Threes Anna over THE BIRD CAN’T FLY
Van paradijs naar paradijs

Threes Anna op de set van THE BIRD CAN’T FLY
Na zo’n vijftien jaar theater te hebben gemaakt met Dogtroep debuteerde Threes Anna tijdens het laatste Nederlands Filmfestival als speelfilmregisseur met the bird can’t fly. Ze sleepte meteen de Filmprijs van de stad Utrecht in de wacht. "Ik bouw verhalen uit beelden."
Een klein decennium werkte Threes Anna (1959), schrijfster, beeldend kunstenares, theatermaker en voormalig artistiek leider van Dogtroep aan haar speelfilmdebuut the bird can’t fly. In de marge van de filmwereld en zonder noemenswaardige steun van de officiële filmfinancieringinstanties — "Het Filmfonds heeft me keer op keer afgewezen. Ik ben in mijn naïeve enthousiasme gewoon doorgegaan. We hebben een heel ingewikkeld subsidiesysteem in Nederland. Met commissies. En commissieleden willen graag wijze dingen zeggen."
Toch bracht zij een film van internationale allure tot stand. Locatietheater met behulp van de camera. Ze reisde ervoor naar Zuid-Afrika waar ze in een magisch-realistisch maanlandschap van zand een verzonken stad opriep waar de geesten van het verleden opdoemen in het stof. De film doet denken aan de verfilmingen van Gabriel Garcia Marquez, met name eréndira (1983) of het mysterieuze casa de areia/house of sand (2005, in Nederland alleen op dvd uitgebracht) van de Braziliaan Andrucha Waddington. Theaterbezoekers die bekend zijn met het werk van Dogtroep zullen zeker de echo’s herkennen van Anna’s laatste grote voorstelling ‘Hotazel’ (1998), een productie die onder meer op Oerol en het Over het IJ-festival stond. Hotazel is ontleend aan de naam van een verlaten mijnstadje in Botswana, aan de rand van de Kalahari-woestijn. Het is er ‘hot as hell.’
Het filmvuur was toen ook al in haar aangewakkerd. Twee jaar eerder had ze (toen nog als Threes Schreurs) samen met Boris Pavel Conen de kortfilm noordwesterwals (1996) naar de gelijknamige theatervoorstelling gemaakt. "Ik zag die filmploeg in de weer en dacht: ‘Wauw dat wil ik ook. Als je theater maakt, gaat het om het moment zelf. Dan moet het gebeuren. Maar dan zit je werk als schrijver/regisseur er eigenlijk al op en dan zit je in de zaal en soms denk je dan: ‘Het kan dieper, het kan scherper’ en heb je er eigenlijk geen invloed meer op. Ik wilde iets doen waarbij ik meer macht had over het eindresultaat. Hahaha. Dan blijk je bij film afhankelijk van nog veel meer mensen."
Zuid-Afrika
Dat Threes Anna voor haar eerste film naar Zuid-Afrika vertrok was niet toevallig, al heeft het weinig te maken met de huidige hoos aan Nederlandse Zuid-Afrika-producties zoals het tv-drama stellenbosch of Paula van der Oests geplande film over dichteres Ingrid Jonker. "Er wordt nergens gézegd dat het Zuid-Afrika is. We zijn in Fairlands. Maar goed. Je kunt het aan het taalgebruik en de klank van de stemmen horen. En de struisvogel komt ook maar in bepaalde delen van de wereld voor. We hebben met Dogtroep veel in Zuid-Afrika gewerkt en daarop geïnspireerd wilde ik tien jaar geleden al een film gaan maken. Wij maakten landschappelijke voorstellingen, maar mijn ideeën werden steeds verhalender, de dramaturgische lijn werd steeds belangrijker. Dat kon ik niet in het theater verwezenlijken. Dus ik had een plan, gebaseerd op het leven in hedendaags Zuid-Afrika. Er was een beetje geld voor een scenario. Toen overleed mijn man [theatermaker Marco Biagioni, DL] en werd de hele wereld anders. Toen werd het een verhaal over dood en verdriet. Daar ondervroeg ik de mensen die ik voor mijn research interviewde over. En belangrijker dan hun antwoorden waren de details. Een jas die nog aan de kapstok hing. Een vrouw die over het verleden sprak als ‘de tijd dat het paard er nog was’. Het beeld van een fornuis waarop een andere kookplaat was gezet. Dat is zo ook letterlijk in de film terechtgekomen."
