Mirthe Fernandes over Mies

De camera als oog zonder ziel

De hele zomer interviewt de Filmkrant vers afgestudeerd filmtalent van verschillende academies. Deze week vertelt Mirthe Fernandes (HKU) over haar documentaire Mies, waarin ze een vriendin volgt die lijdt aan dissociatie en sinds haar tienertijd in verschillende psychiatrische instellingen terecht is gekomen. “Filmen is deel van onze vriendschap geworden.”

Mirthe en Mies leerden elkaar kennen toen ze dertien waren. Mirthes moeder gaf tekenles en Mirthe was het soort leerling dat in haar vrije uren bij haar moeder in de klas ging zitten om huiswerk te maken. En opeens zat daar Mies in de klas. Een meisje dat heel mooi kon tekenen, maar die ook altijd in zichzelf gekeerd was. Stiller dan de meesten. Langzaamaan bouwden de twee een vriendschap op, spraken ze af bij de eendenvijver in hun woonplaats Epe, totdat Mies op een dag spoorloos was voor haar klasgenootjes.

Het duurde even voordat het contact via social media werd hersteld. Mies was zonder iets te zeggen van school veranderd. Kort daarna werd ze voor het eerst opgenomen vanwege haar psychische gesteldheid. Het ging met ups en downs, van kliniek naar kliniek. Dat is zo gebleven. Een aantal jaar geleden besloten Mirthe en Mies samen een filmproject op te zetten, deels om iets om handen te hebben. Soms was het een excuus om te praten, soms juist om niks te zeggen. “Hier een afstudeerfilm van maken was nooit het doel”, legt Mirthe Fernandes uit. “Na verloop van tijd was ons communicatiemiddel gewoon de camera. Dat is eigenlijk letterlijk onze vriendschap. Ik heb soms twee dagen bij haar gezeten zonder dat we hebben gepraat, maar wel gefilmd. Er hoeft niet altijd iets gezegd te worden.”

Mirthe Fernandes

Mies leidt aan dissociatie, en nog acht andere diagnoses die ze in je documentaire opsomt. Als iemand zo fragiel is kan ik me voorstellen dat je nauwelijks een planning kan maken om te filmen. “Alles ontwikkelde zich door samen te lopen, wandelen, zitten, bij mij thuis te hangen. Ik moest alles vooral vastleggen in dingen die alledaags zijn voor haar en mij. Scènes creëren was er niet bij. Normaal ben ik heel erg van het plannen, maar dat kon nu niet. Op zich was dat ook wel goed om te leren, op het moment inspelen.”

Het benauwde gevoel dat Mies zelf wellicht ook ervaart, weet je heel treffend te vangen. Hoe ben je daarin te werk gegaan? “Die benauwenis vangen, dat is echt zo ontstaan. Het had een nog zwaardere film kunnen worden omdat er veel benauwenis in Mies zit. Ik denk dat het vooral te maken heeft met de rol die de camera heeft gekregen binnen onze vriendschap. Mies noemt de camera een oog zonder ziel. Het is iets dat geen mening over haar heeft. Iedereen heeft namelijk een mening, ieder mens. Achter elk oog zit letterlijk een ziel die iets van haar kan vinden. Een camera heeft geen oordeel. Voor haar is dat bevrijdend, daardoor laat ze zich zien zoals ze is.”

Camera, geluid, regie, je hebt het meeste zelf gedaan. Logisch ook, want als je iemand mee had genomen was Mies waarschijnlijk dichtgeklapt. Was het een handicap of juist bevrijdend om bijna alles zelf te doen? “Nee, na een dag filmen was ik soms echt kapot. Het is een heel beklemmend en zwaar bestaan dat ze heeft. Ik had er na een draaidag heel graag iemand bij gehad. Nu kwam ik thuis en had ik heel veel dingen meegemaakt, verhalen gehoord, maar niemand waar ik het mee kon delen die er ook bij was geweest. Dat emotionele stuk erachter was het zwaarste. Normaal heb je crewleden met wie je nabespreekt of nadrinkt, nog even doorneemt wat heftig was. Dat miste ik vooral. Toen de documentaire klaar was, heb ik ook echt wel gehuild. Dat was pas het moment dat ik doorhad waar ik al die tijd mee bezig ben geweest; iets dat voor mij, voor Mies en misschien wel meer mensen heel belangrijk is.”

Het grote voordeel is dat jij heel dichtbij je hoofdpersoon staat. Dat creëert een enorme intimiteit. Dat lijkt me lastig te evenaren in alles wat je hierna gaat doen. Of wil je nu heel ander soort werk gaan maken? “Ja, ik heb nu een heel heftig onderwerp dat dichtbij me staat en dat is lastig te evenaren. Maar ik weet wel dat mijn onderwerp de ongezienen in de samenleving zal blijven. Dat hoeft niet altijd zo zwaar te zijn als dit onderwerp. In het geval van Mies is dat naast ongezien ziek, ook letterlijk ongezien zijn. Op een moment dat we gingen filmen en ze zich niet zo goed voelde, spraken mensen mij er bijvoorbeeld op aan of het wel goed met haar ging. Terwijl Mies naast ze zat en ze gewoon aankeek! Dat bevestigde voor mij alleen maar mijn beeld, er is zoveel dat ongezien is.”


Diverse afstudeerfilms zullen te zien zijn op het Nederlands Film Festival dat van 27 september t/m 5 oktober plaatsvindt in Utrecht.