Hans van Nuffel over Adem

Leven met een fatale ziekte

  • Datum 30-06-2011
  • Auteur
  • Deel dit artikel

Hans Van Nuffel (foto Fabrizio Maltese/fabriziomaltese.com)

De Vlaamse debutant Hans Van Nuffel maakte een persoonlijke film over drie jongeren met taaislijmziekte: "Ik denk dat ze alle drie hopen dat ze het gaan halen, ook al reageren ze soms erg cynisch."

Taaislijmziekte lijkt nu niet meteen een spannend onderwerp voor een film. Maar de Vlaamse debuutfilm Adem van regisseur Hans van Nuffel laat zien dat het mogelijk is om zowel een indringend als een grappig en vertederend verhaal op te bouwen rond verschillende personages die, net zoals de regisseur zelf, met de in sommige gevallen fatale aandoening leven.

De achtergrond van Adem is in zekere zin autobiografisch maar het verhaal zelf is dat niet. Was deze afstand een bewuste keuze? "Voor onderwerpen van persoonlijke aard is het beter om ten minste gedeeltelijk de feiten te abstraheren. Door een zekere afstand te creëren wordt het mogelijk om een puurdere versie van de feiten te presenteren. Het verhaal speelt zich af in een wereld die ik goed ken maar is niet gebonden aan autobiografische details. Ik kon zo het drama meer op de spits drijven, waardoor het voor de kijker makkelijker is om het centrale conflict tussen de hoofdpersonages, die allemaal gedeeltelijk autobiografisch zijn, eruit te vissen."

Taaislijmziekte is meer de context van de film. Waar gaat hij dan wel over? "Het was voor mij inderdaad erg belangrijk om de specifieke setting en personages te overstijgen. De film moet ook inleefbaar zijn voor mensen die niet alleen niet ziek zijn, maar zelfs helemaal niets over deze aandoening weten. De arena die de film creëert laat mij toe om een verhaal te vertellen over dingen waar we vroeg of laat allemaal mee te maken krijgen, zoals overlevingsdrang en de drang van een persoon om zijn of haar eigen beperkingen te overstijgen. De film gaat ook over zelfbeschikking; de personages zitten vaak vast in een verwachtingspatroon dat ze te boven moeten komen."

Wat hebben de personages volgens u gemeen? "Strijdlust. Zelfs Lucas, die aan zijn bed gekluisterd is, wil er het beste uithalen. Ik denk dat ze alle drie stiekem hopen dat ze het gaan halen, ook al reageren ze soms erg cynisch. Als ik getuigenissen lees van mensen in moeilijke omstandigheden, in Heart of Darkness tot Moby Dick, dan is die extreme omslag een terugkerend gegeven, alsof je lichaam zich verzet tegen het onafwendbare en alles op alles zet om je wakker te houden. Hoop en wanhoop zijn beide heel krachtige stromingen, ze bewegen mensen tot daden die ze anders niet voor mogelijk hielden, van zelfopoffering tot extreem geweld. Iedereen in de film staat onder een constante druk en dat maakt het een allesbehalve statisch gegeven, ook al is de ziekenhuissetting nogal monotoon."

Tom is dat een tegendraads vechtersbaasje, wat natuurlijk mooi samenvalt met het feit dat hij een puberende tiener is. "Tom is in veel opzichten een typische puber. Het feit dat hij taaislijmziekte heeft, maakt hem wellicht bewuster van de veranderingen die zijn lichaam doormaakt. Hij maskeert een grote gevoeligheid met vaak onbehouwen gedrag dat voorkomt uit zijn eigen ongemakkelijkheid. Hij wil net als elke tiener onafhankelijk zijn, maar als patiënt is dat natuurlijk nog moeilijker. De relatie tussen Tom en medepatiënte Eline is dan ook veelzeggend. Zij is voor hem een onbekend en nieuw element in zijn leven. Hij weet nog niet hoe ermee om te gaan omdat hij zich nog niet voldoende losgetrokken heeft uit zijn heden. Hij durft de confrontatie met de toekomst niet aan uit angst om ontgoocheld te raken."

Adem is niet alleen een tragisch verhaal. Er zit ook veel humor in. "We zochten bewust een lichtere toon op omdat humor één van de weinige dingen is die je rest. Het maakt extreme situaties dragelijk en verdrijft de verveling. De personages in dit verhaal hebben veel tijd om na te denken en dat levert soms heel grappige beschouwingen op. Het zijn ook gewoon jonge mensen die elkaar opzoeken en samen lol trappen. Zo ben ik zelf ook een beetje. Het functioneert als een tegenwicht voor de zware thematiek."

Wat was uw cinematografische benadering? Had u duidelijke ideeën over het camerawerk van Ruben Impens of de muziek van Spinvis? "Ik schrijf films altijd vanuit het maken. De muziek had ik maanden voordien al op poten gezet met moodboards en zo. Aan Ruben heb ik gevraagd om afstandelijker en meer observerend te filmen. Ik hou heel veel van zijn handheld camerawerk maar heb dat hier maar spaarzaam gebruikt. Ik wilde decors die eruit zagen als fabrieken, koud en functioneel, en dus vroeg ik om kaders met veel vluchtlijnen en ook veel glaspartijen en reflecties. In dat opzicht hadden we veel geluk met de sneeuw; bijna alle exterieurs zijn in natuurlijke sneeuw gedraaid. Ik wilde binnen en buiten een gelijkaardige sfeer van ontbering, een zekere doodsheid."

Heeft u het idee dat u deel uitmaakt van een nieuwe Vlaamse generatie van filmmakers? "De dromers en de hopers, ja. Ik ken Michael Roskam al tien jaar. Felix van Groeningen woont een paar straten verder. Ik hoor bij de generatie van  mensen die te horen kregen dat cinema in Vlaanderen fout en oubollig was. En die daar zelf iets aan wilden veranderen. Wij kregen die mogelijkheid door structurele steun en een beter beleid, met visie en meer ondersteuning. Een film maak je niet alleen en een goed werkend Filmfonds is een grote troef. Het creëert hoop en competitiviteit en dat vertaalt zich in een hoger niveau."

Boyd van Hoeij