Dansplaining #9

De president als actieheld

Bill Pullman als actiepresident in Independence Day (1996)

Dan Hassler-Forest zoekt als de Indiana Jones van de filmwetenschappen maandelijks naar de actualiteiten, de verborgen betekenissen en geheime kamers van de filmgeschiedenis.

Na een spannende verkiezing, een betwiste uitslag, een gepoogde staatsgreep en natuurlijk vier jaar chaos was het moment dan eindelijk daar: Joe Biden werd op 21 januari ingehuldigd als nieuwe president van de Verenigde Staten. En Donald Trump, de notoire oplichter die min of meer per ongeluk de machtigste politicus ter wereld was geworden, droop af zonder zich er ook maar over te kunnen beklagen op Twitter. Wereldsterren als Jennifer Lopez, Bruce Springsteen en Lady Gaga zongen de nieuwe leider toe, en heel de wereld haalde opgelucht adem. Na vier jaar zou de rust eindelijk weer terugkeren: Biden beloofde in zijn openingsrede plechtig om het land opnieuw te verenigen.

Het is verraderlijk hoe makkelijk het is om je mee te laten slepen in dit verhaal. Het idee dat politiek een dramatische strijd is tussen larger than life persoonlijkheden komt voor een groot deel voort uit de filmcultuur. Waar presidenten in het oude Hollywood nog kalme, oude vaderfiguren waren, zagen we sinds de jaren negentig steeds vaker de president in een ander licht: Bill Pullman in Independence Day, Harrison Ford in Air Force One, Jamie Foxx in White House Down, en natuurlijk Aaron Eckhart in de Olympus Has Fallen-franchise toonden de president niet als de man achter de schermen, maar als actieheld – niet zozeer een man van woorden, maar meer een man van daden.

Het is een rol die makkelijker aansluit bij de autoritaire kerels van (extreem)rechts dan de sociaaldemocratische bestuurders van links. Figuren als Poetin, Orbán, Bolsonaro, Wilders, Baudet en Trump hebben allemaal zorgvuldig een imago opgebouwd van de eigenzinnige held die zich niets laat vertellen, de cowboy die zijn eigen nootjes dopt en van niemand afhankelijk is.

Zo’n rol is aantrekkelijk voor kiezers omdat hij een complexe wereld terugbrengt tot een paar eenvoudige leuzen en slogans: “Build the wall!” en “Lock her up!” zijn even herkenbaar als de oneliners die sardonische actiehelden zo stoer, sympathiek en herkenbaar maken. Het is een medialogica die sinds het Reagan-tijdperk niet alleen de Amerikaanse politiek steeds meer is gaan beheersen, maar die nu ook wereldwijd steeds verder blijft doorwoekeren. Het reduceert politici tot makkelijk herkenbare archetypen, verandert debatten in potsierlijke duels, en verlegt de discussie van beleid naar persoonlijkheid. Ook de campagne van Biden deed hieraan mee – al was het uiteindelijk de groeiende ergernis met Trump die de cruciale kiezers het meest leek te motiveren.

Het betekent natuurlijk ook dat de donkere dagen van onrust en polarisering nog lang niet voorbij zijn. De beleidskeuzes van Biden en zijn kabinet zullen heus veel veranderen – maar er zijn bijna net zoveel mensen die in Trump een onmiskenbare superheld zien en in Biden een superschurk als omgekeerd. Zolang Hollywoods heldencomplex onze ervaring van de politiek blijft bepalen, raken we alleen maar verder van huis.

Geschreven door Dan Hassler-Forest