Geluidsvolume in de bioscoop

Als films te hard klinken

Foto: Jon Mcintosh

Vooral oudere toeschouwers ervaren het geluid in bioscopen vaak als te hard. Wat is daarvan de oorzaak? En is de volumeknop naar beneden draaien de oplossing?

In 2019, tijdens de première van Nadav Lapids Synonyms in Moskou, was ik getuige van een ongewoon experiment dat plaatsvond zonder medeweten van het publiek. Tijdens de film vroeg de regisseur de operateur om het geluidsvolume elke dertig tot veertig minuten subtiel te verhogen. Tegen het einde was het geluid twintig procent luider dan aan het begin.

Lapids bedoeling was om de kijkers te dwingen zich voortdurend aan te passen aan het toenemende ongemak – met volumeverhogingen die niet sterk genoeg waren om bewust op te merken, maar wel genoeg om het auditieve systeem te irriteren dat zich al had aangepast aan het vorige geluidsniveau. Terwijl het publiek zich inspande om zich aan te passen, zat Lapid ondertussen zelf beneden nonchalant koffie te drinken terwijl hij op willekeurige momenten besloot om het volume te verhogen.

Dit experiment was een levendige demonstratie van hoe gevoelig we zijn voor geluid en hoe zelfs op een bewust niveau onmerkbare veranderingen ongemak kunnen veroorzaken. Maar wat als dit ongemak voor sommigen niet opzettelijk of tijdelijk is? Voor veel oudere filmhuisbezoekers is de perceptie van luidheid geen artistieke keuze – het is een deel van hun dagelijkse ervaring.

In interviews die ik voor mijn MBA-scriptie heb gehouden met 55-plussers, viel me één ding op: al mijn respondenten verklaarden dat films “de laatste jaren luider zijn geworden”. Omdat ik de afgelopen vijftien jaar in bioscopen heb gewerkt, weet ik zeker dat de geluidsniveaus niet zijn veranderd en dat er ook geen significante wijzigingen in de geluidsmixnormen zijn geweest. Toch zijn het altijd de oudere toeschouwers die komen klagen over de luidheid. Vreemd, toch? De gangbare opvatting is dat het gehoor gewoon slechter wordt naarmate je ouder wordt, niet dat het in sommige opzichten gevoeliger wordt.

Hersenen
De werkelijkheid is complexer. Ons gehoor is niet alleen afhankelijk van onze oren, maar vooral van onze hersenen, die geluid verwerken en interpreteren. En hier komen leeftijdgerelateerde veranderingen om de hoek kijken.

Naarmate we ouder worden, verwerken onze hersenen geluid anders. Onderzoek in de auditieve neurowetenschappen toont aan dat het fysieke vermogen om te horen weliswaar afneemt, maar dat de manier waarop de hersenen geluid interpreteren en filteren ook verandert. Oudere volwassenen ervaren vaak een verhoogde gevoeligheid voor plotselinge geluiden, waardoor abrupte of gelaagde geluiden harder aanvoelen dan ze feitelijk zijn. Daarnaast worden de hersenen minder efficiënt in het onderscheiden van spraak en achtergrondgeluid, waardoor complexe audio-omgevingen, zoals een film, overweldigend kunnen aanvoelen. Daarom kan een soundtrack van een film, zelfs als de decibelniveaus ongewijzigd blijven, agressiever of onevenwichtiger overkomen op iemand van in de zestig dan op een jongere kijker.

Maar het meest fascinerende? De hersenen passen zich aan. Net zoals het publiek van Lapid zich onbewust aanpaste aan het geleidelijk toenemende volume, worstelen de auditieve systemen van oudere volwassenen voortdurend om deze veranderingen te compenseren – soms met succes, soms niet. En als dat niet lukt, wordt wat ooit een meeslepende ervaring was, een onaangename ervaring.

Geluidsontwerp
Filmtheaters hebben zich, net als andere culturele instellingen, allang aangepast aan de behoeften van hun publiek. Bibliotheken bieden boeken met grote letters aan voor mensen die moeite hebben met kleine tekst en niemand twijfelt aan de noodzaak daarvan. Toch, als een ouder publiek zegt dat films te luid aanvoelen, wordt hun bezorgdheid vaak afgedaan als een klacht in plaats van een signaal voor aanpassing. Maar als het geluidsontwerp van een film, dat gemaakt is om op te vallen, uiteindelijk een deel van het publiek wegjaagt, is dat dan niet het heroverwegen waard?

Veel bioscopen en filmtheaters organiseren al speciale voorstellingen voor een ouder publiek met een lager geluidsniveau en andere aanpassingen. Maar gewoon het volume verlagen is geen perfecte oplossing. Als we de geluidsknop naar beneden draaien, verminderen we al het geluid in de film, inclusief de dialoog.

Misschien is het tijd om een stap verder te gaan. Zouden distributeurs speciale geluidsmixen kunnen maken waarbij de dialoog duidelijk blijft, maar het audiolandschap minder overweldigend aanvoelt? Of zou het toevoegen van Nederlandse ondertiteling bij Nederlandstalige films een brug kunnen slaan voor mensen die moeite hebben met de verstaanbaarheid? Als bibliotheken boeken met grote letters kunnen aanbieden zonder de tekst te veranderen, waarom zouden filmtheaters het geluid dan niet kunnen verfijnen zonder het verhaal te vervormen?

We passen ons aan de veranderingen in het leven aan zonder dat we het altijd merken, net zoals het publiek bij de première van Synonyms zich aanpaste aan het toenemende volume. Maar aanpassing is niet alleen een individuele strijd, het is ook iets wat bioscopen en filmtheaters kunnen omarmen. Als we elk beeld kunnen verfijnen en elke geluidslaag kunnen mixen voor artistieke impact, dan kunnen we dat zeker ook om cinema voor iedereen een prettige ervaring te houden.


Alexey Koropskiy is freelance consultant en heeft ervaring in de bedrijfsvoering en programmering van bioscopen en festivals.