiende-eeuwse beeldhouwer, in een ongetwijfeld fraai belicht en verantwoord aangekleed historisch drama. Maar we weten: kunstenaarsportretten zijn zelden goed. Bovendien: bij Franse films in Cannes past (net als bij Duitse films in Berlijn en Italiaanse films in Venetië) argwaan.

3) Aus dem Nichts van Fatih Akin (competitie)
Na de ramp van The Cut (2014) over de Armeense genocide is het verwachtingsniveau bij de Gegen die Wand (2004)-regisseur nogal naar beneden bijgesteld. Maar misschien rehabiliteert hij zichzelf met deze wraakfilm-na-een-bomaanslag.

4) Le redoutable van Michel Hazanavicius (competitie)
De regisseur van de superieure retrokomedie The Artist (2011) en het volstrekt abominabele The Search (2014) portretteert nu, vermoedelijk dramatisch, de Jean-Luc Godard van 1967 met de (in Cannes) onvermijdelijke Louis Garrel als Godard, die zelf volgens The Film Stage reageerde met: “Stom idee. Stom!”

5) Alive in France van Abel Ferrara (Quinzaine)
Misschien dat niemand hier iets van verwacht — en dan kan het dus ook niet tegenvallen. Een concertregistratie van de band van Abel Ferrara, door Abel Ferrara. En waarschijnlijk binnenkort te zien op YouTube.

C) De nieuwe Raw?
Terwijl Cannes-recidivisten als Haneke en Kawase de meeste aandacht trekken, hopen journalisten ook altijd op een ontdekking. Vorig jaar was dat Julia Ducournau’s fabelachtige Raw (vertoond in de Semaine de la Critique). En dit jaar? Bij deze films voelen wij buzz-potentie.

1) Brigsby Bear van Dave McCary (Semaine)
Hij is al ontdekt maar dat maakt de nieuwsgierigheid niet minder: het speelfilmdebuut van McCary over een kindertelevisieshow, gemaakt voor één kind, won een Grote Juryprijs in Sundance en heeft hoofdrollen voor Claire Danes en Mark ‘Luke Skywalker’ Hamill.

2) Tehran Taboo van Ali Soozandeh (Semaine)
Wonderlijk project: een animatiefilm (een van de twee dit jaar in Cannes, naast Zombillenium), in realistische stijl (kennelijk op basis van echte filmopnames), over de taboedoorbrekende vrijheidszin van vier jonge bewoners van Teheran. Duits-Oostenrijkse film, door een naar Duitsland ge-emigreerde Iraanse filmmaker.

3) Ava van Léa Mysius (Semaine)
Mysius is ook de coscenarist van openingsfilm Les fantômes d’Ismaël (haar eerste lange scenario), samen met regisseur Arnaud Desplechin. Dat is een lekkere aandachttrekker voor haar eigen film (haar eerste lange regie). Ava is 13 en steelt een hond. Oh, en coole poster ook.

4) The Florida Project van Sean Baker (Quinzaine)
Met zijn energieke vorige film Tangerine (2015) over goedgebekte transgender straatprostituees, helemaal geschoten op een iPhone5s, maakte Sean Baker grote indruk. In die zin is hij al ontdekt. Maar nu gaat hij een stap groter én kleiner, met hoofdrollen voor Willem Dafoe en een zesjarig meisje.

5) Good Time van Josh & Ben Safdie (competitie)
Ook de Safdies kunnen we niet meer onontdekt noemen, maar ook zij zetten een volgende stap. Met misdaadfilm Good Time filmden ze voor het eerst in widescreen, hebben ze voor het eerst grote sterren als Jennifer Jason Leigh en Robert Pattinson en zitten ze voor het eerst — tamelijk onverwachts — in Cannes in de hoofdcompetitie.

Ronald Rovers | Hugo Emmerzael | KEES Driessen