Filmfestival Venetië 2019 (2)

Doen, durf of de waarheid

Waiting for the Barbarians

Tussen een openingsfilm die de term ‘waar­heid’ als titel koos, en een slotfilm die be­vroeg hoe kunst zich verhoudt tot de waar­heid, bleek de ongrijp­baarheid van die waar­heid een rode draad door het programma van het filmfestival van Venetië.

“Pijn is waarheid. Al het andere moeten we wantrouwen.” Dat is de kern van de filosofie van de wrede kolonel Joll (Johnny Depp) in Waiting for the Barbarians, een verfilming van het gelijknamige boek van J.M. Coetzee en de eerste Engelstalige film van Ciro Guerra. Joll vergoelijkt met zijn uitspraak dat hij foltering inzet tegen gevangen genomen “barbaren” – in feite de inheemse bevolking van de afgelegen streek die is gekoloniseerd door het rijk waarvoor hij werkt. In Jolls visie betekent ‘waarheid’ vooral: datgene wat hij wil horen.

De waarheid stond vaker in dienst van het eigen gelijk tijdens het afgelopen filmfestival van Venetië, dat grossierde in films die draaiden om de ongrijpbaarheid van de waarheid, en daar telkens ook hun vraagtekens bij zetten. Geen wonder in een wereld waarin de feiten op losse schroeven lijken te staan, en de waarheid er alleen toe doet als het je eigen wereldbeeld ondersteunt.

De zoektocht naar ontglippende waarheden begon meteen in openingsfilm La vérité, de eerste Franstalige film van de Japanse regisseur Hirokazu Kore-eda, waarin de oudere actrice Fabienne (Catherine Deneuve) het in haar memoires niet zo nauw neemt met de realiteit, tot verdriet van haar dochter Lumir (Juliette Binoche). Fabienne’s losse omgang met de feiten (“De naakte waarheid is te saai”) vond een spiegelbeeld in de slotfilm van het festival, de thriller The Burnt Orange Heresy van Giuseppe Capotondi. De film draait om de meedogenloos ambitieuze kunstcriticus James Figueras (Claes Bang), die de kans krijgt een legendarische, al decennia niet in het openbaar gesignaleerde schilder (Donald Sutherland) te ontmoeten. Dankzij de eindeloze ruimte voor interpretatie en vervalsing is de kunstwereld is natuurlijk de perfecte setting voor filosofische overdenkingen rond waarheid, authenticiteit en oprechtheid. Begrippen waar ook Figueras het niet zo nauw mee neemt. Als zijn naïeve scharrel Berenice (Elizabeth Debicki) hem vraagt of de waarheid niet precies is waar kunst om draait, lacht hij haar recht in haar gezicht uit.

In de elf dagen tussen openings- en slotfilm volgden meer films die de waarheid relativeerden, zoals Steven Soderberghs The Laundromat, een mozaïekfilm rond de Panama Papers die zichzelf presenteert als een verzameling “waargebeurde sprookjes”. Of Noah Baumbachs emotionerende Marriage Story, net als Soderberghs film een Netflix-productie, waarin de “feiten” van een verbroken relatie gaandeweg het scheidingsproces steeds verder uit elkaar groeien in de eindeloze hij-zei-zij-zei tussen Nicole (Scarlett Johansson) en Charlie (Adam Driver).

Doofpot
Tegenwicht was er ook. Bijvoorbeeld in de films van Roman Polanski en Nate Parker, J’accuse en American Skin. Twee zeer verschillende films die er niettemin beide op mikken een grote waarheid bloot te leggen. Die films raakten nogal ondergesneeuwd door alle heisa rondom de makers, die beiden worden achtervolgd door beschuldigingen van seksueel misbruik. In het geval van Polanski lijkt de jury de nadruk terug op de film te hebben willen leggen door hem de Zilveren Leeuw voor beste regie te overhandigen.

Polanski investeerde jaren onderzoek in zijn klassieke, maar met vaart vertelde film over de Affaire-Dreyfus, waarin een Franse legerofficier in 1894 ten onrechte wordt veroordeeld voor hoogverraad. Polanski’s film draait niet om Dreyfus, maar om diens meerdere Picquart (Jean Dujardin), die door zijn pogingen om Dreyfus’ onschuld te bewijzen zelf doelwit wordt van de autoriteiten die de hele boel liever in de doofpot houden. Uiteindelijk betalen beide mannen een hoge prijs voor hun zoektocht naar de waarheid.

La vérité

Dat geldt des te sterker voor de hoofdpersoon van Nate Parkers American Skin, een vader wiens tienerzoon wordt doodgeschoten door een politieagent. Wanneer die agent jaren later wordt vrijgesproken, gaat deze Linc (gespeeld door Parker zelf) op zoek naar gerechtigheid. In plaats van voor een gewelddadige climax, zoals je van een wraakfilm zou verwachten, etaleert de film het (heel erg Amerikaanse) debat over ras en politiegeweld. Het resultaat is regelmatig tenenkrommend didactisch, maar desondanks enerverend. Soms op allebei tegelijk, zoals wanneer Linc zegt: “Grootse naties zijn niet groots omdat ze mensen onderdrukken, maar omdat ze ze bevrijden.”

Jagen op de feiten
De film die zich het meest nadrukkelijk hard maakte voor de waarheid, kwam ook het hardst aan. In zijn overdonderende documentaire Colectiv volgt Alexander Nanau de meerdere groeperingen die de wijdverspreide fraude en corruptie binnen het Roemeense zorgstelsel aanvechten. Dat draait om slachtoffers, activisten, politici, maar vooral: om de journalisten van, nota bene, de sportkrant Gazeta Sporturilor.

Spil in het onderzoek is hoofdredacteur Catalin Tolontan. De eindeloze tegenwerping van een consortium van corrupte politici, inhalige bedrijfsleiders en gewelddadige maffiosi ten spijt blijft hij onverstoorbaar jagen op de feiten in een wereld vol leugens en desinformatie. Bijna tussen neus en lippen door biedt hij ook het ultieme weerwoord tegen kolonel Jolls cynische gelijkstellen van pijn en waarheid: “Wanneer de pers het hoofd buigt voor de autoriteiten, zullen de autoriteiten het volk misbruiken.”