Vijf vragen aan Leontine Petit

Leontine Petit
Producent Leontine Petit (42) van Lemming Film is dit jaar ‘Producer on the move’ op het Filmfestival in Cannes. Bedoeling is dat 25 Europese producenten ervaring en kennis uitwisselen.
Waarom jij? Hoe Holland Film de kandidaat selecteert is abacadabra voor mij, maar ik had al zo’n vermoeden dat ik gevraagd zou worden. Lemming Film had afgelopen jaar drie films in de bioscoop en Holland Film lijkt mensen te zoeken die opvallen.
Een lunch, borrels en de wetenschap dat Nederlandse producenten weinig ruilmateriaal hebben om deals te sluiten; welke resultaten ga je in Cannes behalen? In Nederland veel geld vinden is moeilijk. Maar als kleine coproducent heb je wel degelijk iets te bieden. Verder: ik ga al acht jaar naar Cannes. Wat me opvalt is dat een ontmoeting meestal niet onmiddellijk vruchten afwerpt, het zijn contacten die je in de tijd opbouwt. De Duitse coproducent van The colour of water kende ik al tien jaar. Lepel was een uitzondering. In Cannes ontmoette ik de Engelse coproducent, en de samenwerking was snel beklonken.
Lemming produceert vooral kinderfilms. Volgens de Raad voor Cultuur gaat het daar slecht mee. Merk jij dat als producent? Ik merk dat er te weinig filmmakers zijn die kinderfilms voor een kleiner publiek maken. Bij de omroepen hoef je met kleinere films ook niet aan te komen. De omroepen missen bovendien vaak een helder beleid ten aanzien van kinderfilms.
Je zit in de adviescommissie Film van de Raad. Toevallig dat de Raad als uitzondering op de slechte stand van zaken voornamelijk Lemming-producties noemt. Ik heb dat niet zelf opgeschreven. De Raad heeft gesproken met vertoners. Die hebben de problemen aangegeven. Iemand van het Filmfonds zei laatst tegen mij: ‘Er wordt niet genoeg gepraat over Cinema Junior’ (samenwerking Lemming Film, Egmond Film, Filmfonds, KRO, VPRO — LdW). Ik heb geantwoord dat ik daar niks over kan zeggen. Ik stel het algemene belang voorop.
In jullie nieuwste productie Don lijkt het eerst flink mis te gaan, maar het verhaal eindigt goed. Is het mogelijk een kinderfilm te maken die eens n¡et goed afloopt? Het is een stelregel: je moet kinderen hoop geven, een uitweg bieden. En nee, dat vind ik geen onterecht behoeden. Kinderen die naar het Jeugdjournaal kijken, krijgen het nieuws zodanig voorgeschoteld, dat ze ermee om kunnen gaan. Film moet hetzelfde doen.
Lotte de Wit