IFFR 2021: Big Talk Kelly Reichardt

'Fastfood op iedere straathoek toont gebrek aan verbeeldingskracht'

Kelly Reichardt tijdens de Big Talk

In een Big Talk op het IFFR sprak Kelly Reichardt, indie-regisseur ten top, over haar films en werkwijze, en nam ze virtueel de Robby Müller Award in ontvangst.

Kelly Reichardt lijkt op haar films. Dat was in ieder geval de indruk die ze maakte in de IFFR Big Talk, een online ontmoeting waarin ze over haar werk werd ondervraagd door filmcurator Kiva Reardon. Reichardt toonde zich iemand zonder pretenties maar wel met heel duidelijke ideeën. Net zoiets als haar natuurlijke stijl van filmen die juist daardoor heel eigen is.

Reichardt leek zelf soms met enige verwondering naar de vertoonde fragmenten uit haar werk te kijken. Want ze is niet gewend haar films terug te zien. Dus misschien zou ze niet op alle vragen antwoord weten, waarschuwde ze.

Robby Müller Award
Maar eerst, onvermijdelijk, een officieel moment. De uitreiking van de Robby Müller Award, bestemd voor een filmmaker die zich onderscheidt door een authentieke beeldtaal. Terwijl jurylid Andrea Müller-Schirmer (kunsthistoricus en echtgenote van de in 2018 overleden cameraman Robby Müller) mooie woorden sprak over natuurlijk licht, landelijke en stedelijke werelden en verhalen die uit zichzelf lijken te groeien, was duidelijk te zien hoe Reichardt afwisselend verlegen en oprecht verheugd was met de bekroning.

Andrea Müller-Schirmer toont de polaroid

Maar haar blik wordt pas echt opgetogen wanneer haar oog valt op de uitvergrote polaroroidfoto van Robby Müller die ze als onderdeel van de prijs ontvangt. Een foto van twee grote, kale bomen, met daarnaast twee heel kleine figuurtjes. Een foto die laat zien dat de visuele werelden van Müller en Reichardt inderdaad dicht bij elkaar liggen.

Montagekamer als leerschool
Alsof Reardon had besloten dat ook de Big Talk in stijl moest blijven, begon ze gewoon bij Reichardts eerste film, River of Grass (1994), over een ongelukkige huisvrouw en een ontmoeting in een bar met onvoorziene gevolgen. De droge, laconieke humor in het vertoonde fragment deed aan Jim Jarmusch denken, en Reichardt bekende inderdaad dat ze voor die eerste film nog stevig bij anderen had geleend. Het was het begin van haar ontwikkeling als filmmaker, het begin van een proces. Zoals ook de verhalen in haar films steeds een soort zwerftochten zijn.

De montagekamer was voor haar een belangrijke leerschool. River of Grass-editor Larry Fessenden liet haar zien hoe een film daar echt ontstaat, vertelt ze. Sindsdien monteert ze haar films zelf.

Maar hoe is dat dan allemaal begonnen, wil Reardon weten. Die unieke stijl. Die ondermijning van de Amerikaanse mythes. Hoe kan het dat het landschap rond Miami, waar Reichardt opgroeide en River of Grass werd gedraaid, in haar beelden volstrekt niet lijkt op dat van Miami Vice? “Moeilijk te zeggen”, aarzelt Reichardt eerst. Om dan een herinnering uit haar kindertijd op te halen. Ze zag toen hoe op een kruispunt in haar woonplaats de eerste McDonalds verrees. En het duurde niet lang of ook de andere hoeken van dat kruispunt waren door fastfood-zaken bezet. Hoe lekker ze die snacks ook vond, ze had toch het gevoel dat deze overkill niet klopte en dat er ook iets mee was verdwenen. Dat het getuigde van gebrek aan verbeeldingskracht, bedenkt ze nu. Grote bedrijven tegenover de meer natuurlijke wereld. “Maar wat was de vraag ook alweer?” Dat zal ze nog vaker zeggen.

Zonder opsmuk
Die neiging naar documentair getint naturalisme, naar ogenschijnlijke argeloosheid zonder opsmuk, en de vaak sterke aanwezigheid van de natuur: dat lijkt op romantisering en nostalgie, op een hang naar het verleden, maar daarop valt Reichardts nooit te betrappen. Dat thema komt aan het eind van de Talk weer aan de orde naar aanleiding van haar nieuwste film First Cow. Een western die op allerlei manieren onze genre-verwachtingen doorkruist, al was het maar het bijna vierkante beeldformaat in plaats van het wijde Cinemascope.

Want ja, zo legt ze uit, zo blijf je dichter bij de personages, houdt je het op een menselijk niveau. Bovendien speelt het verhaal zich voor een groot deel af in een bos, en daar heb je nu eenmaal veel verticale lijnen. En de film mag dan in de negentiende eeuw spelen, voor Reichardt heeft het ook een duidelijke hedendaagse relevantie. Ondermijning van stereotiepe masculiniteit en “America First bullshit“. Politieker gaat het tijdens deze Talk niet worden, maar het is duidelijk genoeg.

Gaandeweg heeft Reardon de films van Reichardt en bij iedere titel een aspect van haar werkwijze aangestipt. Misschien niet de meest uitdagende opzet voor zo’n ondervraging. Zo blijft bijvoorbeeld de herinnering aan de indie-scene van de jaren negentig – Reichardt is tenslotte een schoolvoorbeeld van een zogenaamde independent – wel erg beknopt.

First Cow

Toch levert dit overzicht zonder al te grote ontboezemingen of curieuze anekdotes een mooie indruk van de Reichardts aanpak. Een duidelijk stempel zonder dat het direct opvalt. Ik had bijvoorbeeld niet verwacht dat ze bij First Cow de roman The Half-Life van Jonathan Raymond zo sterk naar haar hand had gezet. Geen epos van veertig jaar meer, maar een compacte, bijna intieme episode in de bossen van Oregon. Die koe heeft ze er zelf bij bedacht.

Illustratief is ook hoe ze hoopte dat de hond in Wendy and Lucy (2008) de acteurs tot naturel spel zou verleiden. Snel werken en improviseren was het motief. Old Joy (2006) maakte ze met cameraman Peter Sillen, die vooral in documentaire werkt. Ze waren zich zeer bewust van de krappe lengte van de filmrollen in de 16mm camera. Ze draaiden heel weinig materiaal, bijna 1:1. In de montagekamer groeide de film pas echt.

Old Joy is ook de film die Reichardt met het IFFR verbindt. Toch nog een leuke anekdote: nadat die film in 2007 werd onderscheiden met een Tiger Award, krabbelde een producent een toezegging om haar volgende film te produceren ter plekke op een servetje.

Rotterdam, zegt Reichardt, voelde voor haar als de plek om zich weer de filmwereld in te wringen, nadat ze zich na haar debuut tien jaar lang een buitenstaander had gevoeld. Heerlijk ook om in Rotterdam zo veel heel verschillende films te zien. Een plek waar alles echt om film draait.

Ambivalenties
Nu ze fragmenten van haar oude werk terugziet vindt ze het grappig dat het een heel gecontroleerde indruk maakt, in tegenstelling tot het gevoel dat ze destijds bij het draaien had. Het is een van die ambivalenties en tegenstellingen die regelmatig haar werk kleuren. Zoals ze bijvoorbeeld in First Cow of Meek’s Cutoff aspecten uit de geschiedenis probeert op te roepen die we juist zelden zien. Of dat de ontploffing van de dam in Night Moves buiten beeld blijft – ze noemde de film niet voor niets ooit een thriller die geen thriller is. Niet alleen omdat ze niet de middelen hadden om zo’n spektakel te filmen. Belangrijker is hoe de drie milieufundamentalisten in die film in ambivalente individuen veranderen.

Kortom, hoe het werk van Reichardt, ik vat het nu even onverantwoord samen, op een onopvallende manier toch opvallend is. Maar dan wel alsof die beelden, scènes, blikken en gebaren zich op een volstrekt natuurlijke manier zelf hebben aangediend.

Ze komt aan het eind van de Talk nog even terug op Robby Müllers polaroid. “Wat is die prachtig!”, verklaart ze opgetogen. En inderdaad, je zou er gemakkelijk aan voorbij gaan, maar nu Reichardt er zo enthousiast op wijst zie je het ook: die bijzondere schoonheid van twee doodgewone bomen.


Big Talk: Kelly Reichardt is, inclusief bezienswaardige Q&A, nog tot 10 februari online terug te zien via iffr.com. Haar films Old Joy, Wendy and Lucy en Meek’s Cutoff zijn te zien op via streamingplatform IFFR Unleashed.