Black Light, #Black­Lives­Matter, #Black­Film­Matters

De tijd is nu en iedereen weet het. Ook de mensen die het ontkennen.

When They See Us

De wereld lijkt nu echt in beweging te komen tegen een onrecht dat al eeuwen aanhoudt. Met een strijd die al net zo oud is en ergens ook pas net begonnen lijkt. De tijd is nu en iedereen weet het. Ook de mensen die het ontkennen. Ook in de filmwereld groeit het protest. Maar dit is nog slechts het begin. Hier een paar gebeurtenissen uit de afgelopen dagen. Hier schrijven we over #BlackFilmMatters dat gisteravond plaatsvond, waarmee Eye Amsterdam “de schijnwerpers zet op institutioneel racisme in de Nederlandse filmindustrie”.

Nu de kritische massa in de maatschappij eindelijk groot genoeg begint te worden om zaken te veranderen die long overdue zijn, staan ook mensen in de filmwereld op. In de Verenigde Staten riep acteur Michael B. Jordan (Creed, Black Panther) dit weekend tijdens een demonstratie tegen politiegeweld de hele entertainmentindustrie en met name Hollywood op meer zwarte acteurs te casten en vooral ook storytelling diverser te maken. 

Indiewire: “Ik wil dat we investeren in zwarte medewerkers, zei Jordan. “Ik ben er trots op dat ik een inclusion rider heb (een bepaling in zijn contract die diversiteit garandeert in casting en in de selectie van andere professionals die aan een film werken, RR) en ik gebruik mijn invloed om meer diversiteit af te dwingen, maar het is tijd dat de studio’s en agentschappen en al die gebouwen waarvoor we nu staan hetzelfde doen.” 

De industrie kwam volgens Jordan de achterstelling van vrouwen tegemoet door een 50/50 afspraak te maken (al is daar natuurlijk ook nog een wereld te winnen want afspraken garanderen nog geen vooruitgang). Maar waar, vroeg hij, is de afspraak om achterstelling van kleur tegemoet te komen? “Creatief werk van zwarte schrijvers, begeleid door zwarte managers, zwarte consultants? Zijn jullie nu ook al de politie over onze storytelling? Op elk punt in ons leven hebben we met discriminatie en achterstelling te maken. Kunnen jullie helpen om zwarte bedrijven, culturele voortrekkers, organisaties te steunen?” Jordan benadrukte het cruciale belang om in november te stemmen. “Iedereen zegt dat het simpel is. Ik hoor en respecteer dat. Maar we moeten het wel doen.”

Maar laat niemand zich vergissen. Er is zoals in elke industrie ook in de filmwereld veel hypocrisie. Als een kritische massa groot genoeg is, zoals zich nu lijkt te ontwikkelen in de nasleep van de moord op George Floyd door een Amerikaanse politieagent, roept de industrie dat men altijd inclusiviteit en diversiteit heeft gewild maar praktisch dit en dat yada yada, moeilijk moeilijk. Maar als die kritische massa het maar even laat afweten en die industrie het gevoel krijgt dat alles bij het oude kan blijven, dan blijft alles bij het oude. 

Het Britse vakblad Screen publiceerde gisteren een gesprek met de Britse acteur en filmmaker David Oyelowo (A Most Violent Year, Selma), die sinds half maart in Los Angeles in lockdown zit. Hij vertelde hoe de weg naar de Oscars van Selma zes jaar geleden gefrustreerd werd toen de crew naar aanleiding van de moord op Eric Garner (die op exact dezelfde manier door politiegeweld stierf als Floyd) t-shirts droeg met ‘I can’t breathe’. Leden van de Academy – die de uitslag van de Oscars bepalen – belden daarna woedend de studio en de producenten van de film. “Hoe durfden we dat te doen?”, was de klacht. “Waarom waren we de boel aan het opstoken?” De film kreeg naar het gevoel van velen minder prijzen dat hij verdiende en dit was een van de aanleidingen voor #OscarsSoWhite. Dit waren mensen aan de top van de filmfoodchain, die hun macht misbruikten om elke vorm van protest de kop in te drukken. 

Oyelowo riep in het gesprek op de Britse Bafta’s los te weken uit het zogenoemde Awards Season waardoor het prijzenfestijn in Londen volgens hem een bushalte op weg naar de Oscars is geworden. Losbreken uit die foodchain is ook losbreken uit de cultuur van de Oscars en dat is volgens Oyelowo cruciaal om de Britse prijzen een eigen gezicht en karakter te geven. 

Wie de Nederlandse filmproductie over de afgelopen vijftig jaar bekijkt kan tot geen andere conclusie komen dan dat de filmindustrie ook hier nauwelijks in andere dan het dominante witte verhaal was geïnteresseerd. Dit is geen kwestie die up is voor debate. Kijk gewoon naar wat er is gemaakt. En natuurlijk: er zijn uitzonderingen. De redenen zijn deels te verklaren en te begrijpen: film maken is duur en men mikt op het grootst mogelijke publiek et cetera. Maar ook al is opvoeden een vies woord geworden, hoewel de criticasters van dat woord eigenlijk voortdurend precies dat proberen te doen, is dat ook een weg die de filmindustrie had kunnen bewandelen. En dan niet zozeer ‘opvoeden’ als in dicteren, maar mensen culturen en verhalen binnenleiden die men misschien (en waarschijnlijk) niet kende. Waarom geen Shakespeareaanse verhalen uit Rotterdam-Zuid? Of beter nog: verhalen van auteurs uit precies al die andere culturen, vertaald naar nu, uit Rotterdam-Zuid? En Venlo, Vlissingen en Vlieland. 

Je kunt het ook positiever zien: je kunt ook zien dat dit het moment is om die verhalen te gaan maken. De tijd is nu en iedereen weet het. Ook de mensen die het ontkennen. De behoefte aan die verhalen is enorm, mocht iemand nog twijfelen, en niet omdat op Netflix (Amerika) de afgelopen week viewings van films over de ‘black experience’ de lucht in schoten, van Just Mercy tot Waves. Die behoefte is enorm omdat die films en series de levens laten zien van een groot deel van de mensheid. I Am Not Your Negro van Raoul Peck, de voor een Oscar genomineerde documentaire over James Baldwin, stond afgelopen week op nummer 21 van de Amerikaanse iTunes filmlijst. Van Ava DuVernay kun je op de Nederlandse Netflix onder meer When They See Us vinden, over de onterechte veroordeling van vijf jonge mannen, die bekend werden als de Central Park Five.

De boekhandel ziet die honger. “De jonge vrouw in de boekwinkel had een lijstje met boeken die ze wilde kopen”, schreef de Leidse wetenschapper Nadia Bouras gisteren op Twitter. “Zij riep, de eigenaar zocht in het systeem. Toni Morrison, White Fragility, Gloria Wekker, James Baldwin. Bijzondere tijden. Andere boekwinkels hebben inmiddels #BlackLivesMatterNL tafels.”

Gisteravond organiseerde Eye Amsterdam online #BlackFilmMatters, waarmee men “de schijnwerpers zet op institutioneel racisme in de Nederlandse filmindustrie”. Jongeren gingen in gesprek met professionals uit de industrie en vroegen zich af wat er nodig is om die industrie te veranderen. “Waarom krijgen zwarte cinema en makers van kleur, structureel niet het podium dat zij verdienen? Schiet het beleid van de industrie te kort? Of zijn er andere stappen nodig?” Hier doen we er verslag van. 

Eye had met Black Light vanaf begin maart al een omvangrijk programma over zwarte filmcultuur gepland, maar dat moest vanwege corona even op ijs. Black Light loopt tot en met februari 2021 en omvat naast een filmprogramma maandelijks bijeenkomsten opgezet door specialisten. Niet al die bijeenkomsten liggen al vast, maar naar verwachting zal in oktober een avond worden georganiseerd over de ‘representatie van het zwarte lichaam in de Nederlandse film’. Films in het programma in de maand juni zijn onder meer Do the Right Thing, Sorry to Bother You, Uptight!, Black Panther, Timbuktu en The Blood of Jesus.