Luis Buñuel

Ketter in alles

  • Datum 30-05-2016
  • Auteur
  • Deel dit artikel

CET OBSCUR OBJET DU DÉSIR

Op 29 juli is het precies 25 jaar geleden dat Luis Buñuel overleed. Het Filmmuseum en het Latin American Film Festival herdenken dat met een uitgebreid retrospectief waarin naast heel veel andere films gerestaureerde versies van un chien andalou en los olvidados te zien zijn. Steeds en opnieuw verwierp Buñuel het keurslijf, het dogma en de hypocrisie.

Naast een paar sleutelscènes met John Belushi in national lampoon’s animal house was het niet het oog van Buñuels un chien andalou dat ‘mijn kindertijd zag’, om een beroemde uitspraak van de criticus Jean Louis Schefer aan te halen over beelden die je bijblijven, maar het hagelschot op de vlinder in le journal d’une femme de chambre. Een van de meest fragiele schepsels van de natuur tegenover een van de meest botte schepsels van de mens, een beeld dat net zo grotesk als symbolisch als raak is.
De surrealist Luis Buñuel was de sloper van beelden om er zijn eigen vaak dubbelzinnige beelden voor in de plaats te zetten. Tegen de tijd dat deze ene film over dogma’s en ketterij uitkwam — het was 1969 en bijna alles was al voor het oog van de wereld onttroond of uitgekleed — was het zijn doel niet meer om te shockeren, maar om aan het twijfelen te brengen.
Het is verleidelijk om te zeggen dat la voie lactée (De Melkweg, 1969) net als het hagelschot op de vlinder is: bot en cru. Er zit zelfs een vergelijkbaar shot in met een vogel op een tak die van dichtbij met een jachtgeweer wordt afgemaakt. Maar alleen op het eerste gezicht lijkt de film een botte aanval want daarachter verbergt zich een van Buñuels beste werken.
la voie lactée is een roadmovie door plaats en tijd waarin twee pelgrims vanuit het noorden van Frankrijk te voet op reis gaan naar het Spaanse Santiago de Compostella, een tocht die al eeuwen populair is onder christenen. Af en toe lopen de pelgrims langs een snelweg om een lift te krijgen van een veel te hard rijdende Peugot of Citroën — de razende vooruitgang — om in een volgende scène in een middeleeuws dorpje bij een brandstapel te belanden. Ketters die door inquisiteurs worden achtervolgd, vinden in de volgende scène twee jachtgeweren en jagerskostuums en komen dan weer Jezus tegen die met een stel apostelen door de bossen wandelt.

Spijsvertering
In la voie lactée, die volgens Buñuel met le charme discret de la bourgeoisie en le fantôme de la liberté een trilogie vormde over de zoektocht naar waarheid, stellen de personages voortdurend cruciale geloofsartikelen ter discussie: een paus wordt gefusilleerd, een non wordt aan het kruis gespijkerd, Marquis de Sade legt aan een meisje in boeien uit dat er niks mis is wanneer hij zich aan zijn driften overgeeft, een Maître d’ gaat net voor openingstijd van het restaurant met het personeel in discussie over de heilige Drie-eenheid, een pastoor in een herberg vertelt over wonderlijke Mariaverschijningen en de onbevlekte ontvangenis, twee mannen duelleren over het al dan niet verwerpelijke Jansenisme dat het bestaan van de vrije wil afwijst. Allemaal zaken die de afgelopen tweeduizend jaar de hoofden van de mensen vulden. "Als een hostie het lichaam van Christus is", vraagt een van de pelgrims verwonderd aan een pastoor, "wat gebeurt er dan met dat lichaam wanneer het in onze maag belandt?" Het meest goddelijke, de transsubstantiatie en de Eucharistie, verbonden met het meest aardse dat de mens bezighoudt, de spijsvertering. Dat moet Buñuel een enorme grap hebben gevonden.
Maar het is niet een film die ons van ketterijen wil overtuigen. Daarom klopt de vergelijking met het hagelschot op de vlinder ook maar voor een deel: de regisseur probeert, zoals alle grote vertellers, vooral ruimte in het hoofd vrij te maken.

Wilde weg
Dat doet hij door ons niet alleen over religieuze dogma’s te laten nadenken maar ook over vrijheid. Hij roeide tegen de stroom in door eind jaren zestig na een eeuw van ontkerkelijking en een decennium van vrijheidsstrijd het christendom als onderwerp van een film te kiezen — ‘been there, seen that’, zou je denken — en vooral door ook een afwijkende vorm voor deze film te kiezen.
la voie lactée presenteert zich namelijk als een werkstuk zonder een dramatische lijn, als een schotschrift waarin de personages hun ketterse of juist theologische lessen opdreunen alsof ze repeteren voor de plaatselijke toneelvereniging. De personages hebben nu geen vrije wil, het was nog mooier geweest als Buñuel (God) ze hier en daar had laten improviseren.
En ook de rit langs allerlei plaatsen en tijden geeft weinig houvast. Het ene moment zitten we in een herberg, dan weer in een auto, dan weer ontmoeten we de duivel die langs een provinciale weg wandelt. En tussen die wisselende plaatsen en perspectieven door krijgen we discussies over het geloof voorgeschoteld. ‘Discontinue continuïteit’ noemde Buñuel dat: verhaallijnen die in het wilde weg alle kanten op schieten.
Daarnaast is het vaak onmogelijk om te voorspellen hoe een scène eindigt. De scène waarin geduelleerd wordt over het bestaan van de vrije wil begint hoogdravend. Zonder stemverheffing gaat de theologische discussie over in een duel want de kwestie God is nou eenmaal een kwestie van leven of dood. Maar als ze een tijdje aan het schermen zijn, vindt cameraman Christian Matras (die ook la grande illusion van Jean Renoir filmde) het ineens niet meer interessant en draait naar de twee pelgrims die in het gras zitten te eten. Terwijl we naar hun gesprek luisteren lopen de zwaardvechters op de achtergrond lachend weg. Blijkbaar was het toch geen kwestie van leven of dood. Dit is vrijheid, dit is de logica van de fantasie. De regisseur hoeft zich niet aan narratieve conventies te houden, hij kan doen wat hij wil.

Op de proef
Hoewel Buñuel twee grote obsessies had in zijn films — de christelijke religie en het morele besef van de middenklasse — is deze film boven alles een pleidooi voor vrijheid. Het is niet het christendom dat wordt veroordeeld, niet de rituelen en het mysterie van de godsdienst. Het is niet de middenklasse zelf die wordt veroordeeld in el angel extermindor of le charme discret de la bourgeoisie en het is niet de vrouw die wordt veroordeeld in belle de jour. Steeds en opnieuw verwerpt Buñuel het keurslijf, het dogma en de hypocrisie. Daar ging het hem om.
Maar zijn lef om buiten de kaders te werken, moest wel keer op keer ten overstaan van zichzelf en de rest van de wereld bevestigd worden. Zodra hij succes had bij het publiek volgde een nieuwe film die dat publiek op de proef stelde, merkte Mark Polizzotti al op bij de Criterion Collection dvd-uitgave van deze film. la voie lactée verscheen onmiddellijk na zijn grootste succes, belle de jour, net zoals le journal d’une femme de chambre werd opgevolgd door simón del desierto en le charme discret de la bourgeoisie door le phantôme de la liberté. Waarna zoals verwacht weer een succes volgde, cet obscur objet du désir, maar nu was het de laatste keer. De regisseur stierf vijf jaar later.

Ronald Rovers

Luis Buñuel, 8 mei t/m 22 juni, Filmmuseum (Amsterdam);
Latin American Film Festival, 7 t/m 14 mei, Louis Hartlooper Complex (Utrecht)

Zie ook de boekbespreking Luis Buñuel — The complete films.

simón del desierto

Retrospectief

"Er is maar één weg: rebellie", zou hij gezegd hebben. Die weg heeft Luis Buñuel (1900-1983) van begin tot eind bewandeld. Nadat hij met Salvador Dali in 1929 un chien andalou schreef en verfilmde, werden ze uitgenodigd bij de Franse surrealisten. Voordat hij met Dali aan de tweede film l’age d’or kon beginnen, kregen de twee ruzie en ging hij alleen verder. Na de Spaanse burgeroorlog (1936-1939) werd Buñuel door de fascisten verbannen waardoor hij uiteindelijk via Hollywood en New York in Mexico belandde. Hij regisseerde daar tussen 1946 en 1965 meer dan twintig films, waarvan een flink aantal in het retrospectief te zien is. Daarna verhuisde hij naar Frankrijk waar, heel vreemd, zijn ‘Franse periode’ aanbrak en waarin hij zijn bekendste films maakte: le journal d’une femme de chambre, belle de jour, le charme discret de la bourgeoisie en cet obscur objet du désir. In 1982 kreeg Buñuel op het Festival van Venetië de Gouden Leeuw voor zijn hele oeuvre.

De volgende films worden in het retrospectief vertoond:
l’âge d’or (1930)
el ángel exterminador (1962)
belle de jour (1966/67)
el bruto (1952/53)
cet obscur objet du désir (1977)
le charme discret de la bourgeoisie (1972)
un chien andalou (1929)
él (1952/53)
ensayo de un crimen (the criminal life of archibaldo de la cruz) (1955)
le fantôme de la liberté (1974)
la fièvre monte à el pao (republic of sin) (1959/60)
el gran calavera (the great madcap) (1949)
las hurdes/tierra sin pan (1933)
la ilusión viaja en tranvía (illusion takes the streetcar) (1953/54)
le journal d’une femme de chambre (1963/64)
la joven/the young one (1960)
la mort en ce jardin (1956)
nazarín (1958/59)
los olvidados (1950)
simón del desierto (1964/65)
subida al cielo (ascent to heaven/mexican bus ride) (1951/52)
susana (1950/51)
tristana (1969/70)
viridiana (1961)
la voie lactée (1968/69)