IDFA 2020: Verslag White Noise met talk

'Aandacht is de valuta van rechtsextremisme'

White Noise

De drie knetterrechtse hoofdpersonen mogen aan het eind van de journalistieke film White Noise het vuur verliezen, maar de filmmakers waarschuwen in een online nagesprek op IDFA: “Er gaan de komende decennia meer rechtse populisten opstaan.”

Helaas, de ultrarechtse bewegingen zijn nog lang niet verdwenen met het uitdoven van het trio dat centraal staat in White Noise, en ook niet met het verkiezingsverlies van Trump. Regisseur Daniel Lombroso: “Hun ideeën zijn springlevend en blijven aan kracht winnen. De nare, deprimerende realiteit is dat er de komende decennia nog veel meer rechtse populisten op zullen staan die vinden dat Amerika de witte man toebehoort.”

Rechts gedachtegoed, antisemitisme, racisme, misogynie en sociale media blijken sinds enkele jaren een gevaarlijk succesvolle mix die voorheen gemarginaliseerde figuren opeens naar de mainstream media, in de politiek en dus in de echte wereld kunnen katapulteren. Filmmaker en journalist Daniel Lombroso en producent Kasia Cieplak-Mayr von Baldegg (beiden werkzaam bij The Atlantic) hadden dat ver voor Trumps overwinning in 2016 al in de smiezen. Ze volgden voor White Noise drie jonge Trump-aanhangers van dichtbij tijdens opnamen voor hun eigen sociale-mediakanalen, werkend aan allerhande manifestaties en tijdens optredens door het land, waar Fred Perry-dragende kerels met opgeschoren, strak gekamde haren Trump en de witte man in z’n algemeenheid in nazi-stijl eren.

Behoorlijk onfrisse types dus die, zo vertellen beide makers zondag in het nagesprek met Jaap Tielbeke (De Groene Amsterdammer), allemaal een “mixed bag of motivations” meeslepen tijdens hun ultrarechtse queeste. De technische verbinding liep tijdens het virtuele nagesprek zo nu en dan even spaak, wat jammer was aangezien de vragen en de antwoorden wel kraakhelder waren. Zo vraagt Tielbeke zich bijvoorbeeld terecht af of het een verstandig idee is om deze griezelige figuren een podium te geven. Hebben de makers daar over nagedacht bij aanvang van de opnames? Dat hebben ze. Om tot de conclusie te komen dat het juist belangrijk is deze duistere politieke krachten te laten zien – met de nodige randvoorwaarden uiteraard. Oplossingen in de manier van in beeld brengen zeggen ze niet te hebben, maar ze denken dat observeren het best uitpakt. Ze filmden hun protagonisten jaren en vaak urenlang achter elkaar. De kritische vragen die (weliswaar subtiel) gesteld werden, zijn niet weggesneden. De antwoorden bleken van zichzelf vaak al niet overtuigend.

Geen van de geportretteerden komt als glamoureus of erg charismatisch uit de bus en uiteindelijk blijken ze stuk voor stuk in hun eigen zwaard van opportunisme, hypocrisie en tegenstrijdige beweringen te vallen. Zo raakt de piepjonge Lauren Southern, een blonde Canadese die van jongs af aan predikt dat witte vrouwen geboren zijn om kinderen van witte mannen te baren, zelf zwanger van een man met een kleurtje. En daar wil ze desgevraagd geen woord over reppen. Mike Cernovich beweert op zijn beurt een trotse alfaman te zijn, maar biecht, na een urenlang interview met Lombroso, op niet van zichzelf te houden. Bovendien teert hij op het geld van zijn ex-vrouw. En Richard Spencer (‘woordvoerder van witte mensen wereldwijd’ – sic) eindigt berooid en met diverse rechtszaken aan z’n broek in het huis van zijn moeder. ‘nuff said.

Omdat de makers onder de vlag van het literair-culturele, journalistieke magazine The Atlantic aan kwamen zetten, waren ze uiteraard ‘de vijand’. Hoe lukte het ze om deuren te openen? Lombroso stelt dat het, zeker bij Southern, maanden heeft gekost. De andere twee stonden te trappelen om gratis publiciteit. Cieplak-Mayr von Baldegg: “Aandacht is de valuta van deze beweging.” Dat ze geen van allen wegkwamen met soundbytes en een politieke rocksterrenstatus, hebben ze inmiddels geweten. Lombroso: “Ze waren high van de likes en de beroemdheid die sociale media hen bracht, maar ze zijn ‘geen fan’ van deze film. Het is soms moeilijk om in de spiegel te kijken.”

Dat Lombroso zelf kleinzoon is van twee grootouders die ooit de Holocaust overleefden, was in zekere zin een drijfveer, maar hij liet tijdens de opnames niet direct het achterste van zijn tong zien. Zo ontdekte de ietwat narcistisch aangelegde Spencer pas na anderhalf jaar dat de filmmaker die hem volgde niet Italiaans, maar joods was. Lombroso: “Het werd daarna wel even ongemakkelijk.” Toen tijdens een rally opeens de armen omhoog gingen voor een Hitler-groet, was Lombroso zelf vooral bezig met de technische en journalistieke aspecten van de opnames. De schok kwam pas later. Het is, zo stelt hij, precies waarom zo’n film gemaakt moet worden: “We moeten ons bewust blijven van het gevaar. Een piepjong, rechts meisje uit Montreal kan via sociale media opeens terechtkomen als spreker bij de Europese Unie.”


White Noise is nog te zien op IDFA.