Een maagdelijke blik

Valt Twin Peaks te bingen?

Illustratie Menah

Hoe voelt het om Twin Peaks voor het eerst te kijken anno 2017? Werkt de serie die gemaakt werd ruim voordat smartphones en streaming bestonden nog wel hetzelfde als je niet elke week een aflevering kijkt, maar ze er alle dertig in een week doorheen binget?

Een bekentenis vooraf: ook al had ik Twin Peaks nooit eerder gezien, ik wist wél al wie Laura Palmer had vermoord. Dat is de tol van mijn decennialange blootstelling aan de krochten van de popcultuur.

Heeft dat mijn eerste kijkervaring van Twin Peaks vernietigd? Welnee. Integendeel, denk ik. Zo kon ik, veel makkelijker dan de kijkers die destijds week in week uit smachtend zaten te wachten op nieuwe antwoorden, het centrale moordmysterie loslaten. Want de vraag ‘Who killed Laura Palmer?’ is wel het uitgangspunt, maar al heel snel niet meer de stuwende kracht van Twin Peaks.

Volgende observatie: 2017 is het perfecte moment voor deze terugkeer, want alle kleding in de serie is weer volledig in de mode. Het afgelegen Amerikaanse dorpje wordt bevolkt door hipsters avant la lettre – als je hun kapsels wegdenkt tenminste.

En dan de hamvraag: laat Twin Peaks zich bingen? Praktisch gezien: ja. De relatief compacte omvang – 32 delen, als we de films Fire Walk with Me en The Missing Pieces meetellen – schreeuwt er bijna om. En ook de soapachtige plots lijken ervoor gemaakt.

Maar inhoudelijk: nee, nee, nee. Een beetje wachten tussen de afleveringen doet wonderen. De vreemdheid heeft ruimte nodig om zich in je te nestelen, de personages verdienen de tijd om te groeien in je hoofd. Twin Peaks nodigt uit om op het obsessieve af te herkijken, dat wel, maar nooit gehaast. De serie vereist rust. De openingstitels duren niet voor niets dik twee minuten.