Op die associatieve manier kwam het uiteindelijke scenario ("Er zijn geloof ik 27 versies geweest") tot stand. "Ik zie het verhaal als een cirkel. Hoofdpersoon Melody, gespeeld door actrice Barbara Hershey (hannah and her sisters, the portrait of a lady) gaat van het ene Paradise Hotel in een land waar het groen en nat en vruchtbaar is, in een bus met Chinezen, een auto met een Indiase chauffeur naar het andere Paradise Hotel, in een stad die overduidelijk ooit heel rijk was. Maar waar is dat land? Ik wil maar zeggen dat wat nu rijk is, morgen arm kan zijn en andersom. Ik werk heel intuïtief. Het is duidelijk dat er in de film veel beelden zitten waar mensen veel betekenis aan kunnen geven. Maar het is niet zo dat ik metaforen zit te verzinnen. Sterker nog, ik denk niet in metaforen. Het gaat erom hoe je iets voelt. Ik wilde een eenzame plek laten zien. En wat is eenzamer dan een stad die langzaam in het zand verdwijnt?"
Zo ’toevallig’ kwamen ook de struisvogels in de film terecht, en het jongetje River, dat Melody’s kleinzoon speelt. "Simpel: ik heb de eerste versie van het script op een struisvogelfarm geschreven. We werden door de boer rondgeleid en toen zagen we een man die dag en nacht bij de struisvogelkuikens zat. Blijkt dat die denken dat hij hun moeder is en als hij opstaat lopen ze allemaal achter hem aan. Ik maakte toen nog theater en dacht meteen: ‘Dat wil ik in een voorstelling!’
"Rivers personage is gebaseerd op een kinderleger dat ik op een dag door de straten van Johannesburg zag paraderen. Dat waren echt nog kinderen, van twee, drie tot zes jaar oud. Ze sloegen op trommels en het zag er heel koud en agressief uit. Het begraven hotel is geïnspireerd op een huis in Kolmanskop, een verzonken diamantmijn in Namibië. Ik was daar op vakantie en zag een huis met een trap die in het zand verdween. Toen vroeg ik me af wat er zou gebeuren als ik zou doorlopen in de grond. Ik bouw verhalen uit beelden."
Wortels
Net als in de voorstellingen van Dogtroep spelen natuur en de overweldigende elementen een belangrijke rol in the bird can’t fly. Regisseur Threes Anna: "Ja, de natuur is altijd sterker. Je bent maar een mens. De wind, de zee, het vuur, zijn allemaal groter dan jij. Op een gegeven moment nemen de elementen het weer over. Ik kan het zo kicken vinden als ik in de bergen loop en een piepklein plantje op de rotsen zie groeien. IJzersterk. In de woestijn van Namibië heb je een onooglijk plantje dat wortels heeft die wel vier kilometer diep de grond in gaan om water te vinden. Vier kilometer. Dan ziet het er niet uit, maar heeft het genoeg kracht om wortels van vier kilometer te ontwikkelen. Dat raakt me enorm."
Minstens even belangrijk voor het eindresultaat van de film vindt Anna de inbreng van production designer… en cameraman Guido van Gennep. Samen ontwikkelden ze een visuele stijl waarin totaalshots en tableaus toch weer als kleine theaterdoorkijkjes werken. Anna: "In totalen kun je de acteurs meer vrijheid geven. Het is fijn als een acteur kan bewegen op de set, z’n eigen beslissingen kan nemen en niet alleen maar van dit plakkertje naar dat streepje hoeft te lopen. Bovendien vind ik dat als je iets maakt dat plat is, tweedimensionaal als film, dat je het dan ook plat moet houden. Doordat het vlak is zie je alles in één keer. Dat is anders dan theater. In het theater is die anderhalf uur dat de voorstelling duurt de explosie. Bij film zijn die momenten opgeknipt in stukjes, dan heb je talloze kleine explosies die allemaal tot een big bang optellen. Je kunt het misschien twintig keer over doen totdat je krijgt waar je naar op zoek bent. Maar dan is het klaar. Dan zit je eraan vast. Je kunt er geen reet meer aan doen. Ik zeg wel eens: ‘Ik heb hiermee de duurste filmschool aller tijden doorlopen. Ik heb veel geleerd en veel moeten leren. Ik heb ook nooit ontkend dat dit pas mijn eerste film is. Ik wist niet eens hoe je een script schreef. In de eerste versie schreef ik van elk personage: ‘Hij komt op. Hij gaat af.’ Alsof het theater was. Toen zei mijn Zuid-Afrikaanse producent: ‘Dat hoef je niet uit te leggen. Je roept gewoon ‘cut’ en de camera gaat uit.’"
Dana Linssen