Focus: De scenarist, de regisseur en de schilder
Jean-Claude Carrière was een van de beste scenaristen in de filmgeschiedenis. Hij schreef bijna honderdvijftig scripts, waaronder roemruchte voor Luis Buñuel. In de kort voor zijn dood gemaakte documentaire Goya, Carrière and the Ghost of Buñuel reist hij naar Spanje om te praten over zijn grote inspiratiebron Francisco de Goya.
Twee jaar geleden overleed Jean-Claude Carrière op 89-jarige leeftijd. Onvoorstelbaar hoeveel uitmuntende scripts hij heeft geschreven. Zijn oeuvre oogt als een overzicht van bijna alle filmmakers die vanaf de jaren vijftig furore maakten. Een kleine greep: Jean-Luc Godard (Sauve qui peut (la vie), Je vous salue, Marie), Volker Schlöndorff (Die Blechtrommel), Andrzej Wajda (Danton), Louis Malle (Milou en mai), Marco Ferreri (Liza), Nagisa Oshima (Max mon amour), Milos Forman (Valmont), maar ook latere filmmakers, onder wie Julian Schnabel (At Eternity’s Gate).
Maar Carrière zal in de eerste plaats herinnerd blijven worden om zijn samenwerking met Luis Buñuel. Met hem schreef hij zes scripts voor Buñuel-films die klassiekers zouden worden: Le journal d’une femme de chambre, Belle de jour, Le charme discret de la bourgeoisie, Cet obscur objet de désir, Le fantôme de la liberté en La voie lactée. Stuk voor stuk subversieve en controversiële hoogtepunten in de wereldcinema.
In Goya, Carrière and the Ghost of Buñuel reist Carrière naar Spanje om te praten over de invloed van Goya op hem en Buñuel. Het verbaast niet dat de schilder, die leefde van 1746 tot 1828, voor Buñuel een voorbeeld was. Goya liet, net als Buñuel ruim honderd jaar later, zijn verbeelding en emoties de vrije loop. Sommige van zijn schilderijen ogen bijna surrealistisch, zoals El 3 de mayo en Madrid of Los fusilamientos (De derde mei in Madrid of De executies). Ook had Goya net als Buñuel een grondige afkeer van de katholieke kerk.
Carrière herkent in Goya, die gezien wordt als de eerste moderne schilder in de westerse kunstwereld, de aandacht voor ‘gewone’ mensen. Maar hij ziet hem ook als een genie waarbij zijn talent als scenarist weinig voorstelt. Julian Schnabel, die ook aan het woord komt in de film, vindt dat al te bescheiden: “Je moet Luis Buñuel en Jean-Claude in dezelfde adem noemen als Goya.” Een uitspraak waarover nagedacht kan worden.
Goya, Carrière and the Ghost of Buñuel | 22 februari, Filmtheater Voorschoten | 13, 16, 21 februari, Filmhuis Zevenaar | De komende maanden in vele andere filmtheaters.