João Nuno Pinto over IFFR-openingsfilm Mosquito

‘Portugezen voelen zich nog steeds niet schuldig over hun koloniale verleden’

João Nuno Pinto

In Mosquito, de openingsfilm van IFFR, dwaalt een Portugese soldaat in de Eerste Wereldoorlog in zijn eentje door Portugals kolonie Mozambique. Regisseur João Nuno Pinto baseerde het antikoloniale drama losjes op de ervaringen van zijn opa. ‘Bij ons thuis ging het altijd over het geweldige verleden in Afrika.’

“Ik ben een zoon van de koloniale tijd. Mijn familie en ik waren volledig onderdeel van de koloniale wereld.” Aan de telefoon in Lissabon legt Pinto uit hoe het zit met hem. Dat is nog niet zo eenvoudig, want hij is in 1969 in Mozambique geboren, belandde op zijn vijfde met zijn ouders in Lissabon en woont sinds zijn huwelijk met een Braziliaanse vrouw al jaren afwisselend in Brazilië en Portugal. “Mijn geboortestad was Lourenço Marques. Ik zeg was, omdat die stad sinds de onafhankelijkheid van Mozambique in 1975 Maputu heet. Ik vind het symbolisch: ik ben geboren op een plek waarvan de naam is verdwenen. Ik kom echt uit een andere tijd.”

Die andere tijd is het koloniale Mozambique, waar Pinto’s familiegeschiedenis in 1917 begon met zijn Portugese opa. Die belandde als zeventienjarige jongen in Mozambique, stichtte er een gezin en ging er nooit meer weg. “Toen ik geboren werd was hij al overleden, maar in mijn familie deden fantastische verhalen over hem de ronde. Hij was een ‘bigger than life’-figuur, een patriarch en referentie voor de hele familie.”

Straks meer over deze opa. Voor nu volstaat dat we weten dat hij zeven kinderen had, onder wie Pinto’s vader. “Mijn vader is in 1934 in Mozambique geboren, maar studeerde in Lissabon, waar hij mijn moeder ontmoette. Ze vestigden zich in Mozambique, waar mijn vader een hoge positie kreeg bij de koloniale bank.” Zijn ouders hadden het uitstekend naar hun zin in Mozambique. “Kolonialen hadden er een droomleven. Als je wit was leefde je in een soort Amerikaanse droom. Iedereen had een huis met personeel, een tuin, een boot, noem het allemaal maar op. Een fantastisch leven.”

Mosquito

Chaotische uittocht
Met de Anjerrevolutie in 1974 was het afgelopen met dat leven. Het Portugese leger trok zich terug uit de koloniën Mozambique en Angola en een jaar later waren deze landen onafhankelijk. Het proces ging te snel, zegt Pinto. “De onafhankelijkheid was nauwelijks voorbereid. In Portugal hing een sfeer van: willen jullie onafhankelijkheid? Prima, hier heb je het en doe ermee wat je wilt.” Het leidde tot een chaotische uittocht van kolonialen naar Portugal. Pinto was vijf jaar toen hij en zijn ouders zich in Portugal vestigden. Zij waren bepaald niet de enigen. “Portugal had acht miljoen inwoners en kreeg er plotseling twee miljoen bij. Kun je het je voorstellen? En dan hebben we het nu over een vluchtelingencrisis in Europa! Ik noem dat geen crisis.”

Het leven in Portugal veranderde Pinto’s vader. “De verandering was voor hem een ‘reality shock’. Zijn leven lag in Mozambique. Daar had hij een rijk sociaal leven met vrienden, maar in Portugal voelde hij zich nogal eenzaam. Bij ons thuis ging het altijd over het geweldige verleden in Afrika. Dat werd door mijn ouders geromantiseerd en geïdealiseerd. Er hing een sfeer van: ‘Oh wat waren we gelukkig in die tijd’. Zo is het nog steeds bij mijn vader.”

Bedrogen en misleid
Pinto’s familieachtergrond verklaart zijn interesse in migratie en kolonialisme. Na een aantal korte films en commercials maakte hij tien jaar geleden zijn speelfilmdebuut met América, een sociaal drama over een Russische migrant in Portugal. In zijn tweede speelfilm Mosquito is kolonialisme het onderwerp. Het verhaal van het in 1917 in Mozambique spelende drama is gebaseerd op een episode in het leven van zijn bijna mythische opa. “In 1917 was hij zeventien jaar en wilde hij als Portugese jongen in Frankrijk tegen de Duitsers vechten. Dat lukte hem niet en hij werd naar Mozambique gestuurd. Toen hij malaria kreeg, liet zijn legereenheid hem achter. Toen hij bijkwam ging hij op zoek naar zijn medesoldaten.” Het voelt  als een hallucinerende koortsdroom.

Aanvankelijk zag Pinto in het verhaal van zijn opa een spectaculaire avonturenfilm, maar door zijn research in Mozambique kreeg het een andere lading. “Ik heb het land vier keer bezocht voor interviews en heb vijfduizend kilometer gereden. Ik begon deze geschiedenis steeds meer te zien als een verhaal over iemand die gaat inzien dat hij bedrogen en misleid is. Dat gebeurt in iedere oorlog. De werkelijke redenen om een oorlog te beginnen zijn altijd politiek of economisch, maar men verzint altijd een narratief over een onmenselijke, monsterlijke vijand als legitimatie.”

Politieke onrust
De productie van Mosquito duurde maar liefst zes jaar. Het eerste struikelblok was de lange weg naar financiering in Portugal. “Wij zijn een klein land. Jaarlijks is er geld voor vier projecten, maar er worden er vijftig gepitcht. Ik viel met een vijfde of zes plek steeds net buiten de vier gekozen projecten. Ik was daarover, eh, laat ik zeggen verbaasd. Ik praat niet over de artistieke waarde van de gekozen films, maar ze gingen over onderwerpen die je altijd tegenkomt, zoals de liefde. Mijn film gaat over de perikelen in de Portugese koloniën tijdens de Eerste Wereldoorlog. Daarover is nog nooit een film gemaakt in Portugal. Ook staat er niets over in schoolboeken. Ik vind het belangrijk om het over die geschiedenis te hebben.”

Een tweede struikelblok in de productie was de politieke onrust, die in Mozambique net voor de opnameperiode van Mosquito uitbrak. De eeuwige strijd tussen oppositiepartij Renamo en regeringspartij Frelimo leek in 1992 met een vredesakkoord beslecht, maar in 2013 laaide het conflict weer op, zegt Pinto. “We wilden filmen in Noord-Mozambique, maar daar werd gevochten, zodat het te onveilig was. We hebben de opnamen lang uitgesteld en zijn uiteindelijk in het zuiden gaan filmen.”

Witte jongen
De tijd dat films over kolonialisme het zegenrijke werk van westerse landen in de koloniën prezen, ligt al een tijdje achter ons. Zij zijn vervangen door antikoloniale films over de wantoestanden in de koloniën. Opmerkelijk is echter dat ook deze films meestal een westers perspectief hebben. De hoofdpersoon is meestal een koloniaal. Zelden zien we films vanuit het perspectief van de onderdrukte bevolking.

In Mosquito is dat met de Portugese soldaat als hoofdpersoon niet anders. Dat kon niet anders, stelt Pinto. “Ik ben een in Afrika geboren witte jongen die lange tijd dacht dat hij een Afrikaan was. Dat veranderde toen ik op mijn vijfentwintigste voor het eerst sinds mijn vijfde Mozambique bezocht. Een Mozambikaanse vrouw zei tegen me dat ik er niet thuishoorde, omdat ik wit was en in haar ogen Portugees. Ik reageerde woedend en zei dat Mozambique mijn vaderland is, omdat ik er ben geboren, maar in zekere zin had zij gelijk, want ik stam nu eenmaal uit een koloniale familie. Ik kan als witte Portugese jongen geen film maken over de gekoloniseerde bevolking van Mozambique. Dat moeten Mozambikaanse filmmakers doen.”

Goede kolonialen
Wat Pinto wel kan, of in elk geval wil, is de Portugezen bewust maken van de realiteit van hun koloniale verleden. “In Portugal heerst de opvatting dat het kolonialisme slecht was, maar dat wij Portugezen goede kolonialen waren. Wij waren de ‘good guys’, die er niet zo’n zooitje van maakten in de koloniën. Portugezen voelen zich nog steeds niet schuldig over het koloniale verleden. Ongelofelijk: we hebben meer dan zes miljoen Afrikanen tot slaven gemaakt, maar praten er niet over. We moeten het eurocentrische narratief over het koloniale verleden veranderen.”

Pinto’s vader denkt daar anders over. Pinto heeft hem Mosquito nog niet laten zien. “Ik ga dat wel doen, maar het zal een schok voor hem zijn. Ik heb hem verteld dat het niet langer een film over zijn vader is, maar fictie, zodat hij het misschien minder persoonlijk opvat.” Of dat zal helpen? Lachend: “Ik hoop het, maar waarschijnlijk zal hij kwaad zijn op mij. Laatst zei hij dat hij een aankondigingsstuk over Mosquito had gelezen en dat de journalist niets van de film heeft begrepen, omdat zijn artikel alleen kritiek op de koloniale tijd bevat. Eh, dat is dus precies wat de film doet, maar mijn vader denkt dat ik een film over zijn held heb gemaakt.”


Mosquito | Portugal, 2020 | Regie João Nuno Pinto | Met João Nunes Monteiro, João Lagarto | 125 minuten | Te zien op IFFR