IDFA 2020: Lockdown

Voorbij de primaire schok

In Order of Disappearance

Een flinke handvol korte films en het themaprogramma ‘do {not} touch’ reflecteren op IDFA op de lockdown die de wereld het grootste deel van 2020 in suspended animation hield. Ze laten zich bekijken als tijdscapsules van een moment dat we beleven maar dat tegelijk als een verleden voelt.

Het is een dubieus jubileum: terwijl IDFA plaatsvindt, is het zo bijna een jaar geleden dat covid-19, toen nog anoniem, voor het eerst opdook. En is het pakweg negen maanden nadat een golf aan lockdowns over de wereld bewoog. De eerste corona-babies worden dus zo’n beetje tijdens het festival geboren. Een jaar, negen maanden: het is ook de minimale hoeveelheid tijd die nodig is om ergens een film over te maken. En inderdaad zijn in het festivalprogramma de eerste films te vinden die (impliciet of expliciet) reflecteren op de nieuwe wereld van social distancing.

Te beginnen met het programma ‘do {not} touch’. Waar IDFA normaal gesproken ieder jaar een flinke hand vol focusprogramma’s biedt, met aandacht voor een specifiek land, stijlkenmerk of thema, is dat er in corona-jaar 2020 slechts één. De accolades in de programmanaam ‘do {not} touch’, een veelgebruikt leesteken in diverse programmeertalen, wordt in online tekst vaak gebruikt voor een knuffel. Het programma is een combinatie van de twee programmasecties die het meest last hebben van de corona-beperkingen: IDFA DocLab, dat digitale documentaires naar de fysieke wereld trekt en IDFA On Stage, dat documentaires koppelt aan live performances.

Oefening in afzondering
De programmeurs van ‘do {not} touch’ manoeuvreren handig langs de beperkingen bij fysieke vertoningen met een hele reeks oplossingen. Er is een online expo op een speciaal daarvoor ontwikkeld platform; vertoningen van negen virtual reality-werken zijn zowel ter plekke in Amsterdam als vanuit huis te zien, tenminste voor wie een VR-headset heeft. Er zijn fysieke en virtuele live events en in ARTIS-Planetarium vindt corona-proof een reeks koepelvertoningen plaats.

Onderdeel van die laatste reeks is Corona Voicemails van mediakunstenaar David OReilly. Die publiceerde aan het begin van de lockdown zijn telefoonnummer met een uitnodiging om zijn voicemail vol te praten over wat mensen meemaakten in corona-tijden. Van die ontboezemingen maakte OReilly vier korte montages die hij door middel van speciaal ontwikkelde software van beelden voorzag. De pulserende, duistere vormen vangen perfect de neerslachtige en onzekere emoties van de sprekers.

De Amerikaanse kunstenaar/programmeur Lauren Lee McCarthy zocht tijdens de eerste lockdown juist naar hoop, min of meer tegen de klippen op, met haar project Later Date. Net als OReilly deed zij een oproep via sociale media—“Ik denk dat we ooit weer naar buiten mogen”, was de openingszin. De onzekerheid die daar uit spreekt, is de kern van het project. In chats maakte McCarthy met vrienden en kennissen plannen voor een ontmoeting die later plaats moest gaan vinden—ooit, wanneer het weer kon.

Lang niet alle projecten reflecteren zo direct op de lockdown of de pandemie en toch dringen die zich op. Dat geldt bij uitstek voor In Order of Disappearance van Bart van de Woestijne, de enige fysieke ervaring in ‘do {not} touch’. De oefening in afzondering werd oorspronkelijk al in 2018 ontwikkeld voor theaterfestivals Oerol, Over het IJ en Festival Cement, maar krijgt een nieuwe zeggingskracht in deze tijd van massale afzondering.

Andere projecten werden dankzij corona in een nieuwe vorm gegoten. Een treffend voorbeeld is het fenomenale Where There’s Smoke van Lance Weiler. Het oorspronkelijk als grootschalige installatie ontworpen project krijgt een nieuwe invulling via twee online tools die de afgelopen maanden ineens massaal in gebruik werden genomen door het plotselinge leger aan thuiswerkers. Weiler zet chatservice Zoom en online prikbord Miro in om een intiem en emotionerend verhaal te vertellen, met de dood van zijn vader als spil.

Lege straten
Naast ‘do {not} touch’ is er verspreid over het programma ook een flinke handvol ‘gewone’ documentaires te vinden met de lockdown als onderwerp. De Chinese kunstenaar en filmmaker Ai Weiwei was (in ieder geval naar eigen zeggen) in september de eerste die een lange documentaire over de corona-lockdown presenteerde. Zijn CoroNation staat al enkele maanden online en is niet op IDFA te zien (Ai’s migratiefilm Vivos draait wel op het festival). Het zeer vergelijkbare Wuhan Wuhan van Yung Chang en Gong Cheng zou in eerste instantie wel op IDFA te zien zijn. De Chinese fly-on-the-wall registratie van het dagelijks leven in Wuhan onder lockdown toont dezelfde imposante (maar bekende) beelden van lege straten van miljoenenstad Wuhan en heeft dezelfde focus op het dagelijks leven als Ai Weiwei’s film. Wuhan Wuhan werd echter om ‘technische redenen’ kort voor het festival uit het programma teruggetrokken.

Een andere Chinese documentaire is wel te zien, die het oplaaien van de corona-pandemie van grotere afstand bekijkt. The Ark is gefilmd in strenge zwart-witbeelden die grotendeels in een vierkant kader zijn geperst. We volgen de laatste levensmaanden van de oude dame Zhang Xiuhua (de grootmoeder van maker Dan Wei), die in een Chinees ziekenhuis op sterven ligt. Ze heeft geen covid-19 en dit ziekenhuis ligt ver van het corona-epicentrum in Wuhan, maar de pandemie dringt via nieuwsberichten toch binnen.

The Ark

Indirect toont de film een worsteling die in coronatijd helaas voor velen relevant is, want de focus van de film ligt met name op het onderlinge gekissebis van de kinderen en kleinkinderen van Zhang Xiuhua aan haar sterfbed.

Wereldwijd
De lockdownfilms op IDFA moeten het niet hebben van journalistieke observaties, maar van een persoonlijke invalshoek. Ze illustreren de breedte van het festival en van de documentaire an sich—van de intiem observerende egodocumentaire Hello Grandma tot de experimentele, essayistische ‘briefwisseling’ Same/Different/Both/Neither.

Die laatste, een korte film van de Braziliaanse kunstenaars Fernanda Pessoa en Adriana Barbosa, opent in São Paulo met een vanuit het raam van Pessoa gefilmd protest tegen Bolsonaro. Iets verderop wordt die gespiegeld in een Black Lives Matter-protest in Los Angeles, de woonplaats van Barbosa. Zo rijgt de film korte, impressionistische videoberichten aan elkaar die de twee vriendinnen elkaar vanuit lockdown stuurden. De spanningsboog van de film heeft zo ongeveer iedereen in de wereld de afgelopen maanden zelf ook doorgemaakt: van chaos en spanning naar een vorm van berusting.

Ondanks de verschillen leggen de corona-documentaires vooral bloot hoezeer deze crisis wereldwijd dezelfde contouren had. Iets wat ook in de openingstekst bij de afgelaste film Wuhan Wuhan doorklinkt. Het is een citaat uit een zevende-eeuws gedicht: ‘We komen uit verschillende gebieden, gescheiden door bergen en water. Maar boven ons delen we dezelfde lucht en dezelfde gevoelens.’

Schok
Wat misschien nog het meest opvalt, is hoezeer deze lockdownfilms nu al als restanten uit een verleden voelen. Corona is nog lang niet weg, lockdowns en bioscoopsluitingen hangen ons ook nu nog boven het hoofd en toch is er iets fundamenteel veranderd sinds maart. Deze films tonen de primaire, existentiële schok die de eerste lockdown veroorzaakte. Dat schokeffect is een maand of negen later verdwenen. We zijn gewend geraakt aan de beperkingen. Hoe schamper velen ook deden over de term toen hij voor het eerst werd gebruikt, de anderhalvemetermaatschappij is wel degelijk een nieuw normaal geworden.

Hello Grandma

In de korte Poolse afstudeerfilm Hello Grandma contrasteert maker Kamila Chojnacka de constante dreiging van het dodelijke virus met de hoop en energie op nieuw leven. Het intieme egodocument is vrijwel geheel gedraaid in het kleine appartement waar Chojnacka woont met haar man Jakub en hun zoontje van anderhalf. We zien haar aan de telefoon ruziën met haar koppige, fatalistische oma die de lockdown aan haar laars lapt, terwijl het jochie constant hun liefdevolle aandacht opeist en het stel intussen ook nog gaat voor een tweede. De chaos van het dagelijks leven in lockdown is herkenbaar, maar de stress die Chojnacka overvalt bij alleen al het idéé dat haar oma de straat op is gegaan, dat is iets van toen.