Eye Programmeurs van de Toekomst
Nieuwe filmprogrammeurs, nieuw elan
Toegankelijkheid, diversiteit, een verbreed aanbod en het verbinden van Europees publiek zouden in het filmlandschap hoog op de agenda moeten staan. Dat stellen drie kersverse ‘Programmeurs van de Toekomst’.
“We hebben een wereld opgetuigd waarin films maken draait om festivals en pitching-forums waartussen men heen en weer reist. De filmindustrie lijkt de focus zo te hebben weggehaald van het creëren zelf en het maken van menselijke connecties. Hoe langer makers en programmeurs in dit systeem meedraaien, hoe lastiger het wordt om een andere weg in te slaan.”
Aan het woord is Farah Hasanbegović, een van de drie nieuwe ‘Programmeurs van de Toekomst’ die Eye Filmmuseum deze maand ruimte geeft binnen hun talentontwikkelingsprogramma (mede mogelijk gemaakt door Fonds 21 Extra). Samen met Samuël Leemeijer en Aileen Ye vormt Hasanbegović de bevlogen tweede lichting van het drie edities durende traineeprogramma.
Het trio draaide inmiddels zo’n negen maanden mee binnen Eye Filmmuseum als nieuwe generatie curatoren en programmeurs in opleiding. Ze brengen een nieuw elan in een snel veranderende (film)wereld. Vanuit hun eigen achtergrond en een specifiek perspectief stelden zij ieder een twee dagen durend programma samen, inclusief flankerende selectie op de Eye Film Player.
Hun traineeship begon met een uitgebreide introductie in alle aspecten van het filmmuseum: van vertoningszalen tot Collectiecentrum en filmarchief. Ook kregen ze workshops van externe professionals. Leemeijer: “We werden in een korte tijd met veel informatie gevoed. Dat archief is zó bijzonder en indrukwekkend: er liggen duizenden filmblikken. Voor mij was het de eerste interactie met analoge film.”
Ook kreeg het trio als Eye-medewerkers toegang tot events en filmfestivals als IDFA, IFFR en de Berlinale. Waardevol, vonden ze. Hasanbegović: “Zo kwamen we op plekken die anders misschien gesloten waren gebleven. Met ‘Eye’ in je e-mailadres krijg je makkelijker screeners toegestuurd, een ‘Eye’-badge opent deuren. Zelfs je kunnen voorstellen als ‘programmeur’ op een festival maakt al verschil.”
Intensief onderdompelen
Een mentor begeleidde de drie, toewerkend naar hun eigen programma. Daarnaast werden de trainees ingezet op programmaonderdelen binnen Eye, op basis van hun interesses. Zo draaide Hasanbegović mee bij Eye Classics, waar hij onder meer werkte aan het programma rondom Claire Denis. “Ik was bekend met haar werk, maar het bleek een geweldige manier om te ontdekken wat Eye allemaal in het archief had liggen. Het is een uitdaging om met een gevestigde filmmaker aan de slag te gaan, want alles is er al. Toch kan je als programmeur wel degelijk veel nieuws toevoegen. Ik kreeg, dat vond ik bijzonder, de gelegenheid om de titel te verzinnen en ik schreef een essay over hoe het is om je zo intensief onder te dompelen in iemands oeuvre.”
Aileen Ye werd gekoppeld aan Eye on Art. Ze werkte onder meer aan de overzichtstentoonstelling van antropologen, filmers en beeldend kunstenaars Véréna Paravel en Lucien Castaing-Taylor. Ook dook ze in een programma rondom hedendaagse Afrikaans-Amerikaanse vrouwelijke filmmakers. Ye: “Het was fijn om onderdeel te zijn van zo’n team en te ontdekken waar moderne filmmakers in dit veld mee bezig zijn. Deze match werkte perfect omdat ook mijn eigen werk in het interessegebied ligt van moderne, experimentele kunstvormen.”
Bestaansrecht
Samuël Leemeijer draaide mee in de kinder- en jeugdprogramma’s van Eye: Cinemini en Filmmagie. “Ik kan me mijn eerste bioscoopervaringen als kind nog levendig herinneren en je hebt in Eye, waar zoveel verschillende films beschikbaar zijn, kans om kinderen iets aan te bieden dat ze de rest van hun leven niet meer zullen vergeten. Het is heel cool om die kinderbreinen een beetje te kunnen vormen.”
In hun rol van trainee ervoeren ze dat Eye oprecht zocht naar nieuwe perspectieven van een jongere generatie met verschillende achtergronden. Leemeijer: “Zij stonden echt open voor onze suggesties.”
Alle drie zijn ze het erover eens dat toegankelijkheid en diversiteit in het filmlandschap hoog op de agenda zouden moeten staan. Of dat nu betekent dat je films vertoont met dubbele ondertiteling, online films zo veel mogelijk gratis aanbiedt, of probeert festivalmarkten te vermijden en direct met makers te communiceren.
Ye: “Zeker in een internationale context moet toegankelijkheid voorop staan. Zo is expatcinema in Nederland vaak op onmogelijke tijden geprogrammeerd. Daarnaast pleit ik voor meer gebruik van dubbele ondertiteling: zo komt allerlei soorten publiek samen en ga je segregatie tegen.”
Hasanbegović: “Een bioscoopervaring moet open en gemeenschappelijk zijn, voor publiek én voor makers. Want niet iedereen bevindt zich in het hart van de filmindustrie. Toen mijn geboorteland Bosnië na de oorlog in de jaren negentig opnieuw opgebouwd werd, nam de filmindustrie het Europese financieringsmodel over. Zonder de middelen die daarvoor eigenlijk nodig zijn. Desondanks blijven we volgens diezelfde weg doorgaan. Maar alles wat niet een major fictiefilm is, of gericht op festivals, lijkt weinig bestaansrecht te hebben. Zo voelt het voor mij en mijn makersvrienden alsof de Europese filmindustrie niet voor ons bedoeld is. Grote films die aangeprezen worden op een billboard vormen niet het complete aanbod. Soms bevinden waardevolle films zich underground. Als we die niet vinden, zoeken we kennelijk niet hard genoeg.”
Gatekeepers
Het aanbod moet breder worden, stellen ze dan ook alle drie. Leemeijer: “In Nederland hebben theaters soms twee programmeurs beschikbaar: één die over de premières gaat en één over speciale programma’s, zoals retrospectieven. Maar als klein theater heb je geen geld of mankracht om naast premières iets anders op te pakken. Dat is zo jammer! Want het zou mooi zijn om films te vertonen die niet tot de reguliere premières behoren en die mensen niet snel zouden verwachten. Want die minder bekende films zijn het óók waard om aandacht, respect en een vertoning op groot doek te krijgen. Denk aan animatiefilms. Dat zijn echt niet altijd familiefilms, bedoeld voor kinderen. Ook videogames kunnen echt artistieke waarde hebben.”
Ye ziet vooral kansen in het directe contact met makers: “Omdat ik zelf films maak, bekijk ik de filmwereld ook vanuit dat perspectief. Daarom wil ik bevriend zijn met filmmakers, niet met de gatekeepers op filmfestivals. Het lijkt soms of deze mensen weinig of geen contact hebben met makers, wat in mijn ogen een dialoog in de weg staat. Ik kijk dus niet in festivalcatalogi, maar zoek naar lokale, onafhankelijke filmtheaters en naar wat zij vertonen. Het komt regelmatig voor dat nog onbekende filmmakers zelf filmzalen afhuren voor vertoning van hun werk. Dat zijn films die niet zijn opgepikt door de industrie. Dat is belangrijk, anders blijf je de cirkel van dezelfde films zien die op Cannes vertoond werden en later heel Europa rondreizen. Het werk van makers die ik ontdek, of wil ontdekken, heeft nog niet de mogelijkheid gehad om vertoond te worden bij Eye, dat een platform op hoog niveau is. Je kan als programmeur in die zin veel macht hebben, juist door jouw selectie. Dat is een hele verantwoordelijkheid.”
De programma’s van de Programmeurs van de Toekomst
Aileen Ye (1997, Ierland) behaalde een master Sociologie aan de Erasmus Universiteit. Ye is filmmaker en beeldend kunstenaar, gevestigd in Amsterdam en Londen. Ze zet in haar programma Terra Incognita (9 en 10 juli 2024 in Eye Filmmuseum) de zintuigen op scherp met een multidisciplinair programma bestaande uit films en verschillende performances over de diepere verhouding die de mens heeft met de natuurlijke elementen. Een programma dat gevoel en kijkersbeleving vooropstelt.
Samuël Leemeijer (1994, Nederland) behaalde een bachelor Scheikundige Technologie aan de Rijksuniversiteit Groningen met een tweedegraads lesbevoegdheid. Daarna rondde hij een pre-master in Film Studies af en werkte hij als programmeur bij Forum Groningen. Hij zet met zijn programma Mind in Motion (16 en 17 juli 2024 in Eye Filmmuseum) psychologische animatiefilms, inleidingen en game-installaties in om de menselijke psyche visueel te onderzoeken, zowel het bewuste als onderbewuste deel in ons brein. Kan deze audiovisuele ontdekkingstocht het eeuwenoude mysterie ervan ontrafelen?
Farah Hasanbegović (1996, Bosnië en Herzegovina) studeerde onder meer in Sarajevo aan Béla Tarrs Film Factory. Hasanbegović is filmmaker en werkte in verschillende functies bij diverse filmfestivals. In zijn programma This Isn’t the Future I Ordered (23 en 24 juli 2024 in Eye Filmmuseum) onderzoekt hij met een filmprogramma en een lezing de mogelijkheid om in het reine te komen met de teleurstellende toekomst, die je zo anders was voorgesteld. Een filmprogramma tegen de wanhoop.