Emily Ann Hoffman over Nevada en Ok, Call Me Back

'In komedie kan waarheid schuilen'

Nevada

Pluk de Nacht, het openluchtfilmfestival voor eigenwijze en onontdekte indiefilm in Amsterdam en Utrecht, vertoont vanavond een programma korte films onder de noemer ‘Be Some Body’, met kortfilms rond de vele verschillende manieren waarop je je tot je lichaam en je seksualiteit kunt verhouden. Zoals twee speelse shorts van filmmaker en kunstenaar Emily Ann Hoffman.

In Emily Ann Hoffmans stop-motion animatie Nevada zijn we deelgenoot van de anticonceptiestrubbelingen van een jong, verliefd stel; in haar weelderige, ultrakorte live-action short Ok, Call Me Back staat vrouwelijk verlangen centraal. Wat de twee films met elkaar gemeen hebben is een speelse, humoristische benadering van onderwerpen die ook anno 2019 vaak nog als ongemakkelijk worden beschouwd.

“Komedie is een goede manier om je publiek ontvankelijk te maken voor thema’s waar ze zich normaal gesproken onwennig bij voelen, of waar ze zich zelfs voor schamen”, legt Hoffman per mail uit. “Bovendien kunnen seks en intimiteit vaak onbedoeld ontzettend grappige taferelen voortbrengen, maar zie je daarvan in films maar weinig terug. In die situaties schuilt een bepaalde vorm van waarheid en emotie, die ik door middel van komedie naar de oppervlakte probeer te brengen.”

Hoffmans doel is bovenal dat mensen zich kunnen herkennen in haar werk, volgens haar de belangrijkste functie van film en andere vertelvormen. “Mensen willen uiteindelijk toch gewoon begrepen worden, en het gevoel hebben dat ze niet alleen zijn. Zelf vind ik ook die films het beste waarmee ik me op een persoonlijk niveau verbonden voel. Dat werkt troostend.”

Emily Ann Hoffman

Troostend zijn Hoffmans films ook. Nevada is een tedere en lichte vertolking van een probleem dat vele zullen herkennen, namelijk het falen van anticonceptie, en de wrijving die dit binnen een relatie kan veroorzaken. We zien hoe een koppel hun romantische vakantie moet onderbreken voor een spoedbezoek aan de apotheek voor de morning-afterpil. Toch neemt het verhaal nergens een melodramatische wending: het blijft ontroerend in zijn alledaagsheid, wat volgens Hoffman in niet geringe mate te danken is aan haar acteurs: “Ze kregen het echt voor elkaar om de ruwe en onvolmaakte stop-motionpersonages tot leven te wekken. Vooral als je bedenkt dat ze tijdens het draaien vastzaten in geïmproviseerde motion capture-pakken – een soort harnassen die de bewegingen van je acteurs traceren zodat je er later een animatie van kunt maken – is dat echt een prestatie.”

Dat Hoffman zowel animatie als live-actionfilms maakt, is opvallend. De keuze voor het medium komt voort uit de film, en gebeurt nooit heel bewust, vertelt ze. “Het gaat veel organischer. Het gevoel dat iets een animatie, een live-actionfilm of iets anders moet worden, is er al vanaf het begin, omdat het onlosmakelijk verbonden is met dat wat ik wil vertellen. The medium is the message.”

In Nevada komt de setting mede dankzij de keuze voor stop-motion animatie dan ook effectief uit te verf. Enerzijds is er de knusse, bijna baarmoederachtige omgeving van het appartement waarin het stel hun vakantie doorbrengt, waarin het aan geen enkel detail ontbreekt, en anderzijds is er een minimalistisch lege apotheek. “Met dit contrast wilde ik de kille, klinische en onpersoonlijke manier uitbeelden waarop er in Amerika met issues rond seks wordt omgegaan.”

De onbeholpen en indirecte manier waarop het gesprek over vrouwelijke seksualiteit veelal gevoerd wordt staat ook centraal in Ok, Call Me Back, waarin een anonieme vrouw – gespeeld door Hoffman zelf, al komt haar gezicht nergens in beeld – op zoek is naar bevrediging. Het beestje wordt op geen enkel moment bij de naam genoemd: de persoon aan de andere kant wordt opgetrommeld omdat diegene goed zou zijn in het verhelpen van nekproblemen en de kapotte vibrators, die worden uitgebeeld door middel van diverse groenten, worden aangeduid als massage-apparaten.

“Alle elementen in de film behandelde ik als rekwisieten, inclusief mijzelf, terwijl de dialoog die wordt gevoerd juist uit het leven gegrepen is. Ik wilde als het ware een parodie maken op de manier waarop vrouwelijk genot in beeld wordt gebracht, namelijk altijd indirect. Er wordt alleen over gepraat in eufemismen en zinspelingen. Het mag nooit gewoon zijn wat het is: menselijk en echt. Dankzij de kleine set – de crew bestond naast mijzelf alleen uit een cameraman – kon ik voor mezelf een omgeving creëren waarin ik met dit fenomeen aan de loop durfde te gaan.”