Lichting 2025: Milan van Helvoort over De afhaal

'Kleine grapjes kunnen ook zeggen: jij bent anders'

De afhaal

In aanloop naar de Studentencompetitie op het Nederlands Film Festival eind september interviewt Filmkrant afgestudeerde filmtalenten van verschillende academies. In het Kafkaëske De afhaal van Milan van Helvoort (St. Joost) wordt een witte jongen keer op keer Chinees genoemd. “Als het veel monsterlijker was geweest, zou het mensen gaan afleiden van waar ik het over wil hebben.”

Milan van Helvoorts moeder is op jonge leeftijd geadopteerd uit Korea. Ze heeft daar geen herinneringen aan. Omdat ze door een Nederlands koppel werd opgevoed, kreeg ze nagenoeg niks mee van de Koreaanse cultuur. Van Helvoort werd op zijn beurt ook volledig Nederlands opgevoed en voelt zich net als moeder volledig Nederlands.

Vroeger bij hen thuis was de Koreaanse afkomst nooit echt een gespreksonderwerp. Toch vroeg Van Helvoort zich steeds vaker af hoe het zat met zijn ‘anders zijn’, vertelt hij. “Ik was een jaar of vijf, zes en we speelden buiten buskruiten [een spel met een bal en verstoppertje; AZ]. Ik vroeg of de bal naar me gekaatst kon worden en een jongen zei: ‘Dat doe ik niet, want je bent bruin.’ Ik wist niet wat hij daarmee bedoelde en een ander vriendje zei toen hardop: ‘Dat is discriminatie.’ En ik wist ook al niet wat dat betekende. Ik snapte het allemaal niet, het voelde niet oké, maar ik hield het voor mezelf.”

“Later op de middelbare school kwamen er altijd grapjes als ik vertelde dat ik Koreaans ben. Als er Aziatische mensen in beeld kwamen, was het vervolgens: ‘Milan, dat ben jij!’ Dat soort kleine grapjes. Ik lachte dan wel mee, net als de anderen, maar dat was meer om er alsnog bij te horen. Eigenlijk zeiden die opmerkingen: jij bent anders.”

Zijn films aan de St. Joost School of Art & Design gingen al vaker over identiteit. Met zijn Kafkaëske eindexamenfilm De afhaal neemt Van Helvoort dit gegeven op vervreemdende wijze onder de loep. De achttienjarige Mino is een witte Nederlandse jongen die in een reeks eigenaardige situaties terechtkomt. In de metro maakt een jongetje spleetogen naar hem; op zijn werk in een Chinees restaurant wordt hij uitgescholden voor kanker-Chinees. Als hij het er met zijn ouders over wil hebben, schuiven ze het onderwerp maar al te makkelijk terzijde. Wat zit hier eigenlijk achter?

Milan van Helvoort. Foto: Kim Withag

Wanneer kwam je op het idee voor De afhaal? “Dat ontstond in de zomervakantie, vlak voor het nieuwe schooljaar. Ik had net een stage gedaan en daarna had ik veel vrij. Toen ineens kwam het idee in me op van een witte jongen die in een Chinees restaurant werkt en gediscrimineerd wordt. Dat leek me een interessant concept. Maar ik dacht ook: waar komt dat vandaan? Ik probeer altijd te achterhalen waarom ik op iets kom. Dit moet deels door mijn eigen ervaringen zijn gekomen.”

Ken je het korte verhaal Die Verwandlung van Kafka? In jouw film vindt in één nacht ook een opvallende metamorfose plaats. “Pas nadat ik De afhaal had gemaakt wees iemand me op dat verhaal; ik dacht meteen: waar was dit al die tijd, haha. Het idee voor de verandering ontstond langzaam. Aanvankelijk zou de film veel surrealistischer worden, bijna horror. Ik schrijf meestal intuïtief, zonder te weten waar het vandaan komt. Misschien komt het door dingen die ik gezien heb. Yorgos Lanthimos inspireert me, maar ook Donald Glovers serie Atlanta. Hun vreemdheid spreekt me aan. Oorspronkelijk wilde ik De afhaal vreemder maken, maar gaandeweg merkte ik dat het sterker was om juist op de kleine dingen te focussen. Als het monsterlijker was geweest, zou het mensen gaan afleiden van waar ik het over wil hebben.”

Na de eerste vertoning van je film vroeg iemand uit het publiek waarom je een gewelddadige scène zonder duidelijke aanleiding had opgenomen. Je antwoordde toen dat geweld ook zonder aanleiding kan worden gepleegd. “Een van de eerste scènes die ik schreef is dat Mino wordt uitgescholden voor ‘kanker-Chinees’. Docenten en anderen die meelazen vroegen steeds waarom dat gebeurde, wat de motivatie van de schelder was. Tijdens het schrijven was ik ook al aan het locatiescouten bij Chinese restaurants. Ik vroeg de mensen die daar werken of ze weleens racisme ervaren. Iemand vertelde dat mensen soms binnenkomen alleen om hen uit te schelden. Dat is absurd, maar herkenbaar – ik heb zelf ook meegemaakt dat ik op de fiets zat en iemand me zomaar uitschold voor kanker-Chinees en weer doorfietste.”

Ook covid komt terug: als Mino hoest in de metro doet iedereen om hem heen meteen een mondkapje op. Wist je meteen dat dat in je film moest? “Ja. Het is belangrijk om terug te kijken. Veel mensen willen covid zo snel mogelijk vergeten, dan is het klaar en praten we er niet meer over. Maar covid was een katalysator die racisme tegen de Aziatische gemeenschap verergerde. Daar moest ik dus wel aan refereren – maar dan in een bizarre scène.”


Tijdens het Nederlands Film Festival (26 september t/m 3 oktober 2025) is een selectie van de afstudeerproducties van de Nederlandse film- en kunstacademies te zien.