Fai bei sogni en Sangue del mio sangue (Marco Bellocchio over)
'Wat in Italië tragisch is, is tegelijkertijd lachwekkend'

Portret Fabrizio Maltese
Sangue del mio sangue combineert een zeventiende-eeuws verhaal over een ingemetselde non met een moderne vampiervertelling. Fai bei sogni verfilmt de traumatische memoires van Massimo Gramellini. Twee interviews over twee films in één jaar van de Italiaan Marco Bellocchio. Als eerste Fai bei sogni.
Door Hugo Emmerzael
Marco Bellocchio (1939) was een van de provocateurs van de Italiaanse cinema. Zijn gitzwarte debuut I pugni in tasca (1965) injecteerde een dosis gif in het neorealisme van de jaren zestig en stond daarmee aan de wieg van de opborrelende studentenprotesten. Sindsdien kenmerkten zijn films zich vooral door politiek engagement, destructieve relaties en compromisloze erotiek. Weinig daarvan vindt zijn weg naar Fai bei sogni (Sweet Dreams), een adaptatie van de gelijknamige bestseller-memoires van Massimo Gramellini. Daarin schrikt een jonge Massimo op een winterse nacht wakker van het gehuil van zijn moeder. Een dag later is zij nergens meer te vinden. Het verrassend intieme Fai bei sogni laat zien hoe een traumatische gebeurtenis kan worden begraven, totdat het met geweld weer bovenkomt.
Fai bei sogni gaat over een jongvolwassen man die getekend is door een traumatische gebeurtenis. Hoe heeft uw eigen jeugd uw werk beïnvloed? "Net als in mijn eigen leven zit er een spanning in mijn films tussen het zoeken naar iets wat betekenis aan je leven kan geven en de noodzaak je eigen kern te vinden. Ik ben geobsedeerd door verandering. Daardoor sympathiseer ik vaak met radicale politieke bewegingen. Eén ding dat de meeste van mijn personages gemeen hebben is dat ze verandering juist tegenhouden, terwijl ze het eigenlijk nodig hebben om een stap voorwaarts te zetten in hun ontwikkeling. Ik denk dat hierin de betekenis van het leven schuilt."
Als Massimo tijdens de Bosnische Oorlog als journalist in Sarajevo is, zien we een andere journalist een grimmig beeld manipuleren van een emotieloze jongen die een videospel speelt, terwijl zijn overleden moeder op de grond ligt. Stond dit ook zo in het boek? "De episode in Sarajevo zit in het boek, maar is daarin anders uitgewerkt. Ik heb meer gefocust op de rol van framing in oorlogstijd. Tegelijkertijd is deze scène — en dat zit wel in het boek — gerelateerd aan het leven van Massimo, want is hij niet een beetje als die jongen? Hij neemt een foto van hem, maar beseft nog niet dat hij eigenlijk naar zijn eigen jeugd kijkt."
Uw eerdere films waren vaak zeer politiek. Deze is een stuk intiemer. Probeert u de politiek achter u te laten? "Niet al mijn films waren politiek! Zelfs Vincere [een biografische film over Ida Dalser, de eerste vrouw van Mussolini, HE] gaat niet over politiek, maar over een vrouw die langzaam haar verstand verliest. Over emotionele relaties dus. Het klopt wel dat ik minder geïnteresseerd ben in politiek dan vroeger, maar personages gingen altijd al voor politiek. Ik ben er nooit op uit geweest een film te maken tegen de kerk of de christen-democraten of voor de socialisten. Het begint allemaal bij psychologie, lang voordat de politiek om de hoek komt kijken."
De films van Marco Bellocchio zijn moeilijk in een hokje te plaatsen en Sangue del mio sangue al helemaal niet. "Uiteindelijk gaat mijn film vooral over het Italië van vandaag."
Door Boyd van Hoeij
"Als verhalenverteller heb je de vrijheid elementen te combineren," aldus Bellocchio, als hij door een Vlaamse collega tijdens ons groepsinterview wordt gevraagd waarom hij een compleet anachronistische, engelachtige cover van Metallica’s Nothing Else Matters heeft gebruikt. Zijn antwoord geldt ook de film zelf, die twee verhalen verstrengeld die vrijwel los van elkaar en vierhonderd jaar na elkaar in Italië plaatsvinden.
"Het feit dat niet iedereen kon begrijpen waarom ik twee verhalen uit verschillende tijdperken in één film heb gestopt verbaast me eerlijk gezegd," zegt Bellochio, de dag na de wereldpremière van Sangue del mio sangue (Blood of My Blood) in Venetië. "Er zijn honderden films met flashbacks of vertelstructuren die constant heen en weer springen en niemand heeft daar moeite mee. Het enige verschil is dat er hier een paar honderd jaar tussen zit. Maar uiteindelijk gaat mijn film vooral over het Italië van tegenwoordig."
Waarin Bellocchio wel degelijk overeenkomsten ziet met de zeventiende eeuw. "Er zijn geen heksenprocessen meer en machthebbers besluiten nu meestal niet meer rechtstreeks over leven of dood, zoals de Katholieke Kerk deed, maar indirect natuurlijk nog steeds. De regerende klasse ontneemt de lagere klassen hun vrijheid in ruil voor een redelijk, maar banaal en middelmatig leven. Ze worden beschermd, maar tegelijkertijd leeggezogen. Hen worden de toekomstdromen en mogelijkheden ontnomen waarmee iedereen veel meer uit zijn leven zou kunnen halen. De machthebbers doden niet meer, maar laten mensen inslapen."
Net als eerdere films van Bellocchio kent Sangue del mio sangue meerdere invloeden. "Ten eerste de volledig verlaten gevangenis [waar een van de vampiers woont, BvH]. Toen ik die toevallig ontdekte, zag ik meteen een filmset voor me. Ten tweede het verhaal over de non van Monza, dat ook al door Alessandro Manzoni behandeld is in zijn meesterwerk, I promessi sposi."
Ondanks de soms grappig-groteske toon, is het moderne deel van Sangue del mio sangue volgens Bellocchio absoluut geen vampierkomedie: "Mijn vampiers moesten juist heel menselijk zijn. Geen maskers, puntige tanden of lange zwarte capes. En ook geen gedaanteverwisselingen — net zoals in een van de beste titels uit de filmgeschiedenis, Nosferatu, de vampier nooit verandert. Het verhaal in de zeventiende eeuw is serieus van toon en statiger qua ritme. Maar ik geloof dat je alleen over hedendaags Italië kunt spreken op een komische of tragikomische manier. Alles wat in Italië tragisch is, is tegelijkertijd een beetje lachwekkend en dus komisch."