Het fenomeen Grindhouse
Geurige funk en meurende horror
Uit welke obscure grabbelton graaide Quentin Tarantino voor death proof? Uit de ‘sick, sick seventies’. Het fenomeen Grindhouse verklaard.
Grindhouse is een typisch Amerikaans fenomeen. Aan het einde van de jaren zestig, begin zeventig, floreerde de exploitatiefilm als nooit tevoren. En zoals hij ook nooit meer zal doen, maar dit terzijde. Veel bioscopen uit de armere buurten in de grote Amerikaanse steden gingen over op het programmeren van goedkope titels uit binnen- en buitenland, deels vanwege de lage kosten, maar vooral vanwege de hoge opbrengsten. Want de B-film was hot: hele volkstammen liepen de zalen plat voor spaghettiwesterns, kung fu-films, blaxploitation, horror, porno en films die deze ingrediënten combineerden, afgeblust met een fikse scheut funk of disco.
Kortom, de filmwereld was destijds een jungle, waarin niet alleen vrije jongens en gehaaide zakenmannen, maar ook talentloze amateurs heel snel heel veel geld konden verdienen. Je kon het zo gek niet bedenken, of de kassa’s rinkelden voor films uit subgenres waar we nu hard om lachen. Want wat dacht u van een pikante vampierenfilm uit la douce France (the nude vampire), een spaghettiwestern met een blinde held die zijn harem van vijftig postorderechtgenotes uit de handen van geilaard Ringo Starr moet bevrijden (blindman) of Filippijnse horror over een groenbloedig rimboemonster (mad doctor of blood island)? Bioscoopexploitanten gingen steeds meer over op het programmeren van double bills; een toen al lang bekende werkwijze, die echter een heel andere en tamelijk curieuze invulling kreeg. In steden als Los Angeles, San Francisco en New York (met name 42nd Street had een legendarische naam) kon men straten en pleinen vol zogenaamde ‘grindhouses’ vinden: ranzige bioscoopjes waar de hele dag en nacht een programma van twee achter elkaar gedraaide exploitatiefilms werden vertoond. Alles uiteraard krukkig nagesynchroniseerd en voortdurend door oude projectoren gejaagd, dus voorzien van krassen, kabels en abrupte aktewisselingen.
Meestal werd er een gimmick bedacht om de twee volledig zelfstandig van elkaar geproduceerde films toch onder één noemer te laten vallen. Dat leverde uiteraard koddige, krankzinnige en ronduit smerige klinkende zaakjes op, zoals de inmiddels klassieke double bill van i drink your blood en i eat your skin.
Aan het begin van de jaren tachtig zorgde het succes van de videotheken dat de meeste grindhouses hun deuren moesten sluiten. De strijd met de thuisbioscoop is inmiddels allang verloren, maar de muffe walm valt niet uit de B-films van weleer te kloppen. Daarom hier een aantal aanraders op dvd, opdat u zich thuis kunt laven aan geurige funk en meurende horror uit de ‘sick, sick seventies’.
Kotszakje
Tien jaar voor Rodriguez en Tarantino zorgde Sage Stallone (de acterende zoon van Sylvester) ervoor dat het begrip Grindhouse in ere werd hersteld. Met het in 1997 opgerichte filmlabel ‘Grindhouse Releasing’ bracht Stallone meteen een mijlpaal binnen het genre der extreem slechte smaak af. De laserdisc van de film in kwestie, het Italiaanse kannibalenbloedbad cannibal ferox (1980, een rip-off van het net zo foute cannibal holocaust), is intussen een collector’s item, omdat er een replica van het destijds uitgedeelde kotszakje en een singletje met stuitende discostampers is meegeleverd. Dat kotszakje is niet overdreven: de film bevat pijnlijk realistische scènes van afgehakte piemels, uitgestoken ogen en met haken doorboorde borsten. Gelukkig bevat de schijf (ook uit op dvd) tevens dolkomisch audiocommentaar van twee hoofdverdachten, regisseur Umberto Lenzi (bloedserieus: "this film is about a strange problem for our age: the cannibal") en hoofdrolspeler Giovanni Lombardo Radice (verwijfd: "I’m a little bit ashamed about this film"). Sage bracht de film zelfs opnieuw in de bioscoop uit en maakte er een echte grindhousehappening van, inclusief een vervaarlijk met zweep zwaaiende dame van lichte zeden.
Afro
In foxy brown (Jack Hill, 1974) speelt cultheldin Pam Grier een met enorme afro getooide en in strakke funkoutfits gestoken wraakengel, die een gestoorde drugsbazin en haar handlangers ongenadig in elkaar rost. Maar niet nadat ze haar uitgebreid hebben gefolterd en misbruikt. Grier zet Coffy neer als een sexy, zelfbewuste vrouw, die echter ook vals kan spelen: in de inmiddels legendarische climax overhandigt ze haar aartsvijand doodleuk het lid van diens vriendje (in een glazen potje). De afgesneden piemel bleek een terugkerend en belangwekkend thema in de grindhouses.
Ooglapje
thriller — en grym film (1974) werd in Zweden verboden en in de Verenigde Staten in het grindhousecircuit uitgebracht als they call her one-eye. Het is een trage, deprimerende en zeer gewelddadige wraakfilm, die bovendien pornografische close-ups bevat om de perverse sfeer te versterken. Al is hoofdrolspeelster Lindberg (die met het wisselen van de kostuums de kleur van haar ooglapje aanpast, zoals Hannah dat in kill bill doet) een charismatische actrice, de film zelf kent niet de emotionele gelaagdheid van wraakfilms als Abel Ferrara’s ms.45 of de schwung van Tarantino’s tweeluik. Vooral geschikt voor de mannelijke regenjasbrigades.
Verdere grindhouse-aanraders waarmee u cinefiele vrienden makkelijke op de kast kunt krijgen:
duke mitchell’s massacre maffia style (1978): verbijsterende poging the godfather nog eens dunnetjes over te doen met minimaal budget, maar maximale bloeddorst en dito pretentie.
the incredible melting man (1977): Sf-puinhoop met smeltende man die in achtertuintjes mensen verpulvert; effecten van meestergrimeur Rick Baker.
the black gestapo (1975): blaxploitation van Z-niveau met zwarte doodseskaders die door Los Angeles marcheren terwijl vette funk weerklinkt.
ilsa, she-wolf of the ss (1975): zeer dubieuze ‘sexploitation’ met lesbische seks en martelingen in een concentratiekamp; in de VS en Europa destijds een enorm succes in de bioscopen.
violent naples (1976): beenharde Italiaanse dirty harry-rip off van de onverbeterlijke Umberto Lenzi, inclusief dodelijke bowlingbal en een hoofdrolspeler wiens forse snor trilt van woede. Grote favoriet van Tarantino.
santo & blue demon vs. dracula & the wolfman (1973): krankzinnigheid in het kwadraat met de Mexicaanse superworstelaar Santo. Zware aanslag op intellect en lachspieren.
Niet in elke dvd-importshop te vinden, maar een zoektocht op internet met creditcard biedt vaak al vrij snel soelaas. Serveren met lauw bier en doppinda’s.
Mike Lebbing