Yang Mingming over Girls Always Happy

'Jullie kijken teveel naar dingen die nep zijn'

Een van de negen films in de competitie van World Cinema Amsterdam is het Chinese Girls Always Happy, dat in première ging in Berlijn en in Hongkong de Golden Firebird en de FIPRESCI-prijs in de wacht sleepte. In het Amsterdamse Rialto spraken we met de jonge — en vrolijke — regisseur Yang Mingming.

De titel van haar speelfilmdebuut mogen we gerust ironisch opvatten. Want in het tweepersoonshuishouden van beginnend schrijver Wu (gespeeld door Yang zelf) en haar naamloze moeder (actrice en filmproducent Nai An) is niemand echt gelukkig. Maar terwijl de toon van de dialogen wisselt tussen venijnig en wreed zijn er ook genoeg grappige momenten in dit quirky drama, dat critici al inspireerde tot vergelijkingen met Greta Gerwig’s Lady Bird.

En toch: wie op basis daarvan een teder-komisch coming-of-age drama verwacht zal merken dat de humor in deze Chinese indiefilm van een wat donkerder, pijnlijker variant is. Is het om te lachen of om te huilen, wanneer de moeder haar dochter voor de voeten werpt: “de enige schuld ter wereld die niet kan worden ingelost is de liefde van een moeder voor haar kind!”? Ook in andere relaties van beide vrouwen heeft materialisme de plaats ingenomen van liefde, bijvoorbeeld in de met tegenzin aanvaarde zorg voor Wu’s opa. De vrouwen maken zich aanzienlijk minder zorgen om zijn welzijn dan om de vraag of ze wel zijn opgenomen in zijn testament.

Girls Always Happy is het tegenovergestelde van een traditioneel Chinees familiedrama”, verklaart Yang. “Het is geen liefdevol modelgezin. Ze houden van elkaar, maar ze haten elkaar ook. Het tragische is de ze veel trekken met elkaar gemeen hebben: je kunt zien hoe Wu steeds meer op haar moeder zal gaan lijken naarmate ze ouder wordt. Traditioneel zijn in China ouder-kindrelaties het belangrijkste, daardoor zijn de scheidslijnen zwak. En er is in de hele samenleving een gebrek aan zekerheid, wat ervoor zorgt dat mensen tegenover elkaar komen te staan, ook in intieme relaties.”

Privacy
Yang groeide zelf op als enig kind van een alleenstaande moeder in een van Beijings hutongs, traditionale wijkjes met laagbouw verbonden door nauwe steegjes. Dat betekent niet dat we haar debuutfilm moeten opvatten als autobiografisch, benadrukt ze. “Het meeste heb ik verzonnen. Iets van mijn relatie met mijn moeder zit er wel in, maar ik heb gemerkt dat veel vriendinnen dezelfde problemen met hun moeders hebben. Het gaat vooral over het leven in de hutong. Ik hou van de hutong, ik heb er meer dan tien jaar gewoond en heb er veel goede herinneringen aan. Maar hij heeft een eigen logica. Uit een gevoel van onveiligheid houden buren de omgeving en elkaar heel goed in de gaten. Het zijn krappe woningen die zonder badkamer of toilet gebouwd zijn, en daardoor is er nauwelijks privacy. Vanwege de ligging dichtbij het centrum van Beijing is het inmiddels heel duur om daar te wonen, maar de leefomstandigheden zijn eigenlijk slecht.”

Wat nog bijdraagt aan de verstikkende atmosfeer waarin de moeder-dochter relatie gevangen zit, is de precaire financiële situatie van de vrouwen en het feit dat ze in economisch opzicht bijna geheel afhankelijk zijn van de mannen in hun leven. “Ik wil laten zien hoe een gebrek aan zekerheid menselijke relaties beïnvloedt. En dat gebrek aan zekerheid is er ook als je geen geldproblemen hebt. Wat op het spel staat is respect. Mensen zijn dom bezig op dit moment, ze slikken de leugens die de media hen vertellen. In mijn film schrijft Wu een script voor een anti-Japans drama, daar zie je er heel veel van op de Chinese televisie. Wanneer je als maker dat type verhalen wilt vertellen, dan zit je gebeiteld. Maar die verhalen zijn gebaseerd op leugens. En mensen genieten ervan, want ze weten niet goed wat ze met de waarheid moeten.
“Neem mijn film: die laat een waarheid zien die rauw kan overkomen — het is geen comfortabele film. Sommige mensen haten hem om die reden. Ze vinden dat de vrouwen op een lelijke manier worden geportretteerd. Ze kijken liever naar een droom, iets wat nep is. Mijn korte film Female Directors was een mockumentary en bijna iedereen die het zag dacht dat het echt was — zelfs mensen die zelf filmmaker waren. Dus ik heb tegen hen gezegd: ‘Dat komt niet doordat mijn film er zo echt uitziet, maar omdat jullie veel te veel kijken naar dingen die nep zijn!’ We zijn gewend geraakt aan nepschoonheid, nep-alles. Zo worden mensen dom gemaakt.”

still uit Girls Always Happy

Hutong is fashion
Haar afkeer van nep leidde Yang ook tot een esthetiek die haaks staat op de stijl die gehanteerd wordt door de makers van de zogenaamde ‘zesde generatie’ als Wang Xiaoshui, Jia Zhangke en Lou Ye: films met lange takes, veel stiltes en vaak een zware thematiek. “Dat is wat mensen nu verwachten van een Chinese film, maar ik denk dat het tijd is geworden voor iets nieuws. Ik bewonder regisseurs als Mike Leigh, Michael Haneke. In mijn film worden soms wrede dingen gezegd, maar ik wilde hem een licht gevoel meegeven. Ik wilde ook dat er veel in werd gesproken. Ik kon niet ophouden met het schrijven van dialogen! Tijdens de opnamen zijn we dan ook steeds sneller gaan praten, anders was mijn film veel te lang geworden.”

Voor haar cameraman Xiaomin Shen was Girls Always Happy zijn eerste niet-documentaire project. “Zijn benadering bleek heel goed te passen bij wat ik wilde. In mijn film draait het niet om schitterend, vloeiend camerawerk maar om echtheid, om de gezichten en bewegingen van acteurs.” De camera vloeit pas wanneer Wu zich op haar step door de nauwe steegjes van de hutong een weg naar buiten baant. “Die step was een middel om het karakter van Wu meer diepte te geven. Op haar step kan ze zich vrij bewegen zonder dat iemand haar in de weg loopt, op dat moment is de hutong helemaal van haar. Mijn favoriete tekst uit de film is ‘Hutong is fashion‘.”

Dat Yang naast het script, de regie en de montage van haar debuutfilm ook nog zelf een van de hoofdrollen voor haar rekening zou nemen, was overigens niet voorzien. “Ik had al een actrice gekozen voor de rol van Wu, maar tegen de tijd dat we begonnen te draaien was ze betrokken geraakt bij een andere productie. Daardoor kreeg ik haar niet meer volledig mee in mijn project, en voor een film als deze is dat wel nodig. In een spoedberaad hebben we toen besloten dat ik de rol zelf zou spelen. Regisseren en acteren geeft mij een goede balans: als regisseur ben ik soms erg gespannen, tijdens het acteren laat ik die spanning helemaal los.”

Girls Always Happy is nog tweemaal te zien op World Cinema Amsterdam: 23 augustus om 18.45 uur in De Balie en 24 augustus om 19.00 uur in Rialto.