Cinekid 2021: Panels Decolonized Storytelling en Anansi

Warm welkom voor Anansi

Anansi

Waarom zijn de slimme streken van de brutale spin Anansi hier minder bekend dan bijvoorbeeld de sprookjes van Grimm of het verhaal van Pinocchio? Het mag dan zo zijn dat Anansi een populaire held is uit de folklore van West-Afrika, de Caraïben en ook Surinama, maar gezien de voormalige koloniale banden had die deugniet gemakkelijk de oversteek kunnen maken. Als het mee zit gebeurt dat alsnog, want de eerste afleveringen van een gloednieuwe Nederlandse Anansi-animatieserie zijn op Cinekid in première gegaan.

Het is ook een mooi voorbeeld van ‘Decolonized Storytelling’, het onderwerp van een van de sessies op het Cinekid Industry Forum in Pakhuis de Zwijger, de plek waar de professionals zich kunnen laten bijpraten. In dit geval over het doorbreken van het Westerse perspectief. Dat klinkt nogal gewichtig, maar het blijkt dat de panelleden die zijn uitgenodigd te vertellen over hun werk zich in het geheel niet laten verleiden tot grote woorden.

Via een videoverbinding schuiven Jinaraja Menke en Kevin Headly aan, makers van Arki Wan Tori, een Nederlandstalige, Surinaamse podcast met luisterverhalen voor kinderen. Aan tafel zit Aurore Auguste, co-scenarist van de in Annecy bekroonde korte animatiefilm Vanille (ook op Cinekid). Auguste heeft wortels in Guadeloupe en Frankrijk. Ze vertelt dat ze geen hoge bedoelingen had, maar simpelweg geweldig veel zin om dit verhaal te vertellen. Samen met regisseur Guillaume Lorin, ook van gemengde achtergrond.

Vanille

Van Parijs naar Guadeloupe
Vanille is een aanstekelijke mix van coming-of-age, avontuur en, Auguste’s achtergrond indachtig, verwijzingen naar de folklore van de West-Indische eilanden. Het gaat niet speciaal over kleur of kolonialisme. Auguste stelt dat ook dat je niet zwart hoeft te zijn om zoiets te maken. Je moet je gewoon open stellen.

Het gaat over een meisje uit Parijs dat helemaal geen zin heeft om op vakantie te gaan bij haar tante op Guadeloupe. Boos stapt Vanille het vliegtuig uit, om daar pardoes in een wonderlijk avontuur te belanden, samen met een jongen met magische krachten. Opvallend is dat de energieke 2D-computeranimatie wordt gecombineerd met echte, op Guadeloupe gefilmde achtergronden. Een ingreep die op een mooie manier de band met de cultuur van het eiland benadrukt.

Maar zo vanzelfsprekend als het resultaat nu oogt, Auguste en Lorin moesten wel drie jaar strijden om mensen te bewegen er fondsen voor vrij te maken. Want alles hangt van geld af, is haar nuchtere conclusie. Maar, houdt Auguste de Cinekid-professionals voor, je moet niet alleen lijstjes afvinken, maar liever gewoon naar de mensen kijken. En dan prijst ze zich nog gelukkig in Frankrijk te werken, waar met name tv-zenders wel geïnteresseerd zijn om over de grens te kijken naar de voormalige koloniën.

Panel ‘Decolonizing Cinema’. Foto: Leo Bankersen

Surinaamse rijkdom
Jinaraja Menke en Kevin Headley hadden het voordeel dat een podcast nu eenmaal een goedkoper medium is dan film. Ze begonnen gewoon met eigen geld, een kleine recorder en vooral veel passie. Ook Headley benadrukt dat ze met hun project geen statement wilden maken. Het vloeide voort uit de ervaring van Menke met haar vijfjarige dochter. In de corona-tijd, toen iedereen thuis moest blijven, realiseerde ze zich dat het een beter idee was de verbeelding van haar kind te prikkelen met mooie verhalen, dan haar domweg voor de tv te zetten. En wat een rijkdom in Suriname met zoveel verschillende culturen bij elkaar. Verhalen verbinden, en legendes zijn universeel. En ze zijn belangrijk voor de ontwikkeling van jonge kinderen. Een podcast? Ja, want boeken zijn voor de meeste mensen in Suriname te duur.

Headley benadrukt dat kinderen zo ook iets van hun cultuur meekrijgen. Hij wil Suriname ook iets teruggeven. Daarnaast hoopt hij een breder platform te vinden en merkt op dat hij in deze tijd veel nieuwe kansen ziet. Daarbij denkend aan ontwikkelingen zoals bij Netflix en HBO Plus. Talloze verhalen uit de hele wereld kunnen nu binnen handbereik komen. Hij denkt zelfs aan animatie. “Mis je iets? Maak het gewoon!”, leidt gespreksleider Hugo Emmerzael af uit de houding van dit creatieve panel.

Anansi

Slimme deugniet
Anansi wordt tijdens het panel nog niet genoemd. Toch sluit het gepresenteerde naadloos aan bij wat de makers van de gloednieuwe animatieserie Anansi (drie afleveringen voltooid, er wordt nog hard gewerkt aan de rest) de volgende dag te vertellen hebben in een Case Study-sessie rond het project.

Het project begon toen de in Suriname geboren Iven Cudogham, die op zijn derde naar Nederland kwam, verhalen van Anansi voorlas aan een van zijn kinderen. “Papa, zijn er geen animatiefilms van Anansi?”, wilde het wijsneusje weten. Papa ging op zoek. Maar nee, Anans-animaties bleken er tot zijn verbazing niet te zijn. Direct sloeg hij aan het googlen om te zien wie een goede producent voor zoiets zou kunnen zijn; zo kwam hij terecht bij Michiel Snijders van il Luster.

Snijders, ook aan de paneltafel, merkt op dat hij doorgaans wat cynisch is over de vele animatieplannen die hem regelmatig voorgeschoteld worden. Maar in dit geval… “Ja, waarom ís er nog geen animatie met Anansi?”, vroeg ook hij zich af. Nou, lacht Snijders, volgens Iven was dat omdat we allemaal witte mannen zijn. Om kort te gaan, hij zag direct dat hij hier goud in handen had. Via Snijders kwam ook het derde panellid, eindredacteur KRO-NCRV-jeugd Gerdie Snellers in beeld. Ook zij zag veel mogelijkheden, onder meer omdat de verhalen van Anansi verre van eendimensionaal zijn. Anansi is een slimme deugniet die vooral zijn eigen belang in de gaten houdt. Niet voor niets krijgt hij in een van de op Cinekid vertoonde afleveringen een koekje van eigen deeg. Volgens Snellers spoort het kinderen aan om na te denken over allerlei morele en filosofische kwesties. Want is Anansi nu slecht of toch niet?

Inderdaad is het heel verrassend te zien hoe Anansi juist niet doet wat je van helden zou verwachten. Of wanneer hij dat wel eens doen, dan toch met bepaalde bijbedoelingen. Geen wonder dat hij, ondanks zijn slimmigheid, toch regelmatig zijn neus stoot, waar de kinderen dan weer lekker om kunnen gniffelen.

Ook voor animatoren is Anansi heerlijk om mee te werken, aldus Snijders. Ga maar na, een figuur met vier ogen en acht poten, wat een feest van expressies. Een feest om te zien is ook de door Studio Moldybyrd ontworpen grafische stijl. Geen traditionele lijnfiguren, maar creatieve 2D-animatie die eerder doet denken aan tot leven gewekte, geschilderde illustraties. Een stijl en kleurenpalet die ook recht doen aan Afrikaanse bronnen. De buik van Anansi doet bijvoorbeeld denken aan een Afrikaans schild. De verhalen van de animatieserie zijn deels bewerkingen van verhalen die uit de uitvoerige research opdoken, deels samengesteld uit allerlei motieven en elementen uit het Anansi-universum.

Intussen heeft Cudogham ook enkele door Moldybyrd geïllustreerde prentenboeken over Anansi geschreven. Om voor te lezen. En wat de animatieserie betreft droomt hij al internationaal. Hij wil alle kinderen van de wereld laten genieten van Anansi. Want zijn kinderen niet overal hetzelfde?

Na die aansprekende voorbeelden zou je kunnen zeggen: decolonized storytelling, betekent dat niet gewoon: gooi open die schatkamer?


Van de serie Anansi zijn voorlopig 15 afleveringen van elk 8 minuten gepland. Eind december op televisie.