Eva Trobisch over Alles ist gut

'Allerlei verschillende emoties zijn een stukje van de waarheid'

Alles ist gut

Met Alles ist gut biedt de Duitse debutant Eva Trobisch een ongekend subtiele en complexe karakterstudie van een vrouw die een verkrachting verwerkt. “Er is niet alleen maar haat, maar ook tederheid en intimiteit; in zekere zin zijn ze ook bondgenoten.”

Het is niet veel filmmakers gegund: met je afstudeerfilm niet alleen internationaal festivalsucces, maar vervolgens ook aangekocht worden door Netflix. De Duitse filmmaker Eva Trobisch schopte het voor elkaar met haar debuut Alles ist gut.

Haar kleine drama, over een jonge vrouw die op haar eigen manier omgaat met een verkrachting, raakte een snaar in het #MeToo-tijdperk. Maar in het maakproces kostte het de regisseur flink wat overredingskracht om anderen van de urgentie van het verhaal te overtuigen. “Men begreep niet waar het over gaat”, vertelt Trobisch op het filmfestival van Thessaloniki in 2018, voordat haar film bij Netflix was beland. “Ik deed een master op de filmschool van Londen, waar de benadering lijkt op wat ik uit het theater ken: je houdt beschrijvingen in het scenario zo bondig mogelijk, en je gaat al helemaal niet uitweiden over de emoties. Maar in Duitsland wil men alles expliciet in het scenario uitgelegd krijgen. Blijkbaar kunnen ze zich niet indenken dat het gespeeld gaat worden, dat acteurs het tot leven zullen brengen met hun spel, en dat je dingen gaat vinden in de regie.”

Vaststaande ideeën
Juist Trobisch’ terughoudendheid met expliciete uitleg is de grote troef van de film. Hoofdpersoon Janne (Aenne Schwarz) wordt na een schoolreünie aangerand en blijkt vervolgens met de dader te moeten werken in haar nieuwe baan op een uitgeverij. Binnenvetter Janne gaat daar niet mee om zoals dat in films hoort – ze bijt zich niet vast in haar slachtofferschap, en is ook niet geïnteresseerd in wraak.

Alles ist gut is een complexe en emotioneel rijke karakterstudie. De aanranding is ingebed in een groter systeem, waarin Trobisch feiloos vele soorten machtsstructuren tussen man en vrouw fileert. Dat systeem is in feite waar de film om draait, zegt ze, en niet die verkrachting an sich. “Sterker nog: in de eerste twee versies van het scenario zat die hele avond niet in het verhaal. Die voegde ik toe als een manier om alles echt op scherp te zetten. Het is de grootst mogelijke provocatie voor de intellectuele benadering van de wereld waarmee Janne controle probeert te houden. Nu moet ze onder ogen zien dat ze geen controle heeft op wat haar overkomt – maar ze heeft wél controle over hoe zij daarmee omgaat.”

Op dat soort complexiteit zaten potentiële geldschieters blijkbaar niet te wachten. “In zekere zin stuitte ik op dezelfde vooroordelen als Janne in de film”, glimlacht Trobisch. “Men had allerlei vaststaande ideeën en ik moest binnen die lijntjes blijven: dit is wat verkrachting is, dit is hoe je erop reageert. Men vond het bijvoorbeeld ongeloofwaardig dat Janne na de verkrachting nog zin zou hebben in seks, die scène moest eruit. Maar zo simpel is het nooit; dit soort dingen gebeuren altijd binnen een systeem van onderlinge afhankelijkheid en individuele persoonlijkheden. Als je één van die elementen een zetje geeft, komt alles in beweging.”

Eva Trobisch

Stukjes van de waarheid
Het zoeken naar die complexiteit was niet alleen bepalend voor het schrijfproces, maar ging door op de set, vertelt Trobisch. “Ik zei tegen mijn producent: ik heb geen dure techniek nodig, geen lichten of kranen of dat soort werk, maar ik heb tijd nodig. We hadden 33 draaidagen, wat veel is voor een film als deze.”

Veel van haar acteurs vond Trobisch in het theater – de wereld waarin ze opgroeide: haar beide ouders zijn dramaturg. “Theateracteurs passen beter bij mijn manier van werken, want ze zijn minder goed voorbereid”, lacht de regisseur. “Ze zijn gewend om het materiaal in de repetities volledig onder handen te nemen. Zo wil ik ook werken.”

Op de set zocht Trobisch met haar hoofdrolspelers naar allerlei verschillende manieren om de cruciale scènes te spelen. “Een confrontatie tussen Janne en haar aanrander in de kopieerkamer hebben ze op wel tien of twintig verschillende manieren gespeeld”, vertelt Trobisch. “In de eerste take benadert ze hem vol haat, in een andere probeert ze hem juist aan te moedigen, of te steunen. Het interessante was: al die enorme verschillende emoties klopten op hun eigen manier. Alles was een stukje van de waarheid. En terwijl de acteurs maar één ding tegelijk kunnen spelen, kon ik in de montage stukjes uit al die verschillende takes door elkaar mengen. Dat was echt een openbaring voor me – dat al die gevoelens er onderdeel van zijn. Dat Janne hem niet alleen maar haat, maar dat er ook tederheid en intimiteit tussen hen is, dat ze in zekere zin ook bondgenoten zijn.”

Veel meer dan het latere succes van de film was het vinden van die eigen werkwijze voor Trobisch de grote victorie van Alles ist gut. “Op de drie filmscholen waar ik studeerde, hoorde ik steeds weer dat je als regisseur een visie moet hebben, dat je je films een eigen look moeten hebben. Telkens als ons dat werd ingepeperd, dacht ik: dan kan ik beter stoppen met films maken, want ik denk niet in beelden. Maar tijdens het maken van Alles ist gut corrigeerde cameraman Julian Krubasik me. Hij zei: je hebt wel degelijk een heel scherp gevoel voor beelden, maar je moet ze vinden. Ik ben zo blij dat ik die methode nu heb.”


Alles ist gut is nu te zien op Netflix.