Miriam Guttmann over Het zaad van Karbaat
Hello.... Is it me you're looking for?
In de reeks Lichting 2018 interviewt de Filmkrant de hele zomer vers afgestudeerd filmtalent van verschillende academies. Deze week vertelt Miriam Guttmann (Filmacademie) over haar documentaire Het zaad van Karbaat. “Mijn focus is de driehoeksrelatie tussen moeder, kind en Karbaat.”
De kranten kopten vorig jaar over een schandaal met een ‘sjoemelende spermadokter’. Er kwam aan het licht dat vruchtbaarheidsarts Jan Karbaat in de jaren tachtig en negentig ruim veertig donorkinderen verwekte met zijn eigen sperma. Regisseur Miriam Guttmann maakte er een documentaire over. “Mijn focus is de driehoeksrelatie tussen moeder, kind en Karbaat. De moeders zijn kwaad. Karbaat schond hun vertrouwen en sommigen voelen zich misbruikt. Voor de kinderen is het een stuk minder duidelijk hoe ze zich moeten voelen, aangezien ze zijn DNA delen. Karbaats daden zijn op verschillende vlakken onethisch, maar wat ik interessant vind, is dat de moeders indertijd instemden met een anonieme donor. Impliciet stem je dan in met iedereen. Maar het blijkt toch veel uit te maken wie de vader is.”
Miriam Guttmann

Meer dan veertig donorkinderen… Het klinkt alsof Karbaat een soort God-complex had. Wat zou zijn motivatie zijn geweest” Mijn film gaat over wat hij heeft aangericht in de getroffen gezinnen. Het maakt me eigenlijk niet zo veel uit wat zijn motivatie was. Maar als ik moet speculeren dan denk ik aan wensouders koste wat het kost willen helpen, geld, narcisme, een verminkte liefde voor vrouwen of een obsessief verlangen om veel kinderen te maken. Hij heeft ook een hoop wettige kinderen namelijk. Ik heb nu twee moeders en hun twee kinderen als hoofdpersonen genomen, maar ik wil nog een langere film over dit onderwerp maken om meer verhalen een plek te geven. Het zaad van Karbaat gaat helemaal over de kant van de donorkinderen, maar ik zou die in de lange film willen samenbrengen met de kant van zijn wettelijke kinderen.”
Jij was er vanaf het begin bij. Tijdens de rechtszaak, die tegen hem werd aangespannen, heb je de eerste mensen gesproken. “Ik had een artikeltje gelezen en via Facebook contact gezocht met twee van de vermeende donorkinderen. Zij zaten niet echt op mij te wachten, maar ik beloofde wel dat ik me een jaar lang in hun verhaal zou verdiepen. Dat was een groot verschil met de dagelijkse media, die telkens vochten tegen een deadline.”
Je was een tegenhanger van de waan van de dag. Is dat karakteristiek voor jou als filmmaker? “Ik denk het wel. Ik ben nieuwsgierig naar gevoelige onderwerpen. Kwesties waar je gemakkelijk schreeuwerig over kunt doen, maar waar pijnlijke vraagstukken onder liggen. Taboes behandel ik met subtiliteit, respect en liefde. In het tweede jaar volgde ik een overledenenverzorger. In mijn derde jaar heb ik een documentaire gemaakt over het taboe rond vrouwelijke seksualiteit, en klaarkomen in het bijzonder.”
Je gebruikt een gestileerde, uitgekiende vormgeving. De interviews vinden plaats in de nagebouwde praktijk van Karbaat. Gouden asbak op de voorgrond, ‘vergeten’ paraplu op de achtergrond. Het beeld staat vast. De personages zijn de enige veranderende factoren. “Je beschrijft de bespreekkamer. De kinderen, zijn nakomelingen, zitten op de fictieve bureaustoel van Karbaat. De moeders filmden we op de plek van de patiënt. Bij het vormgeven van de inseminatieruimte hebben we nauwkeurig naar de archiefbeelden gekeken om de bank en beugels goed te krijgen. We kwamen er in de research achter dat het nummer ‘Hello… Is it me you’re looking for?’ van Lionel Richie regelmatig aanstond tijdens het insemineren. Heel ironisch. Het zit niet in de film omdat we de rechten niet konden betalen, maar tijdens de opnames hebben we het nummer wel opgezet om de sfeer terug te halen.”
Je hebt stagegelopen bij de fotograaf Jimmy Nelson, die op een gestileerde manier documentaire portretten maakt. Hoe heeft hij jouw stijl beïnvloed? “Jimmy maakte het boek Before they pass away. Hij portretteerde volkeren die aan het uitsterven zijn. Hij presenteert ze niet zielig, maar in al hun trots. Zo kun je niet anders dan respect en ontzag voor ze hebben. Van hem heb ik geleerd dat je met de vorm iemand kunt maken of breken. Door de setting krijgen ook mijn personages een bepaalde trots. Een andere belangrijke inspiratiebron was The Act of Killing. Daarin laat de filmmaker Joshua Oppenheimer een groep gangsters hun misdaden re-enacten. Het naspelen van de gruwelijke daden in de oorspronkelijke omgeving brengt ze terug naar vroeger en brengt het verleden weer tot leven.”
Diverse afstudeerfilms zullen te zien zijn op het Nederlands Film Festival dat van 27 september tot en met 5 oktober plaatsvindt in Utrecht